| |
| |
| |
Alexandra Paffen
‘Eine sonderbare Familie’
In de ban van de familie Mann
‘Was für eine sonderbare Familie sind wir! Man wird später Bücher über uns - nicht nur über einzelne von uns - schreiben,’ schreef Klaus Mann (1906-1949), de oudste zoon van Thomas Mann (1875-1955), reeds in 1936 in zijn dagboek. Een aantal jaren later noemde ook de Engelse schrijver en diplomaat Harold Nicolson de familie Mann een ‘amazing family’. Maar had hij of Klaus Mann ooit kunnen vermoeden hoe immens groot de hoeveelheid artikelen, boeken en films zou zijn, die er tot op de dag van vandaag over diverse leden van deze familie verschijnt? En ook het familie-epos Die Manns. Ein Jahrhundertroman, dat vorig jaar precies honderd jaar na verschijnen van het met de Nobelprijs bekroonde boek van Thomas Mann Buddenbrooks op de Duitse televisie te zien was, lijkt niet het einde in te luiden van de fascinatie voor deze familie, maar er eerder nieuwe impulsen aan te geven. Eén week na de uitzending wist de ‘paus van de moderne Duitse literatuur’ Marcel Reich-Ranicki in zijn onemanshow te melden dat er die week in Duitsland 70.000 exemplaren van Buddenbrooks, 20.000 van Der Zauberberg, 10.000 van de memoires van Katia Mann (1883-1980), de vrouw van Thomas, en, zonder enige valse bescheidenheid, 10.000 van zijn eigen boek Thomas Mann und die Seinen over de toonbank waren gegaan.
Wat maakt deze familie tot in onze tijd zo intrigerend? In elk geval overstijgt de fascinatie het puur literaire. Vaak staat ook het privé-leven in het centrum van de aandacht, dat inderdaad alle ingrediënten van een moderne soap bevat: alcohol- en drugsverslavingen, homoseksualiteit, overspel, incest en zelfmoord. Afgezien van deze prikkelende persoonlijke geschiedenis wordt de huidige lezer nog door iets anders geraakt. Deze familie representeert een belangrijk deel van de roerige twintigste-eeuwse Duitse geschiedenis en zij geeft ons daar via haar artistieke productie, maar ook via haar boeiende levensloop, toegang toe. Ook heeft ze zelf geschiede- | |
| |
nis ‘gemaakt’, zoals Thomas Mann al in 1938 zei: ‘Wo ich bin, ist die deutsche Kultur.’ Diverse familieleden hebben op een bepaald punt hun artistieke talenten ingezet op het politieke toneel en hun kunstenaarschap ingeruild voor maatschappelijk engagement. Zodoende beïnvloeden zij tot op de dag van vandaag ons beeld van de belangrijkste gebeurtenissen van de twintigste-eeuwse Duitse geschiedenis: de Eerste en de Tweede Wereldoorlog, het nationaal-socialisme en de wederopbouw.
Maar hoe ben ik verstrikt geraakt in het web van deze familie? Het begon allemaal rond kerst 1997 tijdens het laatste jaar van mijn studie. Ik was naarstig op zoek naar een afstudeeronderwerp en hoewel ik me al jaren bezighield met Duitse cultuurgeschiedenis en met name gefascineerd was door de Weimar-periode en het nationaal-socialisme, had de familie Mann nog nooit echt mijn aandacht getrokken. Voor mijn plezier begon ik rond deze tijd te lezen in de biografie van Irmela von der Lühe over de toneelspeelster en schrijfster Erika Mann (1905-1969), de oudste dochter van Thomas Mann. Ik was in één klap verkocht en het onderwerp van mijn scriptie was bepaald. Ik viel evenals de biografe en vele anderen als een blok voor deze intelligente, getalenteerde, vrijgevochten, zelfverzekerde, onafhankelijke, moedige, charmante, humoristische en eigenzinnige vrouw en snapte niet waarom er zo lang, namelijk tot begin jaren tachtig, geen haan naar haar had gekraaid. Zij verdiende meer dan in de schaduw te staan van haar beroemde vader, broer en oom. Vooral omdat zij in de periode van de Europese en Amerikaanse ballingschap, minstens zo bekend was en in politiek opzicht veel actiever en uitgesprokener dan haar beroemde vader.
