Ik dien, Don Juan, beslist voorop te stellen, dat alle kleur waarmee Elvira prijkt, niets eigens heeft, als je het goed bekijkt, dan wat ze ervoor neer heeft moeten tellen.
Doch daarna dient terstond met klem betoogd, dat zo'n gelogen schoonheid als de hare zich door geen waar gezicht laat evenaren, wat er ook in die richting wordt gepoogd.
En als ik mij door zulk subtiel bedrog het hoofd op hol laat brengen, wat dan nog? Word je soms niet door de Natuur bedrogen?
Want ook de blauwe luchten die je ziet, zijn lucht, noch blauw. - Dat al die schoonheid niet dan leugens blijkt: het zou niet moeten mogen!
Lupercio Leonardo de Argensola (1559-1613) of Bartolomé Leonardo de Argensola (1561-1634)
[pagina 61]
[p. 61]
Si quiere amor que siga sus antojos
Als het dan toch moet zijn dat ik weer zwicht voor liefdes schrikbewind en wrede grillen, en mij opnieuw geheel vergooi ter wille van dit of dat aanbiddelijk gezicht;
hernieuw het flauwe licht dan in mijn ogen, maak dan mijn schedel als vanouds behaard, en laat mijn kaak niet met zo'n grauwe baard, maar weer met blos en dons zijn overtogen.
Dán zal ik - als de slang vernieuwd - weer keer op keer, terwijl ik weer en wind trotseer, onder haar venster vruchteloos staan smachten.
Maar waar de tijd zonder respijt verstrijkt, en alles met de tijd veranderd blijkt, waarom in godsnaam dan niet mijn gedachten?
Lupercio Leonardo de Argensola (1559-1613)
Ni siquiera un renglón ayer he escrito
Geen regel heb ik gisteren geschreven, iets wat me nog niet eerder overkwam: maar 's morgens heeft een langbegeerde vlam zich eindelijk gewonnen moeten geven;
daarna heb ik met vrienden goed gegeten, en voorts bezocht ik een vioolconcert, terwijl mijn werk alom geprezen werd door ingewijden die het kunnen weten.
Gedanst, gezwierd, een koets naar huis genomen; de hele dag vergleed als één seconde, doch zelden was een dag zo welbesteed!
Maar 's nachts lag ik te woelen op mijn sponde, omdat het juiste rijmwoord niet wou komen... Je hebt toch ook geen leven als poëet!