Literatuur. Jaargang 14
(1997)– [tijdschrift] Literatuur– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 81]
| |
De recensent, ook der recensenten
| |
[pagina 82]
| |
temde zigeunerleven nogal komisch: ‘opzwepende vioolmuziek’, ‘gezellige kampvuren’, ‘onbuigzame dienders’ (Bromsnor?). Wanneer Peeters zegt dat het in Hertog van Egypte om ‘een hartstochtelijke idealisering van de Europese zigeuners’ gaat, is dat kennelijk als een compliment bedoeld. Hoe komt het nu dat ervaren lezers tot zulke diametraal tegengestelde oordelen komen? Daar zijn twee redenen voor te geven. In de eerste plaats krijgt eenzelfde aspect van de roman bij verschillende recensenten een volstrekt ander oordeel mee. De literatuurwetenschapper die stelde dat analyse-gegevens op zich zelf neutraal zijn en pas betekenis kijgen wanneer ze met een waardenstelsel worden verbonden, had volkomen gelijk. Het optreden van de wat zweverige verteller werd door Warren afgedaan als ‘een literaire truc’, terwijl Van Deel (en Peeters lijkt hem hier te volgen) begint met een ode aan juist deze manier van presenteren. Van Deel en Peeters, erfgenamen van De revisor, vinden zo'n lastig grijpbare verteller intrigerend, terwijl dagboekschrijver Warren zich ergert aan het omslachtige. In de tweede plaats lazen de verschillende critici een ander boek. Hertog van Egypte leent zich daar ook toe. Terecht merkt Goedegebuure op dat het ‘een roman met verschillende gezichten’ is: een liefdesverhaal, een documentaire en een ‘proeve van zelfreflexief literair proza’ (hij vindt de combinatie overigens niet geslaagd). Een criticus als Van Deel ziet vooral het eerste en het laatste. Binnen zijn optiek is de relatie van de twee hoofdpersonen een illustratie van een liefde ‘die juist bestaat bij de gratie van het feit dat de geliefden vreemden zijn voor elkaar’. Dat de man een zigeuner is, wordt dan in feite bijkomstig. Het had in principe iedereen met een andere achtergrond kunnen zijn (zoals de onkenbare Tsjechische vrouw in Eerst grijs dan wit dan blauw). Voor anderen, en dat zijn dan bij uitstek de negatieve beoordelaars, is dat zigeuner-zijn geen bijzaak, maar essentie. Wat Peeters nog positief de ‘hartstochtelijke idealisering van de Europese zigeuners’ noemde, wordt voor hen het struikelblok omdat ze vallen over de politiek hypercorrecte clichématigheid. Mij doet Hertog van Egypte nog het meest denken aan een oververfijnde versie van de damesbestseller Zout op mijn huid. Alleen is de bonkige Bretonse visser hier vervangen door een schonkige zigeuner. Deze beide ‘primitieve’ mannen sterven aan dezelfde ziekte, want een Love Story wordt natuurlijk pas echt ontroerend als de dood er zich mee bemoeit.
Ton Anbeek |
|