| |
| |
| |
Chandra Doest
Anthon & Annissa
Een verboden liefde
Paramaribo, 23 december 1899
Het doordringende geluid van de misthoorn maakte haar wakker. Ze waren er! Zo snel als ze kon kleedde ze zich aan en klom over haar zusjes heen van het bed. Zachtjes stootte ze de deur open en snoof. Hemels... een frisse, ietwat zoete geur kwam haar tegemoet. Als bedwelmd deed ze met gesloten ogen een stap naar voren.
Ze wilde het moment vasthouden. Wat zou ze zien als ze haar ogen opendeed? Zou het écht het beloofde land zijn, zoals waalid Nabih had gezegd? Zou ze er gelukkig worden?
De vijftienjarige Annissa deed langzaam haar ogen open en keek verwonderd om zich heen. Dit was práchtig! Dit was thuis. Ze zag in de verte aan alle kanten van de rivier alleen maar groen. Prachtig groen. En wat ze voor zich zag... ze rende naar de reling en greep die stevig vast terwijl haar ogen zich vulden met tranen van ontroering... dít was het beloofde land... hier zou ze gelukkig worden.
Even was er een koel briesje en haar lange zwarte haren lieten de wind zijn gang gaan.
Als betoverd keek Anthon op naar het grote schip. Toen hij de misthoorn hoorde had hij snel een broek aangeschoten en was de frisse ochtend ingedoken naar de Waterkant. Iedere keer weer verbaasde hij zich erover dat vreemdelingen van heinde en verre naar zijn Suriname kwamen - waarna ze allemaal doodziek werden. Ze konden niet tegen het klimaat en niet tegen het ongedierte. Toch bleven ze komen.
Hij stond tegen een boom geleund en zag hoe het schip langzaam aanmeerde. Slechts enkele mensen stonden nieuwsgierig aan dek om in alle vroegte en alle rust een eerste indruk van Paramaribo in zich op te nemen.
Zo zag hij haar.
Nooit eerder had hij zo'n aantrekkelijk meisje gezien. Ze had lange roetzwarte haren en een blanke huid, maar niet zoals die van de Hol- | |
| |
landers. Nee, anders. Bovendien was ze ook anders gekleed. Hun blikken kruisten elkaar. Zijn hart begon sneller te kloppen.
Gegeneerd sloeg ze haar ogen neer en rende uit zicht.
| |
Annissa
Annissa keek geërgerd om zich heen. Ze was het oudste meisje en moest het goede voorbeeld geven. Maar oem kon toch wel redelijk zijn! Het was heet in Suriname. Suriname... de naam rolde vlot over haar lippen... Suriname - het klonk zo warm... zo welkom... Even gleed er een glimlach over haar gezicht. Gidda zou het echt niet geloven. Ze zou het hier fantastisch gevonden hebben. Maar ze had de anderen niet achter willen laten in Libanon, anders was ze zeker meegekomen.
Het was echt ontzettend warm. Even dacht ze erover om de hoofddoek af te doen, maar de straf die ze zou krijgen weerhield haar ervan.
Ze waren nu al een week in Paramaribo. Waalid had een mooi huis gevonden waar ze konden wonen, vlak naast een andere Libanese familie. Ze wist wat waalid wilde. Hij wilde haar aan Yuri geven. De buurjongen van vierentwintig. Dan was hij zeker van zijn plaats binnen de Libanese gemeenschap hier. Dan zouden er overal deuren opengaan die anders pas na vier à vijf jaar geopend zouden worden. Waalid was ambitieus en wilde zo snel mogelijk iets bereiken in dit stadje. Vooral met zijn vijf dochters die hij had uit te huwelijken, terwijl hij eigenlijk nauwelijks over een bruidsschat beschikte. Ze keek om zich heen. Gelukkig, die afschuwelijke Yuri was nergens te zien. Snel liep ze naar buiten, naar het stadje. Het was warm en stoffig, maar ze wilde toch even om zich heen kijken zonder steeds haar zusjes en oem om zich heen te hebben.
Aan het einde van de zandweg stond een klein wit gebouw. Ze hoorde gezang en besloot een kijkje te gaan nemen. Het was een kerk, ontdekte ze toen ze de deur openstootte. En dat niet alleen, er waren allemaal creolen binnen - álle negers van Paramaribo, leek het wel! Geschrokken stond ze stil en keek recht in de ogen van de dominee.
