De Hollandsche Lelie. Jaargang 18(1904-1905)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Tweeërlei Bekoring. Zing, dichter, vrij blond maagdelijn, Ik zing mijn kindje mijn, Met rozenrood en lokkig haar, Met oogjes kristallijn. Droom, minnaar, vrij uw liefdedroom Mijn droom is fier en stout, Als ik mijn kindje aan mijn hart, Mijn schat in de armen houd. Roem, wereldling, de vreugde blij, Geen vreugd zoo rein zoo groot, Als baby's kus met mondje klein En lipjes rozenrood. * * * Zing, dichter, vrij blond maagdelijn, Geen bruin of blond zoo schoon, Als 't sneeuwwit om den eed'len kruin, Des grijsaards zilvren kroon. Droom, minnaar, vrij uw liefdedroom, Geen droom zoo fier en stout, Als van den oude die vol hoop Op grooter heil vertrouwt. Roem, wereldling, uw vreugde blij, Geen vreugd zoo rein zoo groot, Als 't welbesteede leven geeft Dat neigt naar aardrijk's schoot. B. de Gr. v. C. Vorige Volgende