Den Italiaenschen quacksalver, ofte de nieuwe Amsterdamsche Jan Potazy
(1708)–Anoniem Den Italiaenschen quacksalver ofte de nieuwe Amsterdamsche Jan Potazy– AuteursrechtvrijStemme: Van de Brabandtse Lichtmis.‘t Schijnt de werelt is in roer,
Met een groot rumoer,
Koopluy burgers ende boer,
Hoort men praten by der straten,
In dees tijd van den strijdt.
Keyser, Pool, Venetiaen,
Vallen dapper aen,
Op de Turcksche halve Maen,
Hoort men drallen,
Op haer wallen,
Hongary,
Is in ly.
Brandenburg, Saex, Beyer, Trier,
Daer is veel getier,
Keuls-landt sit in groot dangier,
Veele vorsten t’Samen dorsten.
Den hoogmoed’gen Frans,
die sie doch geen kans:
Om dat Spanje komt ten dans.
d’Heeren Staten niet verlaten:
Den Spanjaert kloeck van aert.
De Lely tot sijn hulp verkoos:
De Harp ende Roos,
Te vernielen het gebloos:
Van Gods Wetten te verpletten:
Maeckt ‘t geloof tot een roof.
Om de Protostante leer:
Doen sy dapper weer:
Haer met kracht te drucken neer,
Maer veel Heeren haer verweeren:
Want Schotlandt blijft constant.
| |
[pagina 69]
| |
En ons Prins d’Oranjen held,
Komt met moet te veld,
Om met kracht en groot gewelt
Godes Kercken te verstercken,
Blijft aen ‘t Licht Vast verplicht.
Men hoort nu in Nederland,
Vreugde aen allen kant,
Voor ons Prins kloeck en valjant.
De Tamboeren, trommels roeren,
Die wil mee,
Maeck hem ree.
Voor Wilhelmus van Nassou,
Wilt u spoeden gou,
Die ons helpt uyt druck en rouw:
t’Sa Hollander;
En al d’ander:
Vries en Zeeuw,
Vecht als Leeuw.
t’Sa valt aen met volle macht;
Houd aen met eendracht:
Wilt krenken de vyands kragt,
En de Fransen:
Braef doen danssen;
Door ‘t Canon;
Roy Bourbon.
Dus Matroosen kloeck en sterck,
Tijd nu kloeck te werck:
En soldaten houd u perck;
Wilt niet wijcken:
Laten blijcken,
Voor den Frans:
Houd u kans.
Roept nu viva over al:
Vrolijck met geschal
Klimt den vyand op haer wal,
Die ‘t Oranje,
‘t Campanje,
Nu regeert,
En estimeert.
|
|