De Gulden Passer. Jaargang 58-59(1980-1981)– [tijdschrift] Gulden Passer, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende 66. Soet fenijn. Als het serpent wilt spelen der minnen spel So seytmen dattet sijn hooft wel diep is stekende In den mont vander serpentinnen fel, Diet afbijt als haer niet meer en is gebrekende. So is luxurie, costijt versinnen wel, Een soet quaet, daer door al dat ghy cont gewinnen snel Verteert wort, ia ooc het leuen voor sijnen tijt, Wat batet dat dees doot in corten daghen Vanden iongen gewroken wort, soomen belijt, Die int baren steruen doen die hen heeft gedragen. Vorige Volgende