Lust en Gratie. Jaargang 1
(1983-1984)– [tijdschrift] Lust en Gratie– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 95]
| |
[pagina 96]
| |
moederaltijd kijk je sprekend langs me heen
alsof je wat verdween
tussen ons naoogt door het raam
terwijl je mond me daarvan snel geneest
de glazenwasser is geweest
| |
[pagina 97]
| |
een bol van stille blikken
vader
sluit ons al jaren in
ik probeer het vruchtbegin
van ons vertraagd verstikken
al lang niet meer te achterhalen
behoedzaam onder je gelegd
wordt warm wat koel was
en oeverloos wat recht
je hand van tintelend glas
spant snaren langs mijn huid
omhoog naar waar ik uitdij en versmal
de taal verliest er haar geluid
en rede en getal
zo zal een afscheid van jou
wel zijn te vaak gedaan om nog
te weten wat het is en dan ineens
het flitsend inzicht dat het eerste uur
al lang verzonken is
| |
[pagina 98]
| |
geschonden handen de mijne
dat wel maar ook lieve
waarin het voor een borst
goed rusten is en veilig
zoals mijn zwaarmoedige buik
bodem biedt aan billen
de jouwe wellicht
als je diagonaal in slaap stort
en over een ander droomt
vanmorgen werd ik ongesteld
met kramp en bloedbaan langs de knie
zo voor de klas om half elf
een boze fee had mij snel aangeraakt
toen ik dicteerde en de traan
in de kroeg herdacht de nacht
ervoor waaraan al zoveel
argwaan hing dat hij niet
voluit op het viltje viel
wij kunnen nu nooit eens
straffeloos dépri zijn
|
|