Hollands Maandblad. Jaargang 1978 (362-373)

[p. 27]

Negen gedichten
Kees Winkler

Het rode boekje

Op mijn tafel ligt een klein gedichtenboekje
het is van Nijhoff en het heet ‘Voor dag en dauw’
ik las het vele malen en ik moet je
zeggen dat ik het zelf geschreven hebben wou

Het is gespeend van ieder kunstig foefje
een rood kaftje met een inhoud even blauw
hemelsblauw met een zonnig toetsje
als de ochtend die de dichter treffen zou

Het gaat over de kleine dingen in het leven
die 's morgens plaatsvinden en dan vergroot
tegen de achtergrond van een persoon

Zolang ik met haar in één huis woon
staan zij en ik ook dikwijls in de keuken bloot
aan een impasse als door hem beschreven

Gebruikspoëzie

Mijn vrouw en zoon maakten een hek
ter afschutting van onze stek
ik dronk daarbij een jus d' orange
en keek naar 't vorderen der campagne

Het duurde een hele Zaterdag
ze hadden telkens tegenslag
voortaan zien de buren niet wat
zich afspeelt op ons zonneplat

Het was er allemaal om begonnen
dat Judy 's zomers vrij kan zonnen
de oude buren gingen elders wonen
en de nieuwe waren nog niet gekomen

Voorwaar een goede gelegenheid
tot het plegen van wat huisvlijt
zo hebben wij met de nieuwe mensen
de separatie die we wensen

[p. 28]

Gebruikspoëzie 2

Vanavond zat ze bij mij en
haar groene ogen flonkerden
poes zat snorrend op haar knie
heel rustig, als een baby

Zij dronk met welbehagen thee
en nam voor mij wat koffie mee
de poes kreeg een beetje melk
zo was er geluk voor elk

Je eigen vrouw je beste vriend
het huwelijk maakt de blinde ziend
de liefde maakt de ziende blind
de oude dag maakt je weer kind

Geluk is altijd nu en hier
pluk en hang het in je lier
als ouderdom komt met gebreken
is de kans misschien verkeken

Een credo

Vroeger toen ik God zonder hoofdletter schreef
wist ik nauwkeurig-precies waar ik bleef
een gat in de grond, een kist met wat botten
een grafzerk en verder kon alles verrotten

Nu weet ik bij lange na niet waar ik blijf
als het Wonder geschiedt aan mijn dode lijf
maar dromen bereiden mij er al op voor
dat het lang niet gemakkelijk is om je door

de Wonderen heen te slaan en de Orde
Gods te bereiken zonder te verworden
tot mindere daden dan je ééns voorstond
zolang je die Wonderen nog niet hebt doorgrond

Maar opeens zal ik dan mijn ouders weerzien
familie en vrienden, gestorven sindsdien
nu tot een andere werkelijkheid geheven
vereend in het Al en eeuwig gebleven

[p. 29]

Lente

Ik heb een zwak voor de borsten van C.
die dansen met haar bewegingen mee

Zaterdag

Eerst loop ik in mijn onderbroek
vervolgens in mijn chamberlook
en daarna in mijn tuin

Curriculum

De weg van school naar huis blijft kort
eerst lopend, dan per trein, nu per auto
zo gaat het wanneer je ouder wordt
de school steeds meer een pars pro toto

De juffrouw werd rector werd beheerder
en ik aldoor weledelgeleerder
de benen lopen via een gaspedaal
eens blijf ik thuis als allemaal

Op de dag van mijn pensioen
krijgen de analystes een zoen
die van nu zijn dan allang getrouwd
en net als ik straks: lonely in the crowd

Zo ga je van school en definitief
afgestudeerd met hoofdvak poëzie
waarbij ik carrière als bijvak zie
word je gepensioneerd als kleine pief

[p. 30]

Verslaving

Ik ben de junk van de sigaar
een blik van vijftig in de week
een borrel kan ik laten staan
doch roken heeft me in zijn greep

Verdomd, ik ben nu 50 jaar
en medischer dan menig leek
moet ik dan aan ca doodgaan
loopt er door mijn verstand een streep?

Als ik mij tot de helft beperk
en niet meer rook onder mijn werk
dan is er al een boel gewonnen

Was ik er maar nooit aan begonnen
want zoals nu gaat het niet langer
ik rook mij regelrecht de kanker

Wandelen

Op Koninginnedagavond liepen we een eindje om
wij zagen een bloeiende wilde appel
bleven staan bij een broedend waterhoen
en gaven elkaar blijmoedig een zoen

Het was stil, ze wees mij jasmijn en ranonkel
zij was even bang voor een grote hond
wij zaten op een bankje en hielden ons mond
de krent zat vol bloesem, het werd snel donker