Brief uit Transvaal.
Door Correspondenties uit Zuid-Afrika verneemt men zoo nu en dan wel eens, dat er in geheel Z.-A. en v.h. in de Transvaal, een algemeene depressie heerscht. Och, overal heerscht wel eens zoo'n algemeene depressie, zwaarmoedige lieden zuchten er dan over; misschien krijgen de vrouwen een beetje minder huishoudgeld, een paar maal meer gebeurt het. Hoort men nu in Europa, dat alles in Z.A. zoo achteruit gaat, dan besluit men niet zoo spoedig er heen te gaan en zijn geluk te beproeven, maar verder gaat men er waarschijnlijk niet dieper op in. Men geeft zich geen rekenschap in welken vorm een depressie in een land als dit zich voordoet. Zij raakt evenwel niet alleen den handel, maar dringt door tot in alle standen; de Ambtenaar is niet uitgesloten.
Toen de vrede geteekend was, voelde alles wat pro. Boer was zich teleurgesteld, maar zooals men, vooral hier, spoedig aan alles gewend, schudde men dat gevoel van teleurstelling van zich, en waren allen het in dit opzicht eens, dat men moest probeeren zich na alle geleden verliezen er weer bovenop te werken. Werkelijk was er weer mogelijkheid tot geld verdienen, niet zooals vroeger, maar toch, men was tevreden en hoopte op betere tijden. De winkeliers voorzagen een ‘boom’ en namen te veel voorraad in. Een groote teleurstelling was het, dat de regeering de oud-ambtenaren niet wilde in hun vroegere betrekkingen zetten, zoodat mannen, die soms een diensttijd van 10 of meer jaren achter den rug hadden, nu weer als jongelui van 18 of 20 jaar moesten beginnen. Velen hadden hierin geen lust en begonnen zaken voor zichzelf te doen.
Daarentegen werd aan bijna elk Engelsch officier een goed baantje bezorgd, zelfs kwamen zwermen jongelui uit Engeland hierheen, die allen zonder slag of stoot bebetrekkingen kregen van de vroegere ambtenaren. Niet alleen werden er veel te veel ambtenaren aangesteld, maar tot in de hoogste rangen heerschte er zulk een onkunde omtrent de landstoestanden, dat er enorme sommen gelds verkwist werden. De salarissen waren overdreven en aan de ondoelmatigste instellingen werd geld weggesmeten. Door al deze omstandigheden moest het vertrouwen in het land verloren gaan en bleef de verwachte ‘boom’ uit. Als natuurlijk gevolg leed de handelstand hierdoor zware verliezen en vele van de pas opgerichte zaken zagen geen kans het hoofd boven water te houden.
Nu kwam de tijd van onze zelfregeering