De Gulden Passer. Jaargang 58-59(1980-1981)– [tijdschrift] Gulden Passer, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 25] [p. 25] 21. Ongeschickte vleyerie. Om datmen den grooten Alexandrum onueruaert Soude meynen wten Hemel ghecomen te zijne, So heeft hem Appelles de Schilder vermaert Eenen blixem inde hant geschildert diuijne. Maer dat berispte met recht telcken sijne Dien mishaechde dees vleyerie sonder verstant. Lysippus de Beeltsnijder van copere mijne Maecte Alexandrum met een lanci inde hant, Seggende die bat te betamen den Coninc vailiant. Ia Iulius als hijt al had gebracht t'ondere, En wilde niet Regeerder maer Gebieder plaisant Ghenoemt worden: oock blixem en dondere Veruaren de menschen, sulck werc besondere Sietmen van goey Coningen noch Princen comen niet: Maer Pallas schilt en spies ist teecken der vromen siet. Vorige Volgende