Ik besefte toen al dat de ‘wetenschappelijke’ bestudering van deze familie ook gevaren met zich meebrengt. Zo moest ook ik me ervoor hoeden niet verstrikt te raken Im Netz der Zauberer, zoals de sociologe Marianne Krüll haar originele familiebiografie treffend heeft genoemd. De meeste aandacht ging en gaat uit naar Thomas Mann en onderzoekers laten zich er tot op de dag van vandaag toe verleiden om de overige familieleden in zijn schaduw te stellen. Het is echter funest om de sterke of op zijn minst uitgesproken persoonlijkheden van de familie Mann te bezien in het licht van, of erger te reduceren tot, hun relatie met Thomas Mann. Met name de vrouwen in deze familie delven het onderspit. Het staat bijvoorbeeld in geen verhouding dat er tot nu toe nog geen biografie over Katia Mann is verschenen, terwijl er in de archieven duizenden brieven van en aan haar te vinden zijn. Zij was de spil van de fami- | |
| |
lie, degene die de familie bij elkaar hield, die alle praktische zaken regelde en met iedereen - familieleden en bekende tijdgenoten - contact onderhield.
Wat dat betreft vond ik de populaire driedelige televisiefilm Die Manns. Ein Jahrhundertroman, afgezien van de uitermate knappe montage van fictieve en werkelijke scènes, één grote clichébevestigende teleurstelling. Regisseur Heinrich Breloer had zijn film beter eveneens Thomas Mann und die Seinen kunnen noemen om zo zijn ware intenties duidelijk te maken. Met name van de schrijver Heinrich Mann (1871-1950), de broer van Thomas, en Klaus Mann, maar ook van Erika Mann, krijgen we een totaal verkeerd beeld voorgeschoteld. Van beide mannen worden in de film zielige karikaturen gemaakt. Heinrich Mann wordt neergezet als een womanizer die op ordinaire vrouwen viel. Dat hij ten tijde van de Republiek van Weimar een van de meest kritische intellectuelen was en in de eerste jaren van de ballingschap terecht gezien werd als een ‘intellektueller Führer’ van de emigranten, komt nauwelijks aan bod. Klaus Mann zien we eigenlijk alleen in beeld verschijnen als drugsverslaafde homoseksueel die verschrikkelijk gebukt ging onder het feit dat hij de ‘zoon van’ was.
Bij het zien van dit drieluik bekroop me op diverse momenten een gevoel van plaatsvervangende schaamte. Regisseur Breloer heeft er bewust voor gekozen om de nadruk te leggen op het pikante privé-leven van de familie Mann. Wat dat betreft komt Thomas Mann er ook bekaaid af: we zien hem door de hele film heen voornamelijk naar mooie jongens kijken. Van tijd tot tijd grenst de film en het optreden van de regisseur aan riooljournalistiek.
Het gaat er om wat je als onderzoeker van de familie Mann met die overvloed aan intieme persoonlijke gegevens doet. Wat voor plaats geef je ze in je verhaal en waar leg je de nadruk op? Toen ik drie jaar geleden voor het eerst in het Erika en Klaus Mann-archief in München kwam, heb ik als eerste twee grote kartonnen dozen helemaal gevuld met foto's bekeken. Ik weet nog goed dat ik me aanvankelijk nieuwsgierig en vol enthousiasme op die soms heel persoonlijke foto's wierp, maar dat me aan het einde toch een naar gevoel bekroop, alsof ik inbreuk op hun privacy maakte. Vooral een serie foto's van Erika Mann in bed in het ziekenhuis, waarschijnlijk van korte tijd voordat ze stierf, bezorgde me koude rillingen. Je moet als onderzoeker proberen een balans te vinden tussen het persoonlijke en het publieke leven van de familie Mann. Je kan je bij deze familie niet op één kant richten. Juist de diverse levenssferen die met elkaar verstrengeld zijn, maken deze familie zo interessant.
| |
| |
Bovendien is dit een familie die zichzelf keer op keer literair gestalte heeft gegeven en daarmee heeft bijgedragen aan haar eigen legendevorming.
