De vader bleef maar waarschuwen maar het kind luisterde niet. Omdat het kind zo bezig was met zijn pinpin had het niet eens door dat de vader hem had ingehaald.
Hij floot rustig door op zijn pinpin:
A ghobottie eh a ghobotti eh
Op eens keek de vader om en zag het kind niet meer. Hmmm, dacht de vader, waar is mijn kind naartoe gegaan. Hoe de vader ook keek of zocht, hij kon zijn zoon nergens vinden. Het kind was verdwenen. Toen de vader moe was van het zoeken ging hij onder een boom liggen om even bij te komen. Maar hij viel in slaap en droomde. In zijn droom kwam er iemand naar hem toe die zei: ‘uw zoon is ongehoorzaam. Heb je hem niet gewaarschuwd dat niemand op de pinpin in het bos mag fluiten; heb je hem niet gewaarschuwd?’.
‘Ja, ik heb hem gewaarschuwd, maar hij wilde niet luisteren’, antwoordde de vader.
Hierop zei de man: ‘het zal heel moeilijk zijn voor uw zoon om terug te keren. Je moet nu naar jouw dorp. Vanuit jouw dorp moet je naar het bos terug keren en hetzelfde liedje dat jouw zoon zong, moet jij ook zingen. Als jij dat niet doet, komt jouw zoon nooit meer terug’.
Toen stond de vader direct op en haastte zich terug. Hij ging toen bij de pinpin in de savanna staan en zong:
A ghobottie eh a ghobotti eh
En zo bleef hij doorzingen tot laat in de nacht.
Een paar voorbijgangers die van hun kostgrondjes naar het dorp terug gingen, zagen hem en hoorden hem zingen en vroegen: ‘waar kom jij vandaan?’
‘Mijn zoon is in het bos verdwaald. Wij waren op weg naar ons kostgrondje toen hij floot op pinpin's. Ik heb hem toen gewaarschuwd dat men niet op een pinpin mag fluiten in het bos, maar hij luisterde niet’.
De mensen zeiden toen: ‘weet je wat, laat ons naar het dorp terug gaan