Over de vrijheid van de wil
Erik Bindervoet Robbert-Jan Henkes
- Is de wil vrij?
- Hoe bedoel je?
- Nou, gewoon: is de wil vrij?
- Wat zijn dat voor vragen?
- Vragen die niet meer gesteld worden. Wie denken er heden ten dage nog wat, en wat of waarover? De vrijheid van de wil is een filosofisch probleem dat het verdient om over nagedacht te worden. In 1839 won de Duitse filosoof van Pools-Nederlandse afkomst Arthur Schopenhauer een prijsvraag die was uitgeschreven door de Koninklijke Noorse Academie voor Wetenschappen in Trontheim handelend juist over dit onderwerp.
- Maar, maar... dat is precies honderdvijftig jaar geleden!
- Juist. Daarom kan het nu, nu het geen kwaad meer kan, in een belabberde vertaling onder de Nederlandse neuzen gewreven worden. Ik heb trouwens sowieso de indruk dat je voor de meeste vertalingen zoveel taalgevoel en reconstructievermogen nodig hebt dat je daarmee net zo goed het origineel kunt lezen. En dat is nog niet alles. Het lijkt er op alsof Schopenhauer hier nog steeds geïntroduceerd moet worden. Waarom anders dat eeuwige essay zonder kraak of smaak van Thomas Mann erachteraan vastgeplakt, in plaats van dat andere hemelbestormende, zij het helaas niet gekreunde, prijsschotschrift van Schopenhauer over de ethiek?
- De ethiek? De ethiek?
- De leer van goed en kwaad!
- Ach wat! Dat heeft toch niets met de vrije wil te maken. Vrijheid, dat is: de vrijheid om te doen en laten wat je wil. En dat kan godzijdank, omdat we in een democratie leven. Goed en kwaad zijn maar afspraken. Wat ik goed vind vindt een ander misschien weer slecht.
- Laat me dit even uitleggen en uitspreken. Als jij moet kiezen tussen twee kwaden, bijvoorbeeld tussen water of brood, wat kies je dan?
- Dat hangt ervan af, of ik honger heb of dorst.
- Precies, en dat is altijd zo. Nihil est sine ratione cur potius sit quam non sit. Alles heeft zijn oorzaak. Als de omstandigheden weer gelijk zouden zijn, deed je weer hetzelfde. Er is helemaal geen vrije keuze. En waar geen vrije keuze is, is geen vrije wil. Wat je wil dat doe je. Daar helpt geen moedertjelief aan. Jij kiest voor één van de twee met dezelfde noodzakelijkheid als waarmede deze steen, eenmaal losgelaten, op je kop valt.
- Waag het niet!
- Ik heb het inderdaad niet gedaan. Ik ben van nature een principieel pacifistische schijtlaars, en daarbij hield mijn verstand mij een dwingender motief voor dan de lust die mij (even) bekroop jouw dikke schedel te splijten met dit neolitische artefact, namelijk de angst voor jouw spierballen, die werkelijk fenomenaal zijn. Mag ik ze eens betasten?
- Heb je het daarom niet gedaan, omdat je het niet echt wilde? Of wilde je het niet omdat je het niet deed? Als je 't toch pas achteraf kunt zeggen, dan zijn doen en willen voor jou zo'n beetje synoniemen...
- Nee, het zijn geen haarkloverijen of woordspelletjes, het is reëel. Moet ik het nog een keer uitleggen? Ach, waarom niet, Schopenhauer zei ook alles duizend keer. Kijk, d.w.z. luister. Voor jou en iedereen in het bijzonder geldt: operari sequitur esse. Wat je doet (de omstandigheden in acht genomen) volgt uit wat je bent. Maar wat je bent leer je pas kennen uit wat je doet. O bron van misselijke ellende! De schade en schande zijn er altijd en of je wijs wordt is nog maar allerdings de vraag. Maar dan nog: zelfs als je jezelf kent, wijs bent geworden, dan sta je nog als een aapmens tegenover je eigen karakter, je ziel.
- Ik kan er dus niks aan doen wat ik doe? Dat wil ik weten. Ik ben er dus niet verantwoordelijk voor?
- Juist wel! Want wat je doet dat ben je.
- Weer synoniemen!
- Hou nou toch eens je bek! Ik probeer hier wat uit te leggen... Ben je nog wel verantwoordelijk voor je daden? Ja, want het hangt van jouw karakter af. Je doet het zelf. Het is niet een derde persoon die bezit van je neemt. Dit maakt schuld, agenbite of in wit,