In het Beiersche hoogland.
19 Augustus 1905.
Oberammergau zelf maakt een zeer zindelijken indruk; de hoofdtak van nijverheid der bevolking is het houtsnijden, waarin de bewoners het ver hebben gebracht. Sinds eeuwen houden de Oberammergauers zich hiermede bezig; aan het einde der 18e eeuw ging de werkkracht aan het tanen, de ambitie verdween geheel en al in het begin der 19e eeuw door de vele oorlogen, die geheel Europa in opschudding brachten en den handel deden verslappen. Omstreeks 1820 wakkerde de vlam weer op; een rustiger tijd brak aan, die den handels- en werkgeest deed herleven, en op het oogenblik staat de houtsnijkunst der bewoners van Zuid-Beieren hooger, dan die der Zwitsers, die meer machinaal werken, terwijl de Oberammergauers alles met de hand snijden.
De bergtoppen rondom lokken uit tot bergklimmen; de panorama's die men op de bergen geniet zijn onvergetelijk en zoo tusschen de bergen verblijfhoudend, te midden van een eenvoudig, vertrouwend volk, stemt menigeen tot nadenken. Ik kan mij zoo best begrijpen, dat de ongelukkige koning Lodewijk van Beieren met zijn zwaarmoedig temperament gaarne te midden van zijn bergvolk leefde. Aandoenlijk is het de vereering gade te slaan, waarmede de bergbewoners over hun koning spreken. Zij kunnen het niet gelooven, dat hij gestorven is en denken, dat hij op één van zijn jachthuizen op de bergen verblijf houdt.
Zooals U wel bekend is, ligt het slot Linderhof, waar de koning het liefste was, op twee uur gaans van Oberammergau. Vooral gedurende de laatste jaren van zijn leven, toen hij van den nacht den dag maakte, kwam hij menigmaal 's avonds in Oberammergau, en reed dan met zijn bergwagentje de bergen op naar zijn kleine jachtslot, dat op een der toppen van het gebergte ligt, of over de bergen naar Linderhof. Was het midden in den winter, en alles met sneeuw en ijs bedekt, dan veegden de trouwe Ammergauers den weg schoon, opdat hun koning met zijn electrisch verlichte slede zijn lievelingsweg kon volgen.
Nadat ik zooveel van koning Lodewijk had hooren vertellen, kon ik den lust niet bedwingen om slot Linderhof in- en uitwendig te gaan bekijken. De weg er heen door het breede graswangdal, met de donkere rotsgevaarten aan de zijden, brengt iemand reeds in spannende verwachting. En mijn verwachting werd niet teleurgesteld!
Hoe rustig en poëtisch ligt het daar, het kleine in rococo stijl gebouwde slot, te midden van het heerlijk aangelegde park, van voren en van achteren opgevroolijkt door springende waterwerken en omgeven door de reuzen van het Beiersche hoogland. Een klein paradijs, een oase in de voortjagende menschenwereld!
Uitwendig was ik geheel onder den indruk van den smaak en het gevoel voor schoonheid die den armen koning hadden bezield. Inwendig werd die indruk ontgoocheld door de overdreven weelde en verspilzucht van den zieken koning. Het geheele slot is inwendig wit geschilderd met goud afgezet, hetgeen reeds een onrustig iets geeft. Uit alles blijkt een ziekelijke vereering voor Lodewijk XIV; bijna in iederen kamer (zij zijn allen klein) zijn een paar schilderijen of muurschilderingen te vinden, die betrekking hebben op den gouden koning. Overladen weelde heerscht alom.
Het is bijna onmogelijk de vele kunstschatten te waardeeren, door de opeenstapeling er van; ik kan het niet beter vergelijken, dan bij een groot màgazijn van meubelen met toebehooren, alles wat tot de inrichting van een slot behoort doch dan zonder smaak te zamen gevoegd. Het is onbegrijpelijk, dat iemand, die zoo'n bizonder oog had, om de ligging voor zijn sloten uit te zoeken, zoo bitter weinig smaak bezat voor het inwendige. Neuschwanstein maakt echter hierop een uitzondering, dat inwendig veel rustiger is door de muurschilderingen uit Wagner's Opera's en het eikenhout met ijzeren beslag.
(Ik zag dit slot voor eenige jaren). Mijn gedachten waren nog vervuld van al hetgeen ik gezien had, toen wij weer verder gingen naar klooster Ettal, dat uit de 14e eeuw dagteekent. In het midden der 18e eeuw werd het door brand vernield, daarna weer opgebouwd en nog steeds wordt er aan gewerkt om het te voltooien. Na ons met een kopje koffie en een glaasje abt-likeur te hebben versterkt, zetten wij onze wandeling voort