over de taal en de taalpolitiek in
Vlaanderen in een historisch perspectief, gebaseerd op een dissertatie uit 1986.
Het leerboek
Voor wie Nederland en Vlaanderen wil leren kennen
onder redactie van J. Wilmots en J. de Rooij is, hoewel bij ons nog steeds in gebruik,
voor onze doeleinden minder geschikt. Het is wel geschikt voor taalcursussen
Nederlands, maar niet voor de Nederlandse filologie in het algemeen. Het is
enerzijds niet uitgebreid genoeg en anderzijds ten dele achterhaald.
In tegenstelling tot de Nederlandse voorlichtingspublikaties zoals de fraai
geïllustreerde brochures Nederland in kort bestek of Dutch Arts (drie delen) die zowel door het beeldmateriaal als
door de inhoud een heel nuttig hulpmiddel vormen, is de vergelijkbare
voorlichtingspublikatie van de Vlaamse Gemeenschap vrijwel waardeloos voor onze
doeleinden - de tekst is te weinig zakelijk en de illustraties illustreren
niets.
Voor de echte kennis van Land en Volk zijn, mijns inziens, de persoonlijke
contacten onontbeerlijk. Gelukkig komen er Vlaamse gasthoogleraren en andere
Vlamingen bij ons op bezoek. Van het allergrootste belang is natuurlijk de
zomercursus Nederlandse Taal en Cultuur in Diepenbeek, waar het Vlaamse land en
het Vlaamse volk als levende realiteit aanwezig zijn.
Ten slotte wil ik vermelden dat de belangstelling voor het vak Kennis van Land en
Volk ertoe leidt dat onze studenten in hun scripties ook voor ‘landeskundige’
onderwerpen kiezen, zoals het politieke partijstelsel in België, Poolse
emigratie in België, Duitse ‘Flamenpolitik’, Brusselse taalproblematiek
enzovoort.