Over de medewerkers
Rudolf Bakker (1929), redacteur Haagse Post van 1957 tot 1964. Daarna correspondent van de gpd in Bonn, Rome, Londen en Parijs. Publiceerde o.m. essays in Maatstaf. Zijn Gallische brieven verschijnen dit najaar in boekvorm.
Don Bloch, Amerikaans schrijver, woont en werkt in Amsterdam.
Herman de Coninck (1944), dichter, essayist en hoofdredacteur van het Nieuw Wereldtijdschrift. Publiceerde o.m. Onbegonnen werk. Gedichten 1964-1982 en Over de troost van pessimisme (essaybundel).
Koos Geerds (1948), auteur en leraar Nederlands/decaan vwo te Zwolle. Publiceerde drie dichtbundels en een roman. Meest recente dichtbundel: Goutbeek-archief (1988).
Cornelis Ch. Goslinga (1910) promoveerde in 1956 op het proefschrift Emancipatie en emancipator, dat reeds handelde over de slaven. Van 1961 tot 1980 was hij werkzaam als hoogleraar aan de universiteiten van California, Berkeley en Florida, Gainesville; voordien doceerde hij in Curaçao. Kenner van de historie van de Nederlanders in het Caribisch gebied.
Léon Hanssen (1955), historicus, werkzaam aan de ku Brabant. Publikaties in o.m. Maatstaf. Redacteur van de uitgave van de briefwisseling van J. Huizinga.
Frans Hoppenbrouwers (1940) publiceerde verhalen, gedichten, artikelen en een roman. Vanaf zijn vijftigste houdt hij zich bij de poëzie, ‘omdat daar de waarheid wel eens wordt benaderd’.
Pieter Kok debuteerde in 1990 met gedichten in Maatstaf. Is ook als muzikant actief.
Robert Lemm, vertaler (o.m. van Octavio Paz) en essayist. Publiceert veelvuldig over Spaans-Amerikaanse literatuur. Recente publikatie: Ochtend van Amerika, over de Indiaanse wereld van vóór Columbus en de Spaanse veroveringen van de zestiende eeuw.
Nop Maas is gespecialiseerd in de negentiendeeeuwse Nederlandse letterkunde. Hij publiceerde o.a. over Emants, Multatuli, De Nederlandsche Spectator en Carel Vosmaer.
Harry G.M. Prick (1925), oud-conservator van het Nederlands Letterkundig Museum. Redacteur van Maatstaf. Bezorgde recent de derde en tevens definitieve uitgave van Frans Erens' bundel Dansen en Rhytmen (1893), naast een bundeling van de daaraan door Lodewijk van Deyssel gewijde beschouwingen.
Kristien Warmenhoven (1949) is slavist. Zij vertaalde o.a. werk van Zosjtsjenko, Koezmin, Anna Achmatova, Pasternak en Tsvetaeva.
Harmen Wind (1945) werkt aan de Pedagogische Hogeschool Oost-Gelderland. Publiceerde poëzie in het Nederlands en het Fries. Meest recente bundel: Het gesticht.