doen en aan high-life kringen voeg ik er nog bij, dat de overige artikelen van dit nommer handelen over gansch andere onderwerpen, zooals b.v. ‘Le harem moderne’, ‘Une femme compositeur,’ enz.
Een werkelijk genoegen gaf het mij ter bespreking te ontvangen: Nederlandsche Kunstfotografieën, 22 werken van W.H. Idzerda. (Uitgave J.R.A. Schouten Amsterdam). Dit album bevat namelijk kunst-fotografieën in den werkelijken zin. Ik noem b.v. ‘Triest Weer’, ‘Kerst-Avond’, de ‘Portret-studie’ van een dame in een leuningstoel, uitstekend van houding en natuurlijkheid. - Ook ‘Bij het toilet’ geeft een hoogen dunk van de bekwaamheid van dezen kunst-fotograaf, (den Haag, Laan van Meerdervoort). Maar ik zou onder al de afbeeldingen geen enkele weten aan te wijzen, die dat niet doet. Op grijs papier, in groot formaat, gehecht zóó dat er een breede ruimte overblijft als lijst, geeft deze verzameling een wezenlijk genot bij het bezichtigen.
Handboek van vreemde woorden, uitdrukkingen enz. door L.M. Baale en Mr. Dr. C.H. Baale. (Uitgave van W.J. Thieme en Co. Zutphen). Het praktisch nut van zulk een uitgave springt zoo in het oog, dat ik deze eerste aflevering met blijdschap aankondig.
De Vereeniging tot bevordering van de Vestiging van Vreemdelingen in Arnhem zendt een keurig reclame-boekje ter bespreking, dat op blz: 2 o.a. deze woorden bevat: Het karakter van Arnhem is dat eener vroolijke, bloeiende, rijke stad uit den nieuweren tijd. - Dan volgen eenige bijzonderheden over de kunst, de aanleg van plantsoenen, over onderwijsinrichtingen, enz. Ik releveer, omdat het wèl de moeite waard is daarop de aandacht te vestigen, dat, volgens een bijgevoegd belastingstaatje over 1904, Arnhem behoort tot die grootere steden in ons land waar de belasting zéér laag mag worden genoemd. Het staatje vermeldt Arnhem, Amsterdam, Breda, Dordrecht, den Haag, Haarlem, Leeuwarden, Nijmegen, Rotterdam, Utrecht, Zwolle. Ook de kosten van het onderwijs komen niet overmatig hoog in Gelderlands mooie hoofdstad. Persoonlijk ben ik een groote liefhebster van de heerlijke omstreken van Arnhem, en ik kan mij niet begrijpen waarom zoovele menschen, speciaal ook Indischen, het prefereeren hun ouden dag te slijten, hun klein pensioen te verteren, in een zonnige, heete, nieuwe straat van den Haag, in een der soort duiventilletjes, die daar in trek zijn, in plaats van zich een behoorlijke woning aan te schaffen in de vrije, frissche, gezonde buitenlucht van Gelderland. Arnhem moge geen Kurhaus, geen Scheveningen hebben, daarvoor biedt het andersins in de onmiddelijke nabijheid veel meer heerlijke wandelingen dan den Haag. En, hebben al die menschen, die zich opproppen in de achter-straten om en bij Duinoord, en achter aan het Bezuidenhout, geld en tijd en lust den ganschen dag te vertrammen naar Scheveningen? Draagt de illusie: Ik woon in den Haag, er niet veel toe bij hen te drijven naar de residentie, al kunnen zij zich ook geen enkel der dure Scheveningen-genoegens veroorloven?
Het boekje, dat ik zeer ter kennismaking aanbeveel aan hen die vrij zijn in de keuze hunner woonplaats, is te verkrijgen door bemiddeling van het bestuur der bovenvermelde vereeniging: L.G.A. graaf van Limburg Stirum voorzitter, H. Lamvelt 1ste secretaris, C.O. Knoops 2de secretaris, allen te Arnhem. (uitgevers Kluppell en Ebeling Arnhem).
ANNA DE SAVORNIN LOHMAN.