Lust en Gratie. Jaargang 15(1998-1999)– [tijdschrift] Lust en Gratie– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 98] [p. 98] Greet De Coninck Gedichten Ze zit veilig in de klok lacht ze en poetst de glazen wijzerplaat, nog steeds wonen uren op dezelfde plaats ze spreekt van tijd die ze spaarzaam gebruikt om kamers te bewonen, papier te schikken en gelezen brieven te openen nog herhaalt ze de oude woorden, geluid van gebruikte pennen en antwoordt dan in een brief waarop ze de naam schrijft van een kind in wijde zomerjurk ze vergeet de sleutel van de klok, het uur dat reeds lang stilviel nu ze een meisjeshand zoekt, een speelbal die ooit in het gras rolde. [pagina 99] [p. 99] Ze luistert hoe langzaam de avond geluid verliest, in dorpse straten een hond nog aanslaat, het tuinhek afgesloten gelijk de dag waarna men rusten gaat en haar eerst onderstopt in koude lakens ze verwacht slaap die haar met een droom wegneemt uit de kamer van kleerkast en wekker maar wat blijft is straatlicht door de gordijnen, de torenklok die de nacht verdeelt slaap je nog niet, vraagt moeder, zal ik je voeten warmen, meewachten op de ochtend ze sluit de dekens vaster, troost hoe onprettig soms de reis van de slaap is terwijl haar stem al langzaam stil wordt. Vorige Volgende