De Hollandsche Lelie. Jaargang 19(1905-1906)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende 's Levens lente. Hoe schoon is de morgen des levens, Hoe heerlijk niet 's menschen bestaan, Een storm knakt de bloemen der lente En met ons geluk is 't gedaan. B. Een dartele vlinder, hel van kleur, Zet zich met open vleugels neer Op 't rose kelkje frisch en teer Van eene bloem, en zuigt haar ziel in met haar geur. [pagina 756] [p. 756] En d' ijdele herneemt zijn vlucht, 't Verlaten bloempje buigt haar steel, En sterft in d' eeuwigen slaap gewiegd door filomeel, Zijn zang trilt als een doodslied door de lucht. B. Naar René Vincy. Vorige Volgende