Hij moest er iets op vinden; het moest vanavond gebeuren, vanavond of nooit! En hoe kón hij haar doden, zonder dat de schuld op hem zou vallen, terwijl er tientallen mensen aanwezig zouden zijn in de balzaal? Het was onmogelijk! Hij kon niets ondernemen! En zij zou die miljoenen behouden en, ook al zou ze komen te overlijden, na de huwelijksvoltrekking morgen zou Koljakov recht op alles hebben. De hele erfenis zou hem deze avond langs de neus gaan...
!!!!!... - Hij had het! Par Dieu, hij had het, hij wist hoe hij Maria zou doden, vanavond nog, in de nabijheid van alle gasten, en niemand zou hem de schuld geven... Perfect, perfect, perfect! De perfecte moord! Hoe subliem! Welk een grote geest om iets dergelijks uit te denken!
Alexeij spoorde zijn knecht aan haast te maken. Nikolaj bromde wat en deed halfoprechte pogingen het oude paard te laten draven.
Alexeij Sabrinski probeerde tevreden nog even wat te slapen. Ze waren de grenzen van het Padravnalandgoed reeds lang gepasseerd toen de graaf wakker werd. Ginder zag hij reeds de lichtjes van het grote huis.
De koets hield schokkend halt en diverse lakeien renden toe om de graaf de deur te openen en hem naar de ingang te geleiden. Een lakei kondigde Alexeij aan, - het bal was reeds begonnen. De graaf liep direct op Maria toe, kuste haar hand en vroeg haar flemerig of ze voor haar oude oom nog een plaatsje over had in haar balboekje. Gemaakt-vriendelijk antwoordde Maria dat ze zeker nog een plaatsje voor hem zou kunnen vinden.
Buigend trok Alexeij zich terug. Hij converseerde een wijl met enige gasten tot het zijn beurt was Maria Padravna ten dans te geleiden. Onderweg vroeg hij de leider van het orkest een snelle wals te willen spelen en duwde de man een goudstuk in de handen. Kundig legde Alexeij Sabrinski zijn fijne hand om Maria's middel, en voerde hij haar mee op de driekwartsmaat. Snel en behendig laveerde hij haar naar het midden van de zaal en draaide met haar in de rondte. Ondertussen wierp hij nog een goudstuk naar de orkestleider, die op zijn beurt de snelheid van de wals wist op te voeren tot een op een wilde zigeunerdans lijkend tempo.
Alexeij drukte Maria steviger tegen zich aan en beiden draaiden zij mee op de muziek. Sneller en sneller ging het. De andere dansparen stonden aan de kant en keken toe. Uitroepen getuigden van des publieks bewondering voor Alexeij Sabrinski's danskunst.
Maria Padravna zag alles om haar heen tollen en draaien, het leek haar alsof ze met een verbazingwekkende snelheid om haar eigen as roteerde. Alexeij drukte haar steeds steviger tegen zich aan, steeds steviger, en steeds sneller ging de muziek. Alles wentelde, draaide, tolde, zwaaide, zweefde en vloog. Maria's lichaam hing diagonaal in de armen van haar oom. Ze begon een pijn te gevoelen aan haar hals en vroeg Alexeij de dans te beëindigen. Hij luisterde niet, integendeel, hij trok haar mee en draaide vlugger en vlugger. Ze smeekte door het dolle heen en lachte, lachte hol leek het haar. De pijn in haar nek was ondraaglijk geworden, ze probeerde zich los te werken, doch hij hield haar stevig vast. Maria wilde gillen, schreeuwen, ook al zou ze dan een opschudding veroorzaken. De pijn was té erg, de snelheid van de wals té hoog, té hoog. En toen gebeurde het, een hels gegil ging op, mannen en vrouwen vielen flauw: Door de enorme, wervelende snelheid van de dans en de zwakheid van haar nek, scheurde de hals zich los van de romp, en schoot gelijk een vuurpijl weg. Het hoofd trof een dienblad vol champagneglazen, dat door een bediende werd rondgedragen.
Maria Padravna had haar hoofd verloren, Alexeij Sabrinski had een fortuin gewonnen.