Hollands Nachtegaeltien verryct met een nieu twede deel genaemd Hollandts en Zeeuws Nachtegaels t'samen-gezangh
(1633)–Anoniem Hollands nachtegaeltien en Hollands en Zeeuws Nachtegaels 't samen-gezangh– AuteursrechtvrijStemme: Wel Lucas, wel Lucas.
INdien ghy mijn leven / wilt stellen gerust
Ick sal aen u geven / al watter u lust,
Ick geef u mijn gemoet / en al mijn sinnen
Al wat mijn Nimphe doet / sal ick beminnen,
Maer u bevroosen hart / noyt verandert wert.
2 De winden en Buyen / en 't droevige Weer,
Verslinden de Kruyen / maer ghy mijn noch meer,
Ghy wreeder als een Ram / om mijn te plagen
Ick macker als een Lam / om u te behagen,
| |
[pagina 283]
| |
Sit eeuwigh vol verdriet / onder u gebiedt.
3 Maer alle mijn schreyen / en droevigh geluyt
Doet alle mijn Weyen / en Vee teeren uyt,
Want waer ick eens mijn traen / laet nederdalen
Daer lickt geen Schaepje aen / ick ga vast dwalen,
Treurigh met mijn Vee / om mijn Galathee.
4 Ick denck om geen zaeyen / mijn lant dat verstaet
Ick denck om geen maeyen / mijn Kooren vergaet,
Mijn Lullepijp die leyt / by mijn verslagen
En Tirsis die sit en schreyt / geheele dagen,
En roept Galathe dra / doet mijn doch gena.
5 Dan sullen u Schapen / u Harder en fluyt
Weer alle vreughd rapen / en geven geluydt,
Dan sal ick na mijn hant / mijn sinne voege,
En zaeyen weer mijn Landt / en wederom ploege,
Dus Galathea dra / doet mijn doch gena.
FINIS. |
|