amuseur, u kreeg een opstandeling. Een opstandeling zal ik blijven. Ik herneem mijn rang in het bataljon van de armen.’
Na enig zoeken vindt Vallès een plaats als medewerker bij de Courrier français. Drie thema's keren met grote regelmaat terug in zijn artikelen: zijn hang naar vrijheid, zijn afkeer van autoriteiten en zijn anti-militarisme. Vrijheid vatte Vallès op in de ruimste zin des woords. Hij maakt geen verschil tussen vriend en vijand. Tijdens de Commune van Parijs distantieert hij zich openlijk van zijn politieke medestanders, wanneer zij de conservatieve bladen de Gaulois en de Figaro willen verbieden.
‘Ik ben voor totale en ongelimiteerde persvrijheid. Derhalve betreur ik het zeer, dat de Figaro en de Gaulois niet meer mogen verschijnen, ook al steken ze de draak met onze kanonnen en maken ze ons uit voor plunderaars. Oeverloze vrijheid.’
In zijn artikelen en romans trekt Vallès fel van leer tegen de gevestigde orde. Traditie, de verering voor helden en kunstenaars uit het verleden, beschouwt hij als een groot gevaar. Zijn argwaan jegens grote namen gaat zo ver, dat hij ook de bewondering van zijn tijdgenoten voor Victor Hugo niet kan delen. Hij wantrouwt de academies en de scholen waar de ‘latinasserie’ hoogtij viert. later ergert hij zich aan het snorkerige proza van zijn mede-revolutionairen, zoals de republikein Jules Faure die, zeer tot ongenoegen van Vallès, in 1868 toetreedt tot de Académie Française.
‘Helaas, de frasen die we bij zijn inhuldigingsrede te horen kregen, zijn even hol en gezwollen als de blaasjes op het gezicht van een man met dun bloed.’
Zijn leven lang huldigt Vallès de wat naïeve overtuiging, dat intellect oprechtheid in de weg staat. Advocaten, politici, bestuurlijke ambtenaren, bij allemaal krijgt het opportunisme de overhand. Ze offeren hun idealen aan het eigenbelang: ‘de geur van de wedde is altijd aangenaam.’
Zelfs de republikeinse politicus Gambetta, die de Commune niet verloochende en in 1871 het belegerde Parijs per luchtballon verliet, stelde Vallès aan het einde van zijn leven teleur. Oprechtheid vindt hij alleen bij de onontwikkelde massa van arbeiders en boeren, aan wie hij vele, idyllische passages wijdt. Hij vervalt hierbij gemakkelijk tot sentimentaliteit. Een uitzondering vormt het indrukwekkende ‘le peuple’, dat op 4 februari 1869 als hoofdartikel in het eerste nummer van de gelijknamige krant verscheen. In dit prozagedicht beeldt Vallès de strijd om het dagelijks bestaan uit als een strijd tegen de elementen. Zijn lyrische, suggestieve taalgebruik vertoont overeenkomst met de wijze waarop Zola, in de Rougon-Macquartcyclus, de monsters van het industriële tijdperk beschrijft: de mijn, de stoomlocomotief, de beurs. Zij symboliseren tegelijkertijd het heil en de ondergang van de mensheid. De arbeiders leven bij de gratie van werk, dat hun gezondheid ondermijnt.
‘Deze dakdekker die van het dak valt als een dode vogel, deze glasblazer wiens leven met het glas in de vuurhaard wegsmelt, deze draaier die langzaam stikt in het koperstof, deze schilder, aangevreten door het loodwit, dit bakkersknechtje, bleek als het meel waarmee hij werkt, zij zijn het volk.’
Het was een grote teleurstelling voor Vallès, toen hij merkte, dat dit vreedzame, hardwerkende volk niets liever dan een oorlog met Duitsland wilde. Aan de vooravond van de Frans-Duitse oorlog (1870) heerste er in Parijs een ronduit bloeddorstige stemming. Wanneer Vallès in een café blijk geeft van zijn pacifisme, wekt hij zozeer de woede van de omstanders op, dat het bijna tot een handgemeen komt.
Vallès antimilitarisme vond vrijwel nergens weerklank. De dictionnaire Larousse vraagt hem om een bijdrage voor het artikel Waterloo. Vallès neemt de gelegenheid te baat om zijn persoonlijke overtuiging uit te dragen: ‘Nee! Ik breng geen eerbetoon aan dode helden, maar ik groet de levende werkers.’
De redactie wijst zijn artikel af.
Op 1 juni 1867 verschijnt het eerste nummer van het weekblad La Rue. Vallès is hoofdredacteur en weet zich te verzekeren van de medewerking van een aantal vooraanstaande kunstenaars, zoals Zola, de gebroeders Goncourt, Duranty en