Op dit ogenblik houd ik me bezig met de parallelle levens van de Geschwister Erika en Klaus Mann, de betekenis van het thema ballingschap in hun leven en werk. Het is een thema dat het persoonlijke met het politieke verbindt. Door vanuit het perspectief van Erika en Klaus Mann naar zowel de historische context als de individuele levens en de interactie tussen beide te kijken, wordt ook de grote Thomas Mann tot normale proporties teruggebracht. Bovendien werpt deze specifieke invalshoek een intrigerend licht op deze familie. Er zijn allerlei boeiende lijnen te ontdekken, die duidelijk laten zien hoe alles binnen deze familie op een vreemde manier met elkaar samenhangt.
In zijn beide autobiografieën Kind dieser Zeit (1932) en Der Wendepunkt (1949) schetst Klaus Mann een prachtig en indringend beeld van zijn kinder- en jeugdjaren. Van jongs af aan moet er sprake zijn geweest van een ‘absolute solidariteit’ tussen hem en zijn één jaar oudere zus Erika en een gedeelde passie om samen de wereld te ontdekken. Zij leefden als tweelingen in hun eigen wereld, met eigen wetten en taboes, eigen liederen en een eigen jargon. Dit op zichzelf al opmerkelijke gegeven van een symbiotische relatie tussen een broer en zus die geen tweelingen zijn, wordt nog interessanter als men weet dat Klaus Mann, en hetzelfde geldt waarschijnlijk voor Erika Mann, zijn leven bewust of onbewust van jongs af aan gemodelleerd heeft naar familietradities:
Das Gespräch zwischen den beiden wimmelte von geheimen Formeln, zärtlichen Anspielungen, rätselhaften Scherzen. Die zwei seltsamen Kinder schienen in einer Welt für sich zu leben - beschützt von ihrem Reichtum und von ihrem Witz, bewacht und verwöhnt von Bedienten und Verwandten.
Dit opmerkelijke citaat, dat afkomstig is uit Der Wendepunkt, heeft niet, zoals men zou verwachten, betrekking op de relatie van Klaus en zijn zus, maar op die van zijn moeder, Katia Mann, en haar tweelingbroer. Blijkbaar was Klaus Mann al van jongs af aan gefascineerd door de geheime wereld waarin zijn moeder en haar broer leefden. Ook Thomas Mann werd geïnspireerd door de bijzondere band van zijn vrouw met haar broer. Hij gebruikte hen beiden als model voor een van zijn meest gewaagde novellen, Wälsungenblut
| |
| |
uit 1905.
Het thema van de intieme, incestueuze, broer-zusrelatie speelde in het leven en werk van diverse leden van de familie Mann een belangrijke rol. Zoals bij zoveel thema's, ik noemde reeds homoseksualiteit, zelfmoord en drugs, zijn de grenzen tussen leven en werk, tussen werkelijkheid en fictie ook bij dit thema vloeiend. Thomas Mann had een bijzondere band met zijn zus Lula, en Heinrich Mann heeft de intieme relatie met zijn zus Carla verwerkt in zijn roman Die Jagd nach Liebe uit 1903. In diverse werken van Klaus Mann, zijn toneelstuk Geschwister (1930), zijn roman Treffpunkt im Unendlichen (1932) en zijn novelle Vergittertes Fenster (1937), keert het thema van de intieme broer-zusrelatie in al dan niet versluierde vorm terug. Dat hij ook in zijn dagelijks leven verlangde naar deze bijzondere verbintenis blijkt uit een dagboeknotitie van januari 1933: ‘dies Leben, das eigentlich nur mit E zu teilen wäre; uns nicht beschieden.’ Het is verrassend dat Thomas Mann, in tegenstelling tot zijn doorgaans veel minder terughoudende zoon, in zijn novelle Wälsungenblut het incesttaboe doorbreekt en de Geschwister zich aan het einde van het verhaal in een zinderende climax aan elkaar overgeven. Een boeiend detail is dat Erika Mann op latere leeftijd juist van deze omstreden novelle van haar vader een scenario schreef.
