Men moet daer men komt geen Wetten maken, maer ghehoorsamen.
WAnneer naer 't oude gebruyck een Vorst sich in een Clooster der Brigittiuen begaf, daer Mans en Vrous Persoonen onder malkander leven, soo vraegden hy de Abdisse hoe veel Persoonen daer in waren? antwoorde zy, 20. Mans, en 40. Vrous-Persoonen: Dat is seyde den Vorst onredelijck, daer behoorden maer 20. Vrouwen en 40. Mannen in te zijn: Neen seyde d' Abdisse, yder Canonist heeft sijn Canonissinne, en de overighe sijn voor de komende gasten.