Joost Baars
Inleiding bij Hopeloos hoopvol
- In oktober 2017 verschijnt Hopeloos hoopvol van John Caputo. Joost Baars, van wiens hand in Liter 81 al een bijdrage verscheen over Caputo, schreef voor Liter een introductie bij deze voorpublicatie. -
*
John Caputo's boek Hopeloos hoopvol (Hoping against hope) leest als een apologie, in de zin dat het de mens van nu een pad naar geloof voorspiegelt. Maar in tegenstelling tot de beroemde twintigste-eeuwse apologieën van bijvoorbeeld C.S. Lewis en Dorothy Sayers - die de geest tegen de achtergrond van ontkerkelijking en opkomend modernisme en postmodernisme terug in de kerkelijke fles probeerden te redeneren - is het een pad vooruit. In de nu volgende fragmenten uit hoofdstuk 2 gebruikt Caputo daarvoor een beroemde passage uit Lyotards boek Het onmenselijke, waarin wordt gesteld dat het onmogelijk is om ons denken definitief aan een ultieme waarheid te relateren. Waarom? Omdat ons denken alleen kan bestaan omdat wij bestaan, en het zeker is dat ons bestaan van tijdelijke aard is. Alles zal uiteindelijk verdwijnen in het grote niets van de entropie. Het voert te ver om helemaal uit te leggen wat dat natuurkundige begrip inhoudt, maar twee aspecten ervan zijn van belang. Ten eerste: ‘de entropie’ is een van de mogelijke manieren waarop natuurkundig gezien het einde van het heelal zal plaatsvinden. Ten tweede: entropie is een staat waarin alles zó in evenwicht is, dat er niets meer beweegt. Het heelal eindigt dus niet in instabiliteit maar in een totale stabiliteit.
Caputo (1940) is een Amerikaans filosoof en theoloog, en een kenner van de Franse postmodernist Jacques Derrida. In zijn oeuvre vormt Derrida's principe van ‘deconstructie’ - een leeswijze die alle betekenisstructuren tot op het bot destabiliseert - de basis. Voor de meeste mensen - of ze nu christelijk of atheïstisch zijn - is deconstructie een vernietigende kracht, maar voor Caputo is het een scheppende. Denk daarbij ook aan de entropie van Lyotard: juist door de instabiliteit van betekenisstructuren (kerken, heilige boeken, orthodoxieën) op te zoeken breng je die structuren in beweging en kan er iets ontluiken dat door die structuren zowel beschreven wordt als wordt verborgen: geloven.
Dat geloven is bij Caputo iets dat ‘onvoorwaardelijk’ is. Juist daarom kan het