II.
Geachte Freule Lohman!
Als jeugdig lezer van uw blad ‘de Hollandsche Lelie’ verzoek ik U mij te vergunnen hier eenige regelen neer te schrijven om te oordeelen over veel en veelzijdig besproken thema's.
't Is over godsdienst, liefde en vrouwenkiesrecht. Zelf staande buiten alle openbare en geopenbaarde godsdiensten en hare tallooze verschillende richtingen en hare veeten, wil ik hier mijne meening laten beoordeelen. Ik stel daarom de vragen wat is godsdienst, is ze in onzen tijd van vergevorderde beschaving (ten minste dit wordt veel beweerd) noodig voor het heil van den mensch? Het antwoord op de eerste vraag zij: ‘Godsdienst is de vereering van het schoone en goede, maar bovenal van het ware,’ het tweede antwoord is meer dan ooit.
De mensch als hoogste uiting van God en natuur heeft zich zelven miskent, zich door zijne hartstochten laten medeslepen, waardoor hij ten slotte het minste, liederlijkste en kwaadaardigste schepsel in het rijk der dieren is geworden. En het doel was volmaakt te zijn, als souverein der schepping in het aangezicht van God tot hoogere volmaking te komen.
De uitslag is treurig, 't resultaat van eeuwen levert een product, zoo laag, zoo afgrijselijk slecht, dat de man, die het zich er tot in het diepst zijner ziel door geschokt wordt en meent in zijn strijd tegen het kwade om het diep gezonken menschenras.
En nu het hiernamaals, is het waar, dat het leven zoo kort is, is met den lichamelijken dood alles voorbij, is al het menschelijke streven, al zijn werken voor hem zelf zonder doel en dus in den grond der zaak onzin? Het strijdt toch te hevig met het daarzijn zelve, het duidelijkst bewijs voor dengene, die het begrijpt. Dan is het zoeken naar het volgende en de sluier van 't verborgene te willen oplichten, zooals spiritisten en theosophen dit ieder op zijne wijze verklaren, streng te laken, omdat ze blijk geven van eigen ondeugd, nieuwsgierigheid.
En nu liefde, bij oppervlakkige menschen en dieren vaak grove zinnelijkheid, waardoor ze hun verder leven in de hand van het toeval stellen, bij vele anderen berekening van financieele bijkomende omstandigheden, ook laag en verachtelijk, dan liefde van betere menschen, die elkander geestelijk en lichamelijk beminnen. Ten slotte het huwelijk van geheele mannen, die lezen in God. De godheid verkondigt, beheerscht uwe hartstochten, vooral ook de grootste van allen, heb Eva niet lief met zinnelijke liefde. De man, ook ontwaakt uit den slaap der zinnen, zal dus alleen geestelijk beminnen, dus niet trouwen, omdat hij zinnelijkheid in zich zelven veracht. Verder is de man verplicht zijn evenmensch lief te hebben, voor hem te werken, de reden waarom groote mannen met de menschheid getrouwd zijn -
Vrouwenkiesrecht, rechten der vrouw!
Uitgaande van hetzelfde beginsel, het goede en schoone in ons te kweeken en het kwade te overwinnen, ben ik tegen vrouwenkiesrecht. De politieke strijd is zeer geschikt om den mensch moreel te verlagen. Tot nog toe staat de vrouw daarbuiten, zal zij zich eens met hare evanatuur werpen in den strijd van het politieke gedoe, zeer zeker zullen hare ondeugden in kracht toenemen, ten koste van het schoone en goede.
De Waarheid, 't is de bijbel van Christus, Mohammed's Koran, Goethe's wonderbaarlijke bron uit Faust II, alles te samen, de eenvoudige waarheid van de goddelijke ziel van het menschdom, dat den mensch beoordeelt als mensch, niet naar hun geldzak of maatschappelijke positie, dat hem wil hebben volmaakt en predikt vrijheid, gelijkheid en broederschap.
Op 't gezag dezer eeuwige waarheid, het hoogste van alles, de eenigste oorsprong van alles, zeg ik, vrouwen blijft af van het kiesrecht, buiten den politieken strijd van partijen, houdt U bij het schoone en goede en vergroot niet het verderf van de wereld.
PLATO.