Lust en Gratie. Jaargang 5

[p. 92]

Medewerksters

Isabelle de Courtivron. Geboren in Parijs. Studeerde in Europa, Afrika, het Middenoosten en de Verenigde Staten. Is op het ogenblik lector Franse letterkunde aan het Massachusetts Institute of Technology (MIT). Stelde met Elaine Marks de bundel New french feminisms (1980) samen. Publiceerde artikelen over George Sand, Christiane Rochefort, en over hedendaags Frans feminisme. Schreef een boek over Violette Leduc: Violette Leduc, Twaine Publishers, Boston 1985.

Christine D'haen. Geboren 25-10-1923 te St Amandsberg (Gent). Studeerde Nederlands, Engels en Duits aan de universiteit te Gent; daarna nog studie aan de universiteit van Amsterdam en Edinburgh. Lerares Engels, daarna werkzaam bij het Gezelle-archief te Brugge. Gehuwd (René Beelaert), twee kinderen, een kleinkind. Verzamelbundel Onyx bij Athenaeum, Polak & Van Gennep, Amsterdam 1983. Verzamelde 500 Nederlandstalige gedichten van en over vrouwen in: Ik ben genoemd meisje en vrouw, uitgeverij Lanoo, Tielt 1980, en schreef De wonde in 't hert: Guido Gezelle, een dichtersbiografie, Lanoo, Tielt 1987. Binnenkort verschijnt een nieuwe bundel bij Querido.

Barbara Jarczak (1947). Wijdt een groot deel van haar leven aan het opsporen en lezen van (nog) onbekende Franse en Poolse, lesbische schrijfsters en boeken uit het heden en verleden.

Els van der Monde. Geboren in 1942 te Utrecht, opleiding Academie voor beeldende kunst St. Joost te Breda. Werkzaam als free-lance fotografe te Amsterdam. Exposeert regelmatig. Publikaties o.a. in Diva, Onder Vrouwen en Plaatwerk.

Camille Mortagne (1940). Geeft les en doet onderzoek in de Franse literatuur en geschiedenis (Instituut voor de Romaanse talen RUU, Nutsseminarium Amsterdam en Vrouwenstudies Letteren). Publi-

[p. 93]

ceerde een twintigtal artikelen over het werk van onder meer Marguerite Duras en Hélène Cixous. Ziet zichzelf het liefst als vertelster van mooie verhalen uit de grote vrouwelijke traditie.

Eva van Sonderen. (Amsterdam, 1948). Eerdere publikaties: Zuigend de dag in, en de nacht (poëzie, eigen beheer) 1982; Oh take me to the slaughterhouse (proza), De Gids, nr. 4, 1983; Afspraak (proza), De Groene Asmterdammer, 8-6-1983; en gedichten in Op weg naar het onbekende, Sara, Amsterdam 1986 en in Dit maakt ons ademloos bij haar geluid, Sijthoff, Amsterdam 1986. Schrijft over spiritualiteit en jodendom in o.a. Bres, De Groene Amsterdammer en N.I.W.

Djuna Barnes. Geboren in 1892 in Cornwall-on-Hudson (USA). Haar beroemdste boek Nightwood verscheen in 1936. The Ladies Almanack verscheen aanvankelijk anoniem in 1929. Een vertaling hiervan komt in het najaar uit bij uitgeverij Furie, Amsterdam. Barnes woonde vanaf 1919/1920 in Parijs, Berlijn en Londen. In 1940 keerde zij terug naar de Verenigde Staten, waar zij tot haar dood (1982) in de Village (New York) leefde.

Zie voor meer biografische gegevens: Andrew Field, Djuna. The life and times of Djuna Barnes. G.P. Putnam's Sons, New York 1983.