over zonder aanvankelijk verzet? Overwonnen worden door iets dat, of iemand die we hoger achten dan onszelf betekent: zich verlossen, al is het maar tijdelijk, van zichzelf. Zodra wij over onze psychiese energie kunnen beschikken (en niet andersom!), zodra niet zelfzucht, egoïsme, agressiviteit en grenzenloze begeerte ons leiden, en wij ons dus van alle direkte bevredigingsmogelijkheden distanciëren, krijgt onze gerichtheid op dat wat buiten ons is een kans. Passen we bovenbeschreven kinderlijk ritueel toe op de essayist die zich buigt voor de Niemand in het midden, dan is de essayist iemand die zich bedachtzaam, of zo bedachtzaam mogelijk, overgeeft. Hij is geen narcist, die in een schrijver of dichter ‘zichzelf’ herkent, maar die in die ander een zelfstandig ik kan zien, en dat ook doet. Essayeren is een deugd die met de waarden van deze tijd niet strijdt, en die, naar ik zeker weet, van die waarden een integrerend deel uitmaakt. Er bestaat dan ook geen enkel bezwaar tegen het schrijven van essays; er zijn alleen maar argumenten vóór, eties, esteties, literair, sociaal, psychologies of hoe ook beschouwd. Maar natuurlijk heb ik geen argumenten voor mijn wijze van essayeren nódig. Dit ben ik - en iets anders ben ik niét.
Dat deze konklusie, die het eigen domein tegenover het andere afbakent, een konsekwentie is van de opvatting, dat ‘eindeloos wroeten in vaak nauwelijks nog leesbaar werk’ een psychagogiese funksie heeft, lijkt paradoksaal. Maar wie kent de grenzen van iets dat een ikzegger met ‘ik’ aanduidt? Wie statussymbolen missen kan, of, in het geval van de essayist, móet, mag hopen op in hem aanwezige, maar nog onbekende krachten, die alleen maar hoeven te worden gewekt - door een boek, een gedicht of een woord - om de om zulk domein getrokken lijn naar buiten toe uit te leggen. Leeft een essayist zich aldus uit op de huid van de schrijver? Of is hij wellicht van mening dat die schrijver een belangrijk iemand is, en vindt hij dat ook anderen die schrijver als zodanig zouden kunnen beschouwen? Van het antwoord op deze vragen hangt het antwoord af op de vraag wat de lezers moeten met al die