tomas tranströmer
gedichten, vertaald door marquérite törnqvist
Ondanks zijn tot op heden weinig omvangrijk oeuvre wordt Tomas Tranströmer (geb. 1931), in het dagelijks leven werkzaam als psycholoog in een jeugdgevangenis, als de belangrijkste dichter van de vijftigers in Zweden beschouwd. Zijn poëzie toont vaak verwantschap met die der oude Grieken en barok, maar ook met het moderne surrealisme. De overvloedige beeldspraak uit zijn vroege gedichten maakt in latere bundels plaats voor een grotere formele soberheid. Daardoor treedt de spanning bij hem tussen levensaanvaarding en ethisch bewustzijn steeds duidelijker aan het licht. Kunst is een toevluchtsoord, maar ook een verantwoording. Onder kunst verstaat Tranströmer in dit verband vooral de muziek, - ‘je hoeft niet te sterven als je kunt spelen’ - waartoe hij zich van alle kunstvormen nog steeds het meest aangetrokken voelt, en waaruit hij in de eerste plaats zijn inspiratie put.