Roelants, een zwager van de overleden dichter, zich dan toen niet tegen deze publicatie verzet? Dit is een te late uitval tegen een gestorvene die een fijnzinnig proza-kunstenaar was.
Maar ten aanzien van de geschiedenis van het tijdschrift Forum zijn dit alles, in zijn essay, detailpunten buiten de eigenlijke hoofdzaak om, zodat ik nu liever overga tot wat daarmee meer onmiddellijk samenhangt.
Nu kom ik tot de eigenlijke historische gebeurtenissen die geleid hebben tot de opheffing van Forum. Een zekere animositeit van de Vlaamse Nederlander ten opzichte van de staatkundige Nederlander klinkt onmiskenbaar door in de beschouwingen van Roelants. Deze animositeit kan een dieper inzicht in de eigenlijke achtergronden van het conflict tussen de Vlaamse en de Nederlandse redactie geven dan de ideologische meningsverschillen tussen de katholiek-Vlaamse en de agressief-skeptische Nederlandse redactie.
Die animositeit verraadt zich in uitingen als deze: ‘En ge bekomt ook uit het Vlaamse land een rijke aanslibbing - ik zeg nog eens met nadruk die niets aan Nederland ontleent...’ (blz. 465). ‘De tweeledigheid van de Nederlandse literatuur is zo evident, dat het voor ons, Nederlanders en Vlamingen, onmogelijk en bijna onbetamelijk is om ons volledig in de wederzijdse gevechten te mengen. Ik stond daar als eenzame Vlaamse redacteur naast twee figuren, die onbetwistbaar door de intellectuele conjunctuur van de jaren 30 waren beïnvloed, - sterk in het Noorden, helemaal niet in het Zuiden’ (blz. 466). ‘... ik leefde belangstellend voor de vele muzen, waarmee onze eigen Vlaamse schrijvers in die periode vlijtig doende waren, zonder boven de Moerdijk in de leer te gaan’ (ibid). En over Ter Braak en Du Perron: ‘... zij koelden onbewust mijn ijver af, hoeveel punten van eensgezindheid er ook waren’, (blz. 467).
Op dezelfde bladzijde blijkt dit ongerechtvaardigde sentiment van wedijver ook uit het ophalen van des schrijvers oude polemiek met Greshoff,’ die hem in Aan een Zuiderbroeder (in Rebuten) met een hatelijk stuk had geprikkeld, een stuk waarin het van de Forum-redactie heet: ‘De Nederlandse afdeling geeft het beeld van een bepaalde letterkundige opvatting, hetgeen men erkennen moet, afgescheiden