Wat mij het meest boeit aan deze vreemde familie is het feit dat de grenzen tussen hun privé-leven en hun publieke leven zo vloeiend zijn. Er schuilt een raar soort exhibitionisme in diverse leden van deze familie. Dit heeft niet alleen voor schandalen gezorgd, zoals het officieel tot op de dag van vandaag aanhoudende publicatieverbod van Klaus Manns roman Mephisto uit 1936, maar ook voor de nodige spanningen binnen deze familie. En wat dan wel opvallend is: hoewel ze elkaar en anderen vaak literair te kijk hebben gezet, denk bijvoorbeeld aan Betrachtungen eines Unpolitischen (1919) van Thomas Mann, dat zonder meer gelezen kan worden als een frontale uithaal naar zijn broer Heinrich, bleven de meeste van deze conflicten die werden uitgevochten in de literatuur voor de buitenwereld verborgen. Naar buiten toe werd de familienaam hooggehouden. Pas op latere leeftijd en na de dood van Thomas heeft een aantal van zijn kinderen zich openlijk kritisch uitgelaten.
Een van de heftigste conflicten binnen de familie Mann ontstond door het feit dat Thomas Mann niet openlijk brak met het Derde Rijk. De verschillende omgang met de politieke realiteit van de machtsovername van Hitler en de daaruit volgende ballingschap zorgde in die jaren voor een diepe kloof tussen Thomas Mann en
| |
| |
zijn oudste twee kinderen, Erika en Klaus; een kloof die al snel het politieke conflict oversteeg en persoonlijk werd, aangezien Thomas Mann zich tegelijkertijd niet uitsprak tegen het Derde Rijk, maar zich wel publiekelijk distantieerde van het antifascistische optreden van zijn oudste kinderen. Met name voor Erika Mann werd het steeds moeilijker om het persoonlijke van het politieke te scheiden en haar vader nog onder ogen te komen. Veelzeggend voor het naar buiten toe ophouden van de schijn van harmonieuze familieverhoudingen, is haar diplomatieke antwoord in een interview van begin mei 1934 aan Menno ter Braak op de vraag naar het standpunt van haar vader ten aanzien van ‘het hedendaagse Duitsland’: ‘De houding van mijn vader is inderdaad niet zo duidelijk als ik het zelf gewenst zou hebben; maar aan onze wederzijdse waardering heeft dat niets veranderd.’ Toen Thomas Mann uiteindelijk in 1936 ‘gedwongen’ werd zich uit te spreken, wederom op aandringen van zijn oudste twee kinderen, was het zijn vrouw Katia Mann die het concept ontwierp van de beroemde Offener Brief an Korrodi.
Inmiddels, onder andere door de publicatie van de dagboeken van Thomas en Klaus Mann en de uitgave van diverse briefwisselingen, zijn veel van de privé-conflicten openbaar geworden. Dit draagt ertoe bij dat deze familie tot op de dag van vandaag blijft fascineren. Misschien had Klaus Mann het wel bij het rechte eind toen hij al in 1927 als twintigjarige schreef: ‘Jeder Einblick in eine Familie eröffnet so viel Geheimnis, mir scheint, von allen möglichen menschