hoe kom je er bij... ik... ik zou het heel prettig vinden... maar... ben je bang... dat ik je... anders te gauw vergeten zal? Ik geloof eerder... dat jij... mij... als ik zoo heel ver weg ben...’
‘Maar Ella! twijfel je daar nog aan?... O, je weet niet hoe ik je zal missen... ik kan het nog niet gelooven, dat je voor altijd weggaat... en dan onze gezellige muziekavondjes... Nora heeft wel aangeboden in jou plaats met mij...’
‘Nora?!! O... ja... ze speelt... wel goed, niet?’
‘Ja... tamelijk... maar toch lang zoo goed niet als jij Ella... nee, niemand kan jou plaats... aan de piano innemen... zeg, je zult me toch wel trouw schrijven? Hè, hoe zal ik naar je brieven verlangen.. en.. O, ja... Nora heeft dadelijk aangeboden, mijn brieven bij de hare in te sluiten... erg lief van haar, niet?’
Ze knikte toestemmend... spreken is haar niet mogelijk nu... twee groote, brandende tranen, verduisteren haar oogen... ze dringt ze met geweld terug... hij mocht niet zien hoe groot hare teleurstelling was. Ze kon het hem toch niet zeggen, dat juist Nora's bijzondere liefheid, haar beangstigde... Ach.. ze wist het wel... als zij weg was zou hij geheel onder Nora's invloed komen... hij was dit immers nu al bijna... maar hij begreep het niet... en als hij het eens begrijpen zal dan... zou het te laat zijn... en zij... die zooveel van hem hield... zij stond machteloos...
‘Erg prettig, dat jij die brievengeschiedenis ook zoo goed vindt... ik heb het aanbod dan ook maar dadelijk aangenomen... 't is zoo heel gemakkelijk.. nu behoeft niemand iets van onze correspondentie te weten... en dus... geven wij geen aanleiding... tot vermoedens... die... die toch maar... je begrijpt me wel, niet?.. Ik bedoel eigenlijk dat je Pa of je Ma.. anders misschien zouden denken, dat.. onze brieven van intiemen aard zijn... ze konden dan wel eens meenen, dat... dat jij... dat wij ons... in 't geheim verloofd hadden of zoo... en dat alles geeft maar last en onaangenaamheden voor beiden, is het niet?’
Doodsbleek, met groote, verbaasde oogen keek ze hem aan... ze wilde spreken maar kon niet... dus.. 't was niet waar... 't was alles maar verbeelding van haar geweest... hij hield niet van haar... niet zoo.. als zij van hem... hij had haar niets, niets te zeggen... alléén dat hij in 't geheim met haar wilde correspondeeren... maar dàt... nee, dat wilde zij niet...
‘Zeg eens.. Richard, Ella... hebben jullie geheimen? Weten jullie wel, dat we nog maar hoogstens vijf minuten hebben?’
‘Wel nee Nora, geen geheimen hoor! voor jou zeker niet... Ik heb gezegd, dat jij zoo lief wilt zijn, mijn brieven te verzenden en Ella...’
‘Ella denkt van dit vriendelijke aanbod geen gebruik te maken... het zou immers veel te lastig voor jou zijn, Nora... En als Richard mij iets heeft te schrijven, kan hij dat gerust aan mijn adres doen... heusch Nora, daar zullen mijn ouders zich in 't geheel niet over verwonderen, het integendeel als iets geheel gewoons beschouwen... en dus was je vriendelijkheid wel een weinig àl te voorbarig... vindt je nu zelf ook niet?...
Daar klonk het sein, voor de niet medereizigers, om de boot te verlaten.
‘Dag... Richard... vaarwel.. voor altijd..’ klonk het dof.
‘Dag Ella.... goeie reis.... schrijven hoor!...’
‘Zeker Elly.. je mag ons niet zoo gauw vergeten, hoor!...’
‘O, wees daar maar niet bang voor... ik zal jullie nooit vergeten Nora!!’
Een haastig afscheid van de anderen... en ze is alleen...
Als in een droom, hoort ze het hoera-geroep; kwamen de welbekende tonen van het ‘Wien Neerlands bloed’ tot haar... als in een nevel ziet ze het gewuif met hoeden, zakdoeken.. en zachtjes... statig glijdt de boot voort... al verder en verder... steeds grooter wordt de afstand tusschen haar en die twee op den steiger... ze wil terug... maar blijft als versuft zitten... starend naar twee al kleiner en kleiner wordende stipjes... en luid snikkend valt ze op het bankje neer... Ze wist het nu... dit afscheid van Holland, was tevens het afscheid van hare heerlijke toekomst droomen... haar droomen van geluk!...
ERKA.