Ingezonden stukken.
Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.
I.
Geachte Mevrouw,
Gaarne wil ik nog eens met U over het onderwerp, dat ik in de Hollandsche Lelie van 27 Juli geschreven heb en waar U mij 31 Augustus in geantwoord hebt, spreken. U moet wel goed begrijpen, dat lang niet alle kinderen hetzelfde zijn en dat 9/10 van het vrouwelijk geslacht zonder temperament en 1/10 wèl zoo is. Dus voor de meeste kinderen zal de omgang met jongens geen schade doen, daarom ga ik weer van mijn hoofdpunt uit n.l. dat ouders zich meer met de karakters hunner kinderen moeten bemoeien en daardoor al gauw te weten kunnen komen, wat er in zoo'n kind zit. Men kan het toch al gauw zien, hoe iemand is, vind ik. Nu zijn in meer kleinere plaatsen de kinderen veel eenvoudiger, hier in den Haag zijn de kinderen eigenlijk geen kinderen meer, maar op 14, 15 jarigen leeftijd al dames, natuurlijk bestaan ook hier weer uitzonderingen. Maar ik durf het best te bekennen, dat ik als kind ook altijd verliefd was en jongens dikwijls al gauw geneigd waren, om op rare dingen te zinspelen. U vraagt, of het gevaarlijk is voor Uw dochtertje, maar daar zult U zelf wel het beste over kunnen oordeelen. Zooals ik al gezegd heb: ‘is het een gewoon, bedaard kind, zonder temperament, dan zal het niet hinderen, dunkt mij, maar is dit niet zoo, dan zou het misschien kwaad kunnen.’ Maar U zult zelf, al moeder zijnde, beter over die dingen kunnen oordeelen, dan ik, ik zeg maar mijne meening,