De Hollandsche Lelie. Jaargang 19(1905-1906)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Nazomer. Zacht, droome-zacht, ruischt nu het oude lied ‘Stof zijt ge slechts, - tot stof keert älles weer’.... Want gure herfst-storm gunt geen leven meer Aan late bloemen, die hij bloeien ziet. In 't matte zonlicht droomen voort, de boomen, De blaadren gloeiend-rood en bruin getint; 't Is schijn - de band, die nog aan 't leven bindt, De Herfst droomt mee.... maar strakskens zal hij komen Als eerst' heraut van strengen Winter-Koning, Die groen noch bloemen duldt in kille woning, En doodend, somber-zwaar rust dan zijn hand, Op bosch en veld, op tuin en zeeë-strand En ál wat leeft... maar nú nog droomt hij zacht En stil, en sluimert nog zijn woeste kracht. ANNIE NAUTA. Vorige Volgende