De zwarte man keek haar streng over zijn brilletje aan. Zijn grijze
| |
| |
haren stonden wat rechtop en hij zag er absoluut niet vriendelijk uit. En toch, ze zag het in een mondhoek: die trilde - een moment later gleed een stralende glimlach op haar af.
Ze lachte terug en hij wenkte haar om naar voren te komen. Terwijl ze op hem toeliep bleef het gezang van de kerkgangers aanhouden. Ze verstond het niet, maar het klonk rustgevend en welkom. Een oud vrouwtje nam haar hand en trok haar tegen zich aan: ‘Aimipikin... nasoyekonlukugadono? Teyekonnenkerki-imususingifumasra.... datnalobi... datnafiri...’ Ze wist niet wat de vrouw zei maar lachte haar verlegen toe. Een half uur lang bleven ze zo staan.
Toen de dienst was afgelopen waaide de vrouw zich met haar anyisa koelte toe. Ze wees op zichzelf en zei: ‘Maisa.’ Iedereen om hen heen zei: ‘Mamaisa.’ Zo heette die vrouw dus... Ze had korte grijze vlechtjes en een grote boezem. Daarbij droeg ze een groengele koto met kleine bladmotiefjes en had ze een takje groen tussen de lippen. Verbaasd keek Annissa naar het takje.
‘Mamaisa’ voelde haar blik en lachte voluit. Daarna reikte ze in haar grote boezem en haalde er een takje uit, dat ze Annissa in de mond stak. Zachtjes zoog Annissa erop en beet er even in. De smaak was niet zoet. Wel lekker. Het smaakte een beetje naar een grassprietje, maar dan iets sterker. Geen onaangenaam smaakje in elk geval.
Mamaisa keek haar even glimlachend aan. ‘Aimipikin,’ zei ze, ‘Ikansiedatyekonpaspasinakondredisi... Wewerifurukrosidja... Manotumsifuru... Mapeyetandan? Imusdefudensmafufessei... Komtjaribaja... Densmafisalukupeyude...’ Mamaisa pakte haar hand en trok haar mee de weg op, naar het huis van haar vader. Annissa begreep dat de vrouw haar thuis wilde brengen. Maisa keek het meisje van terzijde aan. Zo'n aantrekkelijk kind had ze in geen tijden gezien. De vader kon maar beter oppassen! Het was maar goed dat ze haar gesluierd en met een hoofddoek hielden, anders kwamen er zeker problemen!
| |
Kennismaking
Yuri zag ma Maisa aankomen met Annissa. Ma Maisa was de lieve oude vrouw die hem altijd verwende als hij bij haar kwam. Hij kreeg altijd switi nyang en ze stuurde
| |
| |
hem nooit weg. Ze had Annissa zeker ergens zien lopen en dacht dat het meisje familie van hem was. Nog niet. Maar het zou wel gebeuren als het aan hem lag. Ze was nog jong, maar voor de rest... Hij liep snel naar de vrouwen toe en omhelsde ma Maisa: ‘Mi gudu fay tang? Heeft u eindelijk een vrouw voor me gevonden?’ Ma Maisa barstte in heerlijk lachen uit en kneep hem even in zijn wang. Ze vertelde dat het meisje bij de kerk was binnen komen lopen en dat ze was komen vragen of iemand wist waar ze woonde. Hij legde uit dat het zijn buurmeisje was en dat ze een week geleden uit Libanon was gekomen met haar familie. Als ma Maisa wilde, dan zou hij even meelopen om de ouders uit te leggen waar het meisje was geweest.
Nabih zat voor het huis met zijn jongste dochter op schoot. Toen ze het erf op kwamen lopen keek hij op en begon Annissa in het Libanees uit te foeteren, zonder dat zijn gezicht van uitdrukking veranderde. Aan de geschrokken beweging van het meisje begreep ma Maisa dat ze straf zou krijgen. Ze vroeg Yuri om haar voor te stellen aan de man.
Nabih keek de grote negerin verbaasd aan toen ze begon te spreken. De vrouw had een dusdanige uitstraling dat hij, hoewel hij haar niet verstond, uit respect en schuldgevoel even zijn ogen neersloeg. Yuri vertaalde hoe de vrouw Annissa had gevonden en naar huis had teruggebracht. Ma Maisa gaf morgen een feest omdat haar kleinzoon twintig jaar werd en nodigde het hele gezin uit. Nabih knikte en gaf aan dat hij zou komen met zijn gezin.
| |
Verboden liefde
‘Anthon? Waar zit je? Go wasi no, ga baden! Straks komen de mensen, en ik wil dat je dan netjes gekleed bent!’
Langzaam kwam Anthon uit de hangmat. Ma Maisa had natuurlijk gelijk, maar hij wílde geen mensen. Kon de dag niet gewoon voorbijgaan? Vandaag, zondag 31 december 1899, was het tien jaar geleden dat zijn moeder was overleden. Zijn moeder had samengeleefd met Jorgen Steenwijk en was nooit geaccepteerd als de vrouw van de blanke onderwijzer. En was bij de bevalling van hun tweede kind
| |
| |
overleden. Zijn pasgeboren zusje had maar een paar uur geleefd. Van verdriet had zijn vader zich helemaal in zichzelf teruggetrokken. Hem had hij bij ma Maisa achtergelaten. Twee jaar later overleed zijn vader. Ma Maisa hield vol dat hij was overleden aan een gebroken hart. Zonder zijn vrouw had het leven geen zin meer.
Anthon miste vooral zijn moeder heel erg. En elke jaarafsluiting opnieuw moest hij denken aan die ene dag. Hij liep langzaam naar achteren om zich te wassen en trok zijn nette broek en hemd aan. Ma Maisa had ze speciaal voor hem gemaakt. Hij kon haar beter niet teleurstellen.
Hij hoorde stemmen vooraan. Die van Yuri klonk het hardst. Hij moest even lachen. Yuri had hem verteld over een buurmeisje waar hij helemaal weg van was en met wie hij zelfs wilde trouwen. En dat terwijl hij stiekem een relatie had met Irma! Hij dacht dat hij twee vrouwen wel aankon? Die vent was gék! Die vrouwen zouden hem afmaken! Vooral Irma. Van die andere wist hij het nog niet. Hij liep naar voren om te zien wie er allemaal al aan het gemberbier waren.
Stomverbaasd keek hij naar de vrouwen met een hoofddoek. Wie had ma Maisa nu weer zomaar uitgenodigd? Soms wist die vrouw gewoon niet wanneer ze nee moest zeggen!
Yuri omhelsde hem hartelijk en liet hem kennismaken met iedereen. Ze spraken nog geen Sranan, dus voorlopig vertaalde hij wel, zei hij schertsend. Als laatste stak Anthon zijn hand uit naar een kleine gestalte en keek recht in een paar loodgrijze ogen. Er voer een rilling door hem heen en hij voelde haar hand beven in de zijne. Zij was het. Het meisje van de boot. Sinds die dag, nu ruim een week geleden, kon hij haar niet uit zijn hoofd zetten. Nu bleek dat ze vlak bij hem woonde. Even gleed zijn duim strelend over haar handpalm. Zij voelde het dus ook. Hij zag het aan haar ogen.
| |
Problemen
Vier jaar lang hadden ze het verborgen weten te houden. Anthon gaf les en Annissa zorgde thuis voor haar zusjes. Haar moeder was een jaar na hun aankomst in Suriname overleden en vanaf die dag had zij de moederrol op zich genomen. Zo
| |
| |
had ze haar vaders wens om haar uit te huwelijken aan Yuri kunnen omzeilen. Iets dat achteraf goed bleek te zijn. Yuri had inmiddels twee kinderen bij Irma en dat was niet bepaald een vrouw om zonder handschoenen aan te pakken. Wie had kunnen denken dat vrouwen zo agressief konden zijn over hun mannen! Irma had zelfs op een nacht, vlak na het overlijden van haar moeder, bij haar voor de deur gestaan en in niet mis te verstane termen duidelijk gemaakt dat Yuri van háár was en dat zou blijven ook.
In het geheim waren Anthon en zij al samen geweest. Maar nu zou men het wel weten. Ze was blij... ontzéttend blij... Ze wilde met Anthon trouwen. Maar ze wist ook hoe kwaad haarvader zou zijn. Hij wilde per se dat ze met een Libanees zou trouwen. Yuri had immers nog broertjes en neven van haar leeftijd...
Anthon... Ze moest het hem nog vertellen. Hij zou blij zijn. Hij wilde twee jaar geleden al met haar vader gaan praten, maar ze had hem uitgelegd dat ze nog te jong was en dat haar vader er niet van zou willen horen. Nu zou hij wel moeten. Ze zou wel moeten wachten op Anthon voor ze het vader zou vertellen.
Ze streek over haar buik. Het was al een flinke zwelling. Als iemand haar nu naakt zou zien zou men het meteen weten.
Terwijl ze ontroerd over haar buik wreef kwam de moeder van Yuri binnenlopen. Ze had het meteen door - dat zag Annissa aan haar ogen: die spreidde ze wijd van verbazing - ze sloeg een hand voor haar mond en rende weer naar buiten. ‘Nabih? Waar ben je? Annissa abi bere!’
Geschrokken staarde Annissa naar de deuropening. Ze verwachtte ieder moment de duivel in hoogsteigen persoon. Zo erg was het niet: het was haar vader maar. Hij vroeg of het waar was. Ze knikte van ja. Hij vroeg van wie het was, maar dat wilde ze niet zeggen.
Hij sloot haar op in haar kamer. Ze schreeuwde, ze huilde, ze bleef voor haar gevoel de rest van haar leven huilen... met haar handen beschermend over haar buik gevouwen. Wat er ook met haar zou gebeuren, aan haar kindje kwamen ze niet!
| |
| |
| |
Amsterdam, 31 december 1980
Michel keek zijn oma aan. Het was een ontzettend koppige vrouw. Ze was niet bitter, maar ze miste een vuur in haar ogen. Ondanks het feit dat ze nog steeds dezelfde loodgrijze ogen had, wist hij dat de liefde die er ooit in had gestraald nooit meer terug zou keren.
‘Oma, wat is er? Waarom heeft u me laten roepen?’
Annissa keek Michel aan. Hij leek als twee druppels water op Anthon. Hij was Anthons evenbeeld, alleen nog te jong om net zo knap te worden genoemd.
Toen ze Hélèntje kreeg was ze alleen geweest. Haar vader had haar op de boot gezet naar Libanon. Maar ze was stiekem aan boord gegaan op een schip naar Nederland. Daar had ze helemaal alleen werk gevonden als bediende en zo in het levensonderhoud voor haar en haar dochtertje kunnen voorzien. Ze werd heel moeilijk geaccepteerd. Ze was niet blank en had een zwart kindje. Ze was zo trots geweest toen Hélèntje uiteindelijk voor een creoolse man koos om haar leven mee te delen!
Het had lang geduurd, maar eindelijk was dan de kleine Michel gekomen. Met zijn acht jaar straalde hij zo veel wijsheid uit dat het haar steeds weer ontroerde. Had ze dit maar met Anthon kunnen delen. Anthon... Ze was nooit teruggegaan naar Suriname. Haar vader had het haar verboden. En ze had gehoorzaamd.
‘Oma? Waarom huilt u?’
‘Mi boi... Anthon mi lobi...’ Het leek of er geen einde kwam aan de tranen.
De kleine Michel Anthon keek ongerust naar zijn oma. Hij had haar nooit eerder zien huilen. Plotseling kromp ze in elkaar en greep naar haar borst. Geschrokken rende Michel de kamer uit om zijn moeder te roepen.
| |
Paramaribo, 23 december 1999
Sarah keek op haar horloge. Het vliegtuig uit Amsterdam kon elk moment landen. Ze was zenuwachtig. Toen ze twee maanden geleden op Internet die oproep had gelezen was ze verbaasd geweest. Ene
| |
| |
Michel wilde informatie over haar grootvader? Ze had in eerste instantie niet geweten wat ze ermee moest.
Toen ze de vraag voorlegde aan haar grootmoeder keek die haar geschokt in de ogen. ‘Iemand stelt vragen over granpa Anthon?’
Ja, ‘Granpa Anthon’, zo noemde ze hem. Hij en zijn vrouw hadden haar moeder geadopteerd omdat ze zelf geen kinderen konden krijgen. Haar moeder was gestorven toen ze zestien was - aan een hartaanval, twee dagen na de beroerte van granpa Anthon.
Sarah had het verhaal ooit van granpa Anthon te horen gekregen - toen hij in een heel dronken bui was had hij verteld over de liefde van zijn leven.
Met Michel had ze vaak online gesproken over Suriname en over haar familie. Echter niet in details. Tot hij haar twee dagen geleden een e-mail stuurde:
Ik kom a.s. zondag voor zes weken naar Suriname. Ik hoop dat je tijd hebt om me aan je grootvader voor te stellen.
Hij had er een recente foto van zichzelf bijgedaan. Die foto... ze hield hem in haar hand en bekeek hem nog eens nauwkeurig. De gelijkenis tussen Michel en granpa Anthon was frappant. Ongelooflijk gewoon! Michel kwam voor het eerst naar Suriname, helemaal alleen, en buiten Sarah kende hij er niemand. Ze had hem gemaild dat ze hem zou afhalen en naar hotel Krasnapolsky zou brengen. Hij had het aanbod aangenomen.
Met een zachte schok landde het vliegtuig op Surinaamse bodem. Even liet Michel de omgeving op zich inwerken. Hij zuchtte. Ai... oma mi doro, oso sei... ik ben er, ik ben thuis... wat zal ik hier aantreffen?
Na de douane en paspoortcontrole verzamelde hij zijn bagage en liep naar de uitgang. Van alle kanten werd hij benaderd: ‘Wisselen, wisselen? Taxi, taxi?’
Even werd het hem allemaal te veel en sloot hij zijn ogen. De zwange- | |
| |
re lucht, rijk aan zo veel nieuwe geuren, de bonte kleuren van alle mensen om hem heen, de hitte...
Een hand omvatte zijn onderarm. ‘Je bent er. Je zal wel moe zijn. Zal ik je maar gauw bij je hotel afzetten?’
Verbaasd opende hij zijn ogen bij het horen van de zachte stem. Ze leeknog zo jong. ‘Sarah?’
‘Granpa Anthon heeft mijn moeder geadopteerd toen ze vier was. Hij was in alle opzichten mijn grootvader.’
‘Ben je echtlerares?’ Hij keek haar recht in de ogen.
‘Ja, net als granpa Anthon geef ik les op de lagere school. Over twee dagen is de eeuwwisseling. Had je die niet bij je familie willen vieren?’ ‘Ik wilde het thuis vieren...’ Hij pakte haar hand stevig beet en trok haar langzaam naar zich toe. ‘Thuis...’
| |
Verklarende woordenlijst
Sr. = Sranan; Ar. = Arabisch
Aimipikin [...] Ikansiedatyekonpaspasinakondredisi [...] - (Sr.) Ach, mijn kindje, je kunt wel zien dat je pas in Suriname bent... We dragen veel kleren... Maar niet overdréven veel... Waar kom jij dan vandaan? Je zult wel horen bij de mensen van voorop... Laat mij je maar terugbrengen... Die mensen van je zullen zich anders nog ongerust maken... |
Aimipikin... nasoyekonluku... [...] - (Sr.) Ach, mijn kindje... Kom je zó tot de Heer? Als je zijn huis betreedt moet je wel zingen van de Heer... Zo is Zijn liefde... Zo is het gevoel... |
Annissa abi bere - (Sr.) Annissa verwacht een kind |
anyisa - (Sr.) Surinaamse hoofddoek |
gidda - (Ar.) grootmoeder |
koto - (Sr.) klederdracht van creoolse vrouwen, meestal bestaande uit een gesteven boven- en onderstuk in verschillende kleuren (hoe opvallender hoe beter) |
mi boi, mi lobi - (Sr.) mijn jongen, mijn schat |
mi doro, oso sei - (Sr.) ik ben er, ik ben thuis |
mi gudu fay tang? - (Sr.) mijn lieve schat, hoe maakt u het? |
oem - (Ar.) moeder |
switti nyang - (Sr.) lekker eten |
waalid - (Ar.) vader |
Met Anthon & Annissa won Chandra Doest de Kwakoe Literatuur Prijs 1999, een initiatief van auteur Clark Accord, Weekkrant Suriname, Uitgeverij Vassallucci en Kwakoe Zomerfestival.
|
|