Literatuur Zonder Leeftijd. Jaargang 25

[p. 159]

Over de auteurs

Sara van den Bossche

Sara Van den Bossche studeerde Zweeds en Engels (licentiaat in de Germaanse Talen) aan de Universiteit Gent. Ze schreef haar licentiaatscriptie over Astrid Lindgren, in het bijzonder over de persbelangstelling naar aanleiding van het overlijden van de schrijfster in Zweedse, Vlaamse en Nederlandse kranten. Ze werkt momenteel als doctoraatsonderzoeker bij de vakgroep Scandinavistiek en Noordeuropakunde van de Universiteit Gent, waar ze een doctoraat voorbereidt over Astrid Lindgrens positie in de canon van de kinderliteratuur in Zweden, België en Nederland. In 2007 was ze co-organisator van de conferentie ter herdenking van Astrid Lindgren in Gent en hield ze een aantal lezingen over Lindgrens leven en werk. In 2008 kende de Astrid Lindgrenstichting ‘Solkatten’ haar een tweejaarlijkse onderzoeksbeurs toe, wat haar toeliet om in februari 2009 een onderzoeksverblijf van een maand waardoor zij in februari 2009 een maand onderzoek kon doen aan het Zweedse Instituut voor Kinderliteratuur in Stockholm.

Jan Van Coillie

Jan van Coillie promoveerde in 1988 op een studie over de kinderliteratuur in Vlaanderen in de negentiende eeuw. Hij doceert Nederlandse taalbeheersing aan de Katholieke Universiteit Brussel en aan de Hogeschool voor Wetenschap en Kunst, waar hij ook jeugdliteratuur in vertaling doceert. Hij publiceerde tal van artikelen en boeken over kinderpoëzie, de geschiedenis van de jeugdliteratuur, de functies van jeugdliteratuur, sprookjes en jeugdliteratuur in vertaling. Van 1999 tot 2006 was hij voorzitter van het Nationaal Centrum voor Jeugdliteratuur. Hij is ook actief als recensent, vertaler en auteur. Ruime bekendheid verwierven zijn bloemlezingen met gedichten voor kinderen en tieners en zijn boek Leesbeesten en boekenfeesten. Hoe werken (met) kinder- en jeugdboeken (7e volledig herwerkte druk, 2007).

[p. 160]

Rita Ghesquière

Rita Ghesquière is literatuurwetenschapper en was tot 2009 (emeritaat) verbonden als gewoon hoogleraar aan de faculteit Letteren van de Katholieke Universiteit van Leuven. Zij is de auteur van het standaardwerk over jeugdliteratuur Het verschijnsel jeugdliteratuur (in 2009 in sterk bewerkte vorm verschenen onder de titel Jeugdliteratuur in perspectief. Zij publiceerde diverse andere boeken en artikelen over (de studie van de) jeugdliteratuur. Op het vlak van de literatuurwetenschap publiceerde zij een overzicht van de Europese literatuurgeschiedenis.

Britta Jung

Britta C. Jung heeft in Mainz (Duitsland) Algemene en Vergelijkende Literatuurwetenschappen, American Studies en Kunstgeschiedenis gestudeerd. Tegenwoordig is zij promovenda bij de afdeling Duitse Taal en Cultuur aan de Rijksuniversiteit Groningen. Haar onderzoek, dat begeleid wordt door Wara Wende en Astrid Erll, richt zich op de hedendaagse transnationalisering van de herinnering aan het ‘Derde Rijk’ in de Duitse jeugdliteratuur. In een aparte sectie van haar onderzoek probeert zij ook de ‘nationale’ structuren binnen het transnationale narratief te laten zien, door Duitse jeugdboeken van de afgelopen twintig jaar te vergelijken met internationale, met name Israëlische, Nederlandse, Vlaamse en Anglo-Amerikaanse jeugdliteratuur.

Lisa Kuitert

Lisa Kuitert is als hoogleraar Boekwetenschap en als docent Moderne Letterkunde verbonden aan de Universiteit van Amsterdam. Zij behaalde het doctoraalexamen Nederlandse taal en letterkunde in 1988 en promoveerde in 1993 op een onderzoek naar literaire uitgevers in de negentiende eeuw (Het ene boek in vele delen. De uitgave van literaire series 1850-1900). Sinds 1991 is zij redacteur van het tijdschrift De Boekenwereld, vanaf 1999 ook van het tijdschrift Literatuur, beide spraakmakend op het terrein van (respectievelijk) boek- en literatuurgeschiedenis. Na haar promotie werd zij postdoc, en publiceerde in 1997 het overzichtswerk Het uiterlijk behang. Reeksen in de Nederlandse literatuur over twintigste-eeuwse uitgevers. Zij was mede-oprichter van de Nederlandse

[p. 161]

Boekhistorische Vereniging (NBV) en met Th. Bijvoet, P. Koopman en G. Verhoeven co-editor van het boek Bladeren in andermans hoofd. Over lezers en leescultuur (1996). Zij is coördinator van het onderzoeksterrein ‘Literature in Context’ aan de Universiteit van Amsterdam.

Joke Linders

Joke Linders studeerde Nederlands en Literatuurwetenschap in Leiden. Sinds zij voor haar doctoraalscriptie de criteria onderzocht die wereldwijd gehanteerd worden bij het beoordelen van kinderboeken (1974), houdt ze zich bezig met het schrijven over en bestuderen van (kinder)literatuur. In 1990 publiceerde zij haar eerste biografie, An Rutgers van der Loeff, een biografie. Daarna volgden boeken over Annie M.G. Schmidt, Max Velthuijs, Dick Bruna, Fiep Westendorp en Han G. Hoekstra, verschillende encyclopedieën over kinder- en jeugdliteratuur en essays over de biografie. In 1999 promoveerde zij aan de Universiteit van Utrecht op Doe nooit wat je moeder zegt. Annie M.G. Schmidt, de geschiedenis van haar schrijverschap. In 2008 publiceerde zij Witte zuster in donker Afrika, portret van een boerenfamilie.

Willem van der Meiden

Willem van der Meiden is theoloog, communicatieadviseur en journalist. Hij publiceerde over diverse kerkhistorische onderwerpen en promoveerde op 4 december 2009 aan de theologische faculteit van de Vrije Universiteit in Amsterdam op het proefschrift Zoo heerlijk eenvoudig. Geschiedenis van de kinderbijbel in Nederland, uitgegeven bij Verloren in Hilversum.

Coosje van der Pol

In 2010 rondde Coosje van der Pol aan de Universiteit van Tilburg een onderzoek af naar literaire competentie bij kleuters. Op dit onderzoek, getiteld Prentenboeken lezen als literatuur. Een structuralistische benadering van het concept literaire competentie voor kleuters, promoveerde zij eind 2010. Het onderzoek gaat na hoe kleuters samen met hun leerkracht prentenboeken kunnen lezen op een wijze die literair competent genoemd kan worden. Hierbij wordt gebruik gemaakt van speciaal voor het project

[p. 162]

ontwikkelde leesaanwijzingen bij vierentwintig prentenboeken. De effectiviteit van deze leesaanwijzingen is getest in een experiment waaraan achttien scholen deelnamen. Voordien studeerde Coosje van der Pol Algemene Cultuurwetenschappen, met als specialisatie ‘literatuur’ aan de Universiteit van Tilburg. In het academisch jaar 2011-2012 zal Coosje van der Pol een studie-onderdeel in de master Jeugdliteratuur verzorgen aan de Universiteit van Tilburg.