hoe de persoon welke deze uitspreekt als kind zijn kleverige vingers aan haar gezicht afveegde, en als een stoombootfluit gilde, wanneer zij verdriet had en schreide
Gisteren avond gebeurde het volgende:
Bob trof mij geheel alleen in mijn cosy kamertje. Doch terwijl hij tragisch heen en weer liep, stappend als een formeele tooneelheld, kwam mij in de gedachten het oogenblik toen zijn moeder hem als kind een keukenboezelaar voorbond, en tot straf vijf pond kruisbessen schillen liet.
Ik herinnerde mij met welk een bespotting en verachting ik hem toen aanzag.
Ik probeerde ernstig naar zijn woorden te luisteren, doch als ik hem aanzag zag ik een geruit katoenen boezelaar om zijn hals gebonden, en barstte in lachen uit. Hij werd natuurijk woedend.
‘Nooit in mijn leven zag ik een meisje in enkele weken zoo veranderen als jou’, riep Bob me toe.
‘Gelukkig voor mij.’ weerlegde ik hem, ‘mijn gezond verstand komt boven. En het is niets beleefd een jonge dame kwalijk te nemen als ze geen lust heeft met je te trouwen!’
‘Maar, maare,’ stamelde hij, ‘ik heb altijd gedacht dat je eenmaal met me trouwen zoudt, als ik er toe kwam hierover te spreken.’
Zijn jeugd in aanmerking genomen, stapte ik over dit onuitsprekelijk dwaas begrip heen. Hoe vreemd dat ik nooit te voren opgemerkt had hoe verwaand hij was. Ik besloot heel geduldig en logisch met hem te zijn.
‘Wil je mij als je blieft zeggen’, zeide ik met een stem zoo laag en diep, als ik met mijn sopraangeluid vormen kon, ‘welke reden er bestaat dat ik jou verkiezen zou boven de 100.000 andere mannen te Chicago, de rest uit het land er nog buiten gesloten.’ Bob keek me verbijsterd aan. Ik veronderstel dat het nimmer in zijn hoofd opgekomen is, dat iemand anders op millioenen mijlen afstands van hem, aan mijn genegenheid zou durven denken.
Terwijl hij mij nog aangaapte, zette ik mij in postuur. Ik lachte hem vriendelijk toe, en schudde langzaam met mijn hoofd. ‘Nu je pas je haren hebt laten golven en in “full dress” voor mij staat, kunt ge een prachtig slachtoffereffekt maken door je hoofd te schudden. En bovendien, Bobby, je bent veel te jong om aan een huwelijk te denken. Het zou een groote fout zijn je nu al te binden, en den zorgenloozen tijd te missen welke aan de jeugd toekomt’.
Ik hield op want ik dacht dat hij een beroerte kreeg. Toen dacht ik dat hij mij bij de schouder wilde grijpen en heen en weer schudden.
‘Over 10 jaar,’ bromde hij tusschen zijn tanden, ‘zal je het niet zoo heerlijk meer vinden te kunnen beweren dat je zoo oud bent en veel ondervinding hebt. En - mogelijk zal je het dan betreuren mij te hebben versmaad. Dat je dezen winter veel aanbidders hebt is nog geen bewijs dat je altijd gezocht blijven zult. En je hoeft niet te denken dat je mij terug kunt fluiten als je dit verkiest.’
‘Ik kan niet fluiten, dit weet je,’ zeide ik levendig.
‘Nu, en bovendien,’ zeide Bob uit de hoogte, ‘het is niet noodig je zelve geluk te wenschen dat je mijn hart gebroken en mijn leven verwoest hebt, daar ik dit best te boven zal komen.’
‘Dat hoop ik,’ stemde ik in. ‘Ik zou het vreeselijk vinden te moeten denken dat je voor altijd zoo belachelijk bleef, 24 uren per dag! De menschen zouden je niet op hun partijen vragen, Bobby! Ik geloof niet dat je, op welke manier ook, op mij verliefd bent. Je bent er alleen maar aan gewoon steeds om me heen te draaien - dat is alles!’
‘Hoe kwam je ooit op deze gedachte?’ zeide Bob woedend. ‘Ik ga naar huis. Je hebt geen hart en - en je zult dit eenmaal betreuren!’
Een pijnigend gevoel van medelijden kwam over mij, daar hij zoo verzekerd was van zijn onvergankelijke liefde voor mij en - hij zag er knapper uit dan ik hem ooit te voren gevonden had. Maar op eens zag ik hem weer voor me in de geruit katoenen boezelaar en deze spookverschijning zou me op 't zelfde oogenblik hebben doen stikken, als ik niet had kunnen lachen.
En hij wilde mij zelfs geen hand geven.
Mijn eenige troost is de gedachte dat hij alles eerder vergeten zal dan ik!
DRÉ.