Helikon. Jaargang 2(1932)– [tijdschrift] Helikon– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 143] [p. 143] Dorp Een jonge vrouw staat in een deur te wuiven, Twee mannen keeren langzaam van het veld, Boven het dorpsplein vliegen tamme duiven, Een winkeldeur heeft snerpend lang gebeld. Achter gordijntjes zitten zij te gnuiven, Het laatste nieuws is lang en breed verteld; Een vieze hond loopt nog vergeefs te snuiven, De weerhaan van den toren ligt geveld. De boeren eten, drinken, vloeken wat en slapen, En staan vernederd voor hun God: Bewust, Dat zij misdeden iets, dat zij vergaten, Met dronken koppen en met boerschen lust: Geveinsde deemoed is hun eenig wapen, En na den kerkgang zijn zij weer gerust. M.B. Frenkel Vorige Volgende