de stadsgrachten vaart en zo kennis maakt met Peerke, die ziek achter één van de ramen van een huis aan de gracht ligt. Als de jongens vragen of Peerke niet kan komen spelen, roept hij naar beneden. ‘Dat kan niet. Ik heb geen benen meer.’ Peerke is met zijn grootvader in de Eerste Wereldoorlog van Vlaanderen naar Nederland gevlucht en heeft tijdens een bombardement zijn benen verloren. Die ene zin, gecombineerd met de wijsheid van Peerke, zijn lankmoedigheid, die stille kamer, heeft me als kind zo aangegrepen dat mijn adem nog steeds stokt als ik er aan denk.
Ik geloof dan ook niet dat kwetsbare kinderen me alleen aanspraken vanwege hun kwetsbaarheid. Ik vond het juist boeiend om te lezen hoe ze een weg vonden in hun moeilijkheden, welke keuzes ze maakten.
Laatst had ik het weer, dat gevoel van vroeger, toen ik Ole durft van Tanneke Wigersma las. Een ontroerend boek over een - eigenzinnig - jongetje dat zijn buurvrouw haar straatvrees doet overwinnen en tegelijk zijn eigen angst dat hij zijn overleden moeder vergeet.
Erna van Koeven (1963) is docent Nederlands aan de Lerarenopleiding Basisonderwijs van de Hogeschool Windesheim in Zwolle. In november 2011 promoveerde ze op een proefschrift over literatuuropvattingen op protestants-christelijke scholen.