koel en hooghartig rondwandelen. Haar arts zat naast haar op het bed en beklopte gewichtig haar borst, terwijl Marguerite, achterover gelegen, haar sterfscène rekte.
‘Ach kon ik maar sterven met zijn kus op mijn lippen...’ Ineens stoof Armand de slaapkamer binnen, de sukkel had het complot van zijn vader eindelijk doorzien. ‘Ach mijn zoon, kun je me vergeven?’ kreunde Tommy, terwijl Armand zijn vader volledig negeerde en Marguerite stamelend in zijn armen nam. ‘Liefste, hoe kon ik aan je trouw twijfelen? Nu ik je terugzie in je doodse pracht, je blik omfloerst, bleek onder je bronzen huid en je lippen krachteloos, overweldigt mij de herinnering aan de nachten die ik in je armen doorbracht. Laat me nog eenmaal voor je knielen en mijn liefde bewijzen in de schoot waarin ik zo vaak rustte na de opperste extase van onze liefde. Pas in de dood zullen we samen zijn en ons geluk kunnen vinden.’ Dédé was vanmiddag niet bijzonder tekstvast, stelde Tommy vast, terwijl ze met grote interesse hun verrichtingen volgde.
Armand knielde en snikte, terwijl hij zijn hoofd op de boezem van Marguerite legde. Hij vervolgde, zijn stem enigszins gesmoord omdat zijn mond op Marguerites linkerborst drukte: ‘In de droom van mijn dood zal onze liefdesband voor eeuwig blijven. Het lichaam sterft, maar mijn ziel die onze liefde bevat zal altijd met de jouwe versmolten blijven.’
Laras, waakzaam nu, tikte Dédé op haar hoofd. ‘Houd op! Je bent Tristan niet! Dat speelden we gisteren. Je zit in het verkeerde verhaal. Jij leeft immers gewoon je losbandige leven door!’ Marguerite vervolgde, zachter: ‘Ik hoop dat je de lippen van jouw Dame met de Hibiscus kust als je in extase terneerligt bij je volgende minnares, zodat ik je in al je liefdesnachten kan volgen.’ Ze richtte zich kwijnend op voor de afscheidsscène. ‘Heb me lief in al je dromen, heb me lief in het duister van de nacht, heb me lief als wat je had en hebt verloren, als zon en maan ineen, als sterrenpracht.’ Ze zong met haar hoge Javaanse zangstem in het oor van Armand en zeeg neer op het bed, waar Armand zich tegen haar aan vlijde en alvast de rits van haar jurk openmaakte.