Een koopman in Venetië

[p. 236]

[Teksteditie]

E quisto eo so pro veritate,
Ende dit segge ic u voer warheit,

perché molte volte eo ha' manzate,
want menichwerf hebbe ixse lange gheten,

quando eo veneva de Rossia⁹³⁰
doen ic quam van Rossien,

tornando in fin a Cecilia.
keerende tot in Cecilia.

E là eo trovava compagioni
Ende dar vande ic ghesellen

que my facevano pero quam li Turki.
die my quader maken dan die Turken.

E quisto havete pro veritate:⁺
Ende dit so hebbet vor warheit:

che Ceciliani sonno male gente.
dat die Cecilianen sijn quade lude.

Ma de là manzando de quil pisco,
Mer dar etende van dien vesche,

mi pareva manzare sucoro.
mi dochte sukre te etene.

Ancora te dico, compare myo,
Noch so segge ic u, min gevader,

che la mya fantisca
dat mine marte

930 Met Rossia/Rossien wordt Rusland bedoeld (MNW 6: 1639; GDLI, s.v. Rossia). Hoewel Rusland, het ‘Moscovische Rijk’, zich aan de uiterste grens bevond van de zestiende-eeuwse handelswereld en afgelegen lag ten opzicht van de drukste handelsstromen, was het een belangrijk leverancier van huiden en pelzen (Braudel 1976: 174-8). In Moskou kwamen veel kooplieden om handel te drijven. Venetië importeerde uit Rusland huiden, was en leer ten behoeve van de leerbewerkingsindustrie aldaar (Luzzatto 1961: 176).

+ f.54v

933 maken: hs. maket, et van maket eronder toegevoegd
935 Voor cecilianen: celi doorgehaald