Indische Letteren. Jaargang 33
(2018)– [tijdschrift] Indische Letteren– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 91]
| |||||||||||||||||
‘Heb ik het niet gezegd, dat de lyst kurieus was?’
| |||||||||||||||||
[pagina 92]
| |||||||||||||||||
en Pantagruel, tot de lijstjes van Georges Perec. Ook het werk van Multatuli bevat een heleboel lijsten, zoals het bekende Pak van Sjaalman uit Max Havelaar of zijn reeks van 1282 Ideën. | |||||||||||||||||
De lijst: tussen feit en fictieDie nadrukkelijke aanwezigheid van de lijst in de literatuur hoeft niet te verbazen. Ze is immers ook in het dagelijkse leven een veelvoorkomend instrument voor de ordening van de (extra-narratieve) wereld. De lijstvorm is werkelijk overal: van een snel neergepend boodschappenlijstje en een uitgebreide catalogus of inventaris tot de Tien Geboden. Zelfs wanneer men iets of iemand beschrijft, gebeurt dat aan de hand van de opsomming van een aantal kenmerken. Een lijst helpt het geheugen en bundelt informatie in een gecondenseerde en overzichtelijke structuur. Ze zorgt voor de classificatie van objecten en maakt de wereld aldus vatbaar en beheersbaar.Ga naar eindnoot7 Bij de vroege ontwikkeling van het schrift was het bovendien de lijstvorm die zorgde voor een enorme vooruitgang van de economie en het staatsbestuur, in de vorm van inventarissen en catalogi. Verder duikt de lijst vaak op als mnemotechnisch hulpmiddel in een didactische of pedagogische context. Zo bouwen handleidingen en recepten verder op het lijstprincipe.Ga naar eindnoot8 Ten slotte slaagt de lijstvorm erin om abstracte concepten begrijpelijk te maken. Het concept ‘tijd’ bijvoorbeeld wordt doorgaans voorgesteld in een lijst of kolomvorm (zoals in een agenda of kalender) om het visueel zichtbaar te maken.Ga naar eindnoot9 Doordat lijsten door mensen aangewend kunnen worden om macht en controle uit te oefenen over anderen, sturen ze voor een deel de wereld. De lijst geeft, met andere woorden, een concrete vorm aan het leven: ze is een medium dat gegevens classificeert voor een makkelijke en snelle verwerking van informatie.Ga naar eindnoot10 Aangezien de lijst zowel in pragmatische als in literaire contexten een opvallende vorm is, vormt ze een ideale ontmoetingsplaats tussen feit en fictie, encyclopedie en verhaal, uitweiding en vertelling. In een narratieve tekst kunnen lijstjes heel wat verschillende gedaanten aannemen, met een variabele vorm, omvang en functie. Ze kunnen bijvoorbeeld formeel en typografisch gemarkeerd zijn, door het gebruik van cijfers of bullets en door afzondering in een apart tekstblok. Soms zijn ze echter in de tekst geïntegreerd, via gedetailleerde beschrijvingen of uitputtende opsommingen. Lijsten kunnen de lezer helpen, door in te zetten op een effet de réelGa naar eindnoot11 en zodoende bij te dragen aan de lezersidentificatie. Anderzijds kunnen ze het | |||||||||||||||||
[pagina 93]
| |||||||||||||||||
leesproces bemoeilijken, door chaos en verwarring te creëren.Ga naar eindnoot12 Verder roepen ze steeds een aantal spanningen op, zoals gelijkheid versus tegenstelling, eenheid versus verbrokkeling.Ga naar eindnoot13 Philippe Hamon ziet de lijst ten slotte als een exemplarische vorm van beschrijving in de roman, die tegelijk simpel, praktisch, doeltreffend en decoratief is.Ga naar eindnoot14 | |||||||||||||||||
Lijsten in Max HavelaarOok Multatuli begreep de grote mogelijkheden van de lijstvorm. In zijn Max Havelaar zijn de lijstjes dan ook verspreid over alle lagen van het verhaal. Elk vertel-niveau, tot en met de paratekst, bevat lijsten met een variabele vorm en inhoud. De bekendste daarvan is wellicht de zeer uitgebreide beschrijving van het Pak van Sjaalman. Zo'n lang uitgesponnen lijst wordt vaak gezien als een eiland in de vertelling, dat het verhaal nodeloos opschort en makkelijk achterwege gelaten kan worden zonder afbreuk te doen aan de verhaalinhoud.Ga naar eindnoot15 Verderop zal echter blijken dat het Pak van Sjaalman wezenlijke informatie bevat, die reeds vroeg in de roman een aantal inzichten verschaft aan de lezer die onmisbaar zijn voor een goed begrip van de tekst. Het Pak van Sjaalman maakt deel uit van de vertellerstekst van Droogstoppel.Ga naar eindnoot16 Dat personage komt aan het woord als een ik-verteller, die verslag uitbrengt van zijn eigen belevenissen. Pas aan het einde van de roman wordt duidelijk dat het verhaal van Droogstoppel zich op een ingebed niveau bevindt. Multatuli onthult zichzelf immers als de ultieme, hoogste vertelinstantie van het verhaal: ‘ik, Multatuli, neem de pen op’.
Visuele weergave van de verschillende vertelinstanties in Max Havelaar, ontleend aan Vervaeck 2012.
| |||||||||||||||||
[pagina 94]
| |||||||||||||||||
In de tussentijd vertelt Droogstoppel over zijn ontmoeting met de zogenaamde Sjaalman en over de bundel verhandelingen die deze figuur heeft achtergelaten. Daarna last hij een weergave van de inhoud van die bundel in. De eigenlijke lijst wordt ingeleid door een verklarende hoofdzin die de inhoud en context van de lijst verduidelijkt: ‘Ik vond daar verhandelingen en opstellen.’Ga naar eindnoot17 Wat volgt achter de dubbele punt is een titel- of onderwerpenlijst van die verhandelingen. Qua vorm gaat het om een verticale, ongenummerde lijst, die functioneert als een catalogus van het werk van Sjaalman. De lijst is een opeenvolging van 148 titels met dezelfde grammaticale vorm - ‘over + nominaalconstituent’ - waardoor elke regel anaforisch aanvangt met hetzelfde voorzetsel. De titels zijn typografisch gelijkvormig: ze springen in en staan cursief. De lijst neemt 189 regels in beslag, waardoor er inderdaad een pauze lijkt op te treden binnen de voortgang van het verhaal. De uniformiteit van de lijst wordt echter meermaals onderbroken door opmerkingen die tussen haakjes staan en niet cursief zijn. Die incongruentie in de vorm weerspiegelt de polyfonie die de lijst kenmerkt: de lijst wordt opgesomd door de ingebedde vertelstem van Droogstoppel, die de ideeën van Sjaalman representeert. Sjaalmans gedachtegoed is dus tweevoudig ingebed in het verhaal. Enerzijds geeft Droogstoppel de titels weer op een schijnbaar neutrale, registrerende manier, waardoor hij de stem van Sjaalman/Havelaar effectief oproept. Anderzijds becommentarieert hij de titels vanuit zijn eigen, subjectieve visie, die sterk contrasteert met die van Sjaalman. Ter illustratie enkele voorbeelden van afzonderlijke items uit de lijst, waarbij er dissonantie ontstaat tussen de ingebedde stem van Droogstoppel en die van Sjaalman: Over verzen als oudste taal. (Dat geloof ik niet.) De wisselwerking tussen de (pseudo-)wetenschappelijke stem van Sjaalman en de burgerlijke stem van Droogstoppel roept een komisch effect op, dat een nieuw soort dynamiek in de lijst brengt. Droogstoppel onthult met zijn opmerkingen een aantal kenmerken die hem in de hele roman zullen karakteriseren: hij tracht zichzelf te profileren als een diepgelovig, fatsoenlijk burgerman, met een voorliefde voor waarheid en werkelijkheid. Uit het contrast tussen de titels en Droogstoppels opmerkingen blijkt echter vaak dat hij in werkelijkheid een bekrompen persoonlijkheid heeft. | |||||||||||||||||
[pagina 95]
| |||||||||||||||||
Hoewel de lijst het verhaal kwantitatief verlengt en zo dus de narratieve voortgang vertraagt, biedt ze tegelijkertijd vroeg in de roman inzichten in de manier waarop verschillende personages functioneren. Zo draagt ze bij tot de interpretatie van Droogstoppels houding en intenties, waardoor ze een houvast biedt aan de lezer. De oorspronkelijke lezers van Max Havelaar lazen het werk immers binnen een traditie van betrouwbare vertellers, zoals in het werk van Nicolaas Beets en J.J.L. ten Kate. Bovendien beschikten zij nog niet over de begeleidende aantekeningen en scheen Droogstoppel op dat moment in de lectuur dus de hoogste vertelinstantie. Verhaalelementen zoals deze lijst functioneren echter als een sterke aanwijzing voor de problematische aard van Droogstoppels vertelling. De meerstemmigheid, die een sterk evaluatieve dimensie verleent aan de lijst, verbindt immers al een zweem van onbetrouwbaarheid en schijnheiligheid met de figuur van Droogstoppel. De lijst vormt op die manier een hulpmiddel voor de beoordeling van het ethosGa naar eindnoot19 ofwel de morele houding van de personages: hoewel Droogstoppel herhaaldelijk zijn oprechtheid en integriteit benadrukt, worden die intenties door toedoen van (onder meer) de lijst onderuitgehaald. | |||||||||||||||||
Dichter en wetenschapperEen inhoudelijke analyse van de lijst toont aan dat ze een opsomming bevat van titels van wetenschappelijke verhandelingen. Met die verhandelingen verwees Multatuli naar de context van de populaire negentiende-eeuwse leesgenootschappen, waardoor de titels een herkenbaar ankerpunt vormden waarmee de contemporaine lezer zich kon identificeren.Ga naar eindnoot20 Het verdere verloop van de roman sloeg die lezer wellicht zodanig uit het lood (vanwege de ongewone vertelstructuur en de exotische, controversiële inhoud) dat een aantal referentiekaders aan het begin van de roman voor herkenbaarheid moest zorgen. Titellijsten worden over het algemeen ingevoerd in een roman om een verhaal te verrijken met een encyclopedische allure van kennis. Tegelijk blijken ze vaak een aanzet te vormen voor polemiek en discussie.Ga naar eindnoot21 Beide kenmerken zijn inderdaad van toepassing op het Pak van Sjaalman. Jaap Grave toont aan hoe de veelheid aan thema's, genres en onderwerpen de lijst (en bij uitbreiding ook de volledige roman) tot encyclopedische proporties tracht te verheffen. De verhandelingen bestrijken inhoudelijk immers een groot scala dat haast elk aspect van de maatschappij omvat, variërend van religie, mythologie en literatuur, geschiedenis, aardrijkskunde en pedagogie, tot economie en wetenschap. Op die | |||||||||||||||||
[pagina 96]
| |||||||||||||||||
manier wordt de opsteller van de lijst gekarakteriseerd als een begaafd persoon met zowel literaire als wetenschappelijke kennis: hij is een ‘dichter in de hoogste zin van het woord’ en tegelijkertijd is ‘geen wetenschap hem vreemd’.Ga naar eindnoot22 Ook de thematiek van de roman is dus terug te vinden in het Pak van Sjaalman. De titellijst gunt de lezer immers een eerste blik op een aantal onderwerpen, woorden en namen die Havelaar later nog zal aankaarten.Ga naar eindnoot23 De lijst functioneert zo als een ingebed verhaal of spiegelverhaal voor de Havelaar-historie. Hoewel het Pak voor de lezer, net zoals voor Droogstoppel, op veel plaatsen eerst onbegrijpelijk overkomt, werkt het als een raam waardoor de lezer een vooruitblik krijgt op enkele polemische verhaallijnen die nog volgen. Ook de politieke thematiek is terug te vinden in het Pak van Sjaalman. Titels als ‘Over de slaverny in Europa’, ‘Over het recht van opstand by onderdrukking’ en ‘Over de misdaden der Europeërs buiten Europa’ horen in die context bij de verwijten van mishandeling en uitbuiting die Havelaar richt aan de Hoofden van de inlandse bevolking.Ga naar eindnoot24 Op die manier worden de elementen uit de lijst rechtstreeks verbonden met elementen uit het verhaal. Zelfs Havelaars opmerkingen over vrouwen en opvoeding worden voorafgegaan door titels uit het Pak: ‘Over de schoonheid der vrouwen te Nîmes en te Arles’, waarnaar hij verwijst in het elfde hoofdstuk, en ‘Over den Emile van Rousseau’. Een titel als ‘Over het standhouden van aziatische gewoonten’ wordt op het verhaalniveau weerspiegeld in Tine's klederdracht en in de taal van mevrouw Slotering, terwijl zowel Stern als Droogstoppel nog zal refereren aan ‘Over de vereering van Schiller en Göthe’. ‘Over het begrip van eer’ en ‘Over zieners en profeten’ symboliseren Havelaar en zijn missie zelf.Ga naar eindnoot25 Hij ziet de verdediging van de inheemse bevolking als een erezaak en hij profileert zich als een ware profeet terwijl hij die taak tracht te vervullen.Ga naar eindnoot26 Het Pak van Sjaalman geeft dus een thematische inkijk in het verhaal van Havelaar en tegelijkertijd vervult het een karakteriserende functie. Bovendien zegt het Pak niet alleen iets over de hoeveelheid en de aard van de kennis waarover Havelaar beschikt, maar impliceert het meteen ook een aantal ethische kwesties. De hierboven aangehaalde titels tonen Havelaar als een geëngageerd man, die rechtschapen is en zich daarom geroepen voelt om onderdrukten te bevrijden. Het Pak van Sjaalman bevat kortom belangrijke informatie die de intenties en het ethos van oprechtheid van Havelaar al vroeg accentueert. Het is echter niet alleen de inhoud van de lijst die informatie over de personages verschaft, ook de vorm heeft een karakteriserende functie. De manier waarop de inhoud als een formele lijst wordt gepresenteerd aan de lezer, is dan ook veelzeggend. Als verteller had Droogstoppel immers even goed beknopt kunnen samen- | |||||||||||||||||
[pagina 97]
| |||||||||||||||||
vatten: ‘Ik vond daar meer dan 148 verhandelingen, over heel wat onderwerpen en uiteenlopende genres’. Hij opteert er echter voor om maar liefst 148 titels stuk voor stuk, netjes onder elkaar geordend aan de lezer door te geven. Hij wil het Pak zoals het voor hem ligt, zo waarheidsgetrouw mogelijk weergeven en streeft daarom naar volledigheid. Dat bevestigt Droogstoppels (schijnbare) voorliefde voor werkelijkheid en echtheid. De lijst bereikt echter geen closure, want na het 148ste item roept Droogstoppel uit: ‘En dit was nog niet alles!’, waarna hij overgaat tot een horizontale opsomming, die geen titels bevat, maar beschrijvingen: Ik vond, om van de verzen niet te spreken [...] een aantal bundeltjes waaraan het opschrift ontbrak, romancen in het maleisch, krygszangen in het javaansch, en wat niet al! Ook vond ik brieven, [...] uittreksels uit dagboeken, aanteekeningen en losse gedachten.Ga naar eindnoot27 Op die manier verschijnen in de roman vlak na elkaar twee verschillende soorten lijsten. De eerste is een lang uitgesponnen, verticale, uniforme titellijst, die de titels rechtstreeks citeert en dus gebruikmaakt van de directe rede. Daarna volgt een beknopte, horizontale, beschrijvende lijst. De invoering van de horizontale lijst zorgt ervoor dat de overgang van verticale opsomming naar lineair verhaal minder bruusk plaatsvindt. Tegelijk heeft deze opeenvolging van lijsten een thematische betekenis: terwijl de eerste lijst nog sterk Droogstoppels verlangen naar waarheid en referentialiteit toont, bewijst de tweede lijst dat hij er niet in slaagt om de volledige inhoud van het Pak weer te geven. Droogstoppel slaagt er zo zelfs niet in om het Pak volledig te doorgronden: ‘Alles lezen kon ik niet, want ik vond er vele talen in, die ik niet verstond’ (21). Zo wordt als het ware het failliet van de Droogstoppel-figuur al vroeg in de roman getoond. | |||||||||||||||||
Van Droogstoppel tot dichterHet Pak van Sjaalman omvat meer dan alleen een lijst die de aanwezige titels letterlijk opsomt - en dus rechtstreeks verwijst naar de aanwezige bundel papier. Een extra betekenisdimensie zit immers verscholen in de voortdurende anaforische herhaling van het voorzetsel ‘over’. Die herhaling roept het idee op van een litanie wanneer de lijst luidop wordt gereciteerd. In dezelfde context blijken er nog meer stijlfiguren aanwezig te zijn in het Pak. De eerste regels vertonen bijvoorbeeld duidelijke assonanties: Sanskrit - takken - straf; | |||||||||||||||||
[pagina 98]
| |||||||||||||||||
moord - oorsprong; adel - verschil - begrip; oneindige tyd - eeuwigheid. Verder bevat de lijst een aantal opvallende alliteraties: ‘Over Inkomende Rechten als ondoeltreffend, onkiesch, onrechtvaardig en onzedelijk’.
Multatuli werkt in Brussel aan zijn Max Havelaar, door Johan Braakensiek, gepubliceerd in De Amsterdammer, 22 juni 1890. Collectie Universiteitsbibliotheek Amsterdam.
Verder druipt de lijst van de ironie en bevat ze een aantal hyperbolen, eufemismen en parallellismen. Zo wordt er eufemistisch gesproken over de ‘werkeloosheid van een Opperwezen’ (op die manier kaart hij een precaire geloofskwestie aan zonder het feitelijke bestaan van God expliciet te ontkennen) en worden de tegengestelde elementen water en vuur met elkaar verbonden in ‘Over de brandbaarheid van water’. Niet toevallig volgt ‘Over vermenigvuldiging’ vlak achter ‘Over de uitvinding der kuisheid’. ‘Over de niet-etende bevolking van het eiland Rotti by Timor’ wordt gevolgd door ‘Over het menschen-eten der Battah's’. Ook metaforen ontbreken niet, zoals in ‘Over ebbe en vloed der beschaving’. Droogstoppel beëindigt zijn opsomming bovendien met een climax, wanneer hij uitroept ‘En dit was nog niet alles!’ Op die manier zet de lijst in op wat Roman Jakobson de poëtische taalfunctieGa naar eindnoot28 noemt en oefent ze een bezwerend effect uit op de lezer. Dat is natuurlijk net wat Droogstoppel koste wat het kost wil vermijden: vanaf de eerste pagina uit hij zich immers misnoegd over de onbeschaamdheid van dichters en romanschrijvers en waarschuwt hij voor hun leugenachtigheid. Hij beseft echter niet dat zijn weergave van het Pak dit soort verbal beauty in zich draagt en hem zelf haast tot een dichter maakt. | |||||||||||||||||
‘En dit was nog niet alles!’Max Havelaar bevat naast het Pak van Sjaalman nog een groot aantal andere lijsten en opsommingen, waarvan er hier enkele kort aan bod komen. In het vijfde hoofdstuk | |||||||||||||||||
[pagina 99]
| |||||||||||||||||
giet Droogstoppel zijn overeenkomst met Stern in een verticale, genummerde lijst, die de vorm van een contract aanneemt. Deze lijst is een verticale opsomming die door de nummering nog sterker formeel beregeld wordt dan het Pak van Sjaalman. Opnieuw begint elk item van de lijst anaforisch met hetzelfde woord, in dit geval het voegwoord ‘dat’. Elk item van de lijst wordt zo tot lijdend voorwerpszin van de inleidende hoofdzin ‘We stelden dus vast’. De uniformiteit van vorm wordt ook hier doorbroken: het elfde item bevat namelijk een cursieve opmerking tussen haakjes: ‘(Hierop drong Stern sterk aan.)’. Hoewel de inleidende zin van de lijst een overeenstemming tussen Stern en Droogstoppel impliceert, toont Droogstoppel op deze manier aan dat hij het niet eens is met het elfde item. Hij neemt grammaticaal afstand en scheidt het item ook in vorm af van de rest. De ‘wij’ van de hoofdzin valt hier uiteen in ‘Stern’ tegenover ‘ik’: Droogstoppel distantieert zich van Sterns beslissing. Inhoudelijk biedt deze lijst een narratologische leidraad voor de lezer, aangezien het contract letterlijk de verdere opbouw van het verhaal vastlegt. Het Havelaar-verhaal zal verteld worden door Stern. Droogstoppel heeft niets te maken met die vertelling, maar voegt een aantal hoofdstukken met zijn eigen commentaar toe. Stern en Droogstoppel staan dus op hetzelfde niveau in de vertelling: de een wordt niet ingebed in het verhaal van de ander. Verder is de karakterisering alweer niet veraf. De strikte beregeling toont opnieuw de rigide aard van Droogstoppel, maar vooral de onverwachte doorbreking van de grammaticale structuur laat zien hoe zijn drang naar gelijkvormigheid wederom het einde van de lijst niet haalt. Voorts bevestigt de nadruk op soliditeit en zedelijkheid het reeds geschetste beeld van Droogstoppel. Ook Havelaar zelf waagt zich aan een genummerde titellijst als hij in het achtste hoofdstuk de nota's van zijn voorganger Slotering bespreekt. Havelaar somt de titels op in de directe rede en creëert zo een lineaire lijst. Desondanks lijken de items zowel qua vorm als inhoudelijk op het Pak van Sjaalman: het gaat om titels van verhandelingen met dezelfde syntactische opbouw (‘over’ + nominaalconstituent) en een vergelijkbare betogende aard. Havelaar gebruikt de nota's voorts als een manier om Slotering te beschrijven als een man ‘die een initiatief wist te nemen’ en tegelijk ook om zichzelf te rechtvaardigen: ‘Ziet ge wel dat ik niet zo excentriek ben als 't schijnt, wanneer ik werk maak van recht?’Ga naar eindnoot29 Via dit soort lijsten tracht hij zijn geloofwaardigheid en zijn goede intenties te benadrukken: zo functioneert de lijst dus opnieuw als een hulpmiddel voor karakterisering. Hoewel Havelaar rechtstreeks aan het woord is, vertoont ook deze opsomming de eerder besproken meerstemmigheid. Enerzijds geeft Havelaar de ideeën van Slotering weer via de mimetische representatie van diens verhandelingen. An- | |||||||||||||||||
[pagina 100]
| |||||||||||||||||
derzijds voegt hij voortdurend zijn eigen bedenkingen toe aan zijn betoog. Zowel Droogstoppel als Havelaar onderbreekt de opeenvolging van items dus met zijn eigen opmerkingen. | |||||||||||||||||
‘Aanteekeningen en opmerkingen’Max Havelaar bevat aan het eind een lange, opvallende lijst in de vorm van 194 ‘Aanteekeningen en Opmerkingen’. Die eindnoten bevatten referentiële informatie in de vorm van naam- en woordverklaringen of vertalingen, ophelderingen van bepaalde gebruiken in Nederlands-Indië en bewijzen die de waarheidswaarde van het verhaal moeten garanderen. Verder bieden ze uitweidingen en toelichtingen bij het verhaal. De noten bevatten heel wat herhalingen en onpraktische verwijzingen, maar tegelijk leveren ze informatie over personages en vertellers en dragen zo bij aan een goed begrip van de verteltekst.Ga naar eindnoot30 Uit de noten blijkt namelijk al vlug dat Droogstoppel niet de hoogste vertelinstantie - en dus niet de ultieme bron van kennis - is. Het moment waarop de lezer de aantekeningen leest, bepaalt dan ook sterk zijn inzicht in de vertelstructuur.Ga naar eindnoot31 Verder draagt ook deze lijst bij tot de personagetekening: Droogstoppel wordt beschreven als een dor, schijnheilig persoon, letterlijk zelfs als een ‘huichelenden schelm’. Havelaar wordt op zijn beurt geschetst als een loyaal, zelfzeker en edelmoedig man op zoek naar waarheid en gerechtigheid.Ga naar eindnoot32 Bovendien kenmerkt deze lijst zich alweer door een ver doorgevoerde polyfonie. De ik-figuur stelt zich eerst voor als Multatuli - weliswaar met het onderscheid tussen ik-nu uit de noten tegenover ik-toen uit de verteltekst. Later verbindt hij ook Sjaalman, Stern en Max Havelaar met de eerste persoon enkelvoud.Ga naar eindnoot33 De ik-figuur verdedigt zelfs Droogstoppels afkeer van poëzie en lijkt soms diens stem aan te nemen in noten waarin hij zich opvallend formeel uit. Ook de voortdurende drang om de echtheid van het verhaal aan te tonen,Ga naar eindnoot34 lijkt op het discours van Droogstoppel. Voorts herinnert de drang naar volledigheid - die blijkt uit de haast eindeloze voortgang van de noten - aan Droogstoppels omgang met het Pak van Sjaalman. De vertelstem in de aantekeningen combineert dus elementen van Droogstoppel, Havelaar, Stern en Multatuli, zonder ooit tot een synthese te komen. De lange lijst die theoretisch gezien tot de paratekst behoort, vertoont kortom dezelfde meerstemmigheid als de lijsten in de verteltekst. De lijst met aantekeningen vertoont verder ook thematische overeenkomsten met de overige lijsten. Zoals het Pak van Sjaalman aan het begin van de roman een voor- | |||||||||||||||||
[pagina 101]
| |||||||||||||||||
afspiegeling was van onder meer de politieke thema's, zo worden diezelfde thema's hernomen in de eindnoten. Ook de grote verscheidenheid aan kennis en wetenschap en de voortdurende drang naar waarheid komt aan bod. Op die manier past de lijstvorm perfect binnen het doel van Max Havelaar. De implicaties van kennisoverdracht en kennismanipulatie, die historisch gezien met de lijstvorm verbonden zijn (zie hierboven), keren terug in de roman. Max Havelaar vormt immers een spel met weten en niet-weten, met kennis van de ware toestand in Nederlands-Indië en de verbloeming ervan, met onthullen en verbergen. | |||||||||||||||||
BesluitDe lijstvorm in Max Havelaar kan beschreven worden als een eenvoudige techniek die in een gecondenseerde vorm veel informatie verschaft, en die over het algemeen drie elementaire functies vervult: een referentiële functie, een narratologische functie en een poëtische functie. De lijsten bevatten een behoorlijke hoeveelheid feitelijke kennis, die rechtstreeks wordt aangeboden aan de lezer. Het gaat daarbij zowel om extra-narratieve kennis (zoals de rechtstreekse weergave van wetenschappelijke titels) als om kennis van het narratieve verloop (Droogstoppel, die in een lijst aankondigt hoe het verloop van de verdere roman eruit zal zien). Daarnaast bieden de lijsten narratologische inzichten, zowel op inhoudelijk vlak als door hun vorm en opbouw. Allereerst verschaffen ze inzicht in de werking en de hiërarchie van de verschillende vertelinstanties. Zowel de manier waarop de lijsten zijn opgebouwd, als de inhoud ervan vormen richtlijnen voor de beoordeling van de betrouwbaarheid van die vertellers. Vervolgens bieden ze informatie over de personages via directe en/of indirecte karakterisering. Ook tijdruimtelijke aspecten komen aan bod in de lijsten, door enerzijds het verhaalverloop te vertragen en door anderzijds vooruit te wijzen naar wat nog komen zal. Verder illustreren de lijsten de centrale thema's in de roman en de verschillende manieren waarop daarmee wordt omgegaan. Op die manier functioneren de lijsten als een handig referentiekader en vormen ze een bruikbare leidraad voor de lezer. Naast de narratologische functie is er ook een poëtische functie van de lijst. Deze komt wellicht het duidelijkst naar voren in het Pak van Sjaalman. Die lijst bevat immers een aantal stijlfiguren en lyrische kenmerken. Dat zorgt voor de ironisering van het personage Droogstoppel en verleent tevens een extra dimensie aan de lijst, die zo ook als een autonome tekst bestudeerd kan worden. De poëtische functie | |||||||||||||||||
[pagina 102]
| |||||||||||||||||
komt weliswaar niet in alle lijsten even duidelijk aan bod, maar qua vorm vertoont elke verticale lijst een strofeachtige opbouw. De lijsten in Max Havelaar illustreren ten slotte het kennisbegrip in de roman. Net zoals de lijstvorm zelf, is dat begrip gebaseerd op noties van eindigheid en oneindigheid, inzicht en onbereikbaarheid. Multatuli zag waarheid en kennis immers als iets wat we voortdurend kritisch moeten nastreven, maar dat we nooit helemaal zullen bereiken. In het streven naar de waarheid dient men dan ook zoveel mogelijk schijnwaarheden te ontmaskeren.Ga naar eindnoot35 Die ontmaskering is het ultieme doel van Multatuli: hij ontmaskert zichzelf, Havelaar en Droogstoppel, maar ook de politieke toestand. De lijst vormt daarbij een handig hulpmiddel. | |||||||||||||||||
Bibliografie
| |||||||||||||||||
[pagina 103]
| |||||||||||||||||
|
|