nelijk geslacht, dat gewend is over vrouwen te zingen alsof dat wezens van een lagere orde zijn. Nou is ze over haar toeren, Bonny, omdat ze van een of andere platenbons zo'n keutelnummer van Burt Bacharach op moet nemen. Walk On By.
‘Moet ik het doen Bill?’
‘Moet je zelf weten.’
Hij morst allang niet meer met z'n bier als in die griezelfilm van Peter Lorre, doch spuugt het reeds in een straal uit.
‘Was je maar hier Bill...’
Klik/en de verbinding is verbroken.
‘Hier!’ zegt een moederlelijke jongen die alsmaar over z'n weldoener in Madagascar praat. ‘Net gemaakt!’
Het is een polaroid foto van Bill met een eigenaardig peinzende, verdrietige uitdrukking in de ogen.
‘Thanks man... Sophisticated... Zet je handtekening erop, als je tenminste beroemd bent,’ zegt Bill afwezig.
‘Waarom ga je niet bij haar in de groep spelen, Billemans?’ pest Phill, die zulke witte tanden heeft dat niemand gelooft, dat ze echt zijn. ‘Zeker als bassist,’ gilt Gerry.
‘Of Bill op sologitaar en zij op bas,’ oppert Phill.
‘Dat zal ze wel niet willen,’ koert Gerry.
Wat moet je anders doen als mekaar opjutten als er een perskonferentie waar niemand op komt dagen is georganiseerd.
Sinds een paar weken toeren ze door Duitsland. Elke dag hetzelfde liedje: slapen, eten, reizen, repeteren, geluid testen, spelen, recepties bezoeken en vlak voor het optreden stomme vragen beantwoorden in plaats van je goed kunnen konsentreren. Het lijkt wel of er nooit een eind komt aan al dat gewapende beton. Keulen. Aken. Bonn. Kassei. Duisburg. Düsseldorf. Frankfort. Ze zien er geen barst van en dat is misschien maar goed ook.
Amerika in Optima Forma. Kraak noch smaak. Die verdammte sauerkrauts vinden alles goed. Als het maar óóórverDovend hard is en als je er maar op flipt.
Tien keer per dag wordt Tim wel gevraagd of het waar is, dat hij leukemie heeft? Nein! Nooit gehad. Nu nicht en iek bien ook niet van plan het te krijgen in de toekomst. Al z'n broeken zakken van z'n kont, omdat hij zo mager wordt en niemand in de buurt om ze nauwer te maken, behalve de onvermijdelijke groepies met Wursten waar de belletjes vet uitspuiten, lauw bier uit blik en syfilis.
Bill heeft het zowaar aan z'n grote teen en zwéért erop dat ie dat in Amsterdam opgelopen heeft.
Ooooh hooo hooo
I love you so
wooo hooo hooo
See my toe!
Cause you left me standing there, zingt hij jodelend.
‘Laat Bonny het maar niet horen Bill!’ pest Phill.
‘Weet je veel wat die heeft,’ lacht Gerry.
‘ons maakt zoiets niks uit,’ antwoordt Bill dan steevast.
‘Ik kén dat... die zogenaamd moderne echtparen,’ zeurt Phill door en hij kan het weten, aangezien z'n vader, die operettezanger was plotseling homo werd. Tijdens de voorstellingen gleed ie zogenaamd uit en greep de koorknapen dan bij hun pik. Berucht was ie!
‘Struggle is the natural state of life,’ zingt Gerry, die de laatste weken aan het komponeren is geslagen en een voorkeur heeft voor Black Comedy. Het liefst zou ie een ruimtevaartpak aantrekken op het toneel. Een pak met spiegels waar de hele zaal zichzelf in kon zien.
Kennelijk is ie wat die zwarte humor betreft geïnspireerd door deze toernee. Wat een toestanden! Volslagen krankzinnig! De eerste avonden hebben ze een afrastering van schrikdraad met 220 volt erop om het podium... tot de impressarioos erachter kwamen, dat die fatale stroomstoot juist een kick, ein kiek voor dat wakkere jonge volkje was. Bij bosjes, als motjes om een vlam sprongen ze erin, ja... vertrapten en vermorzelden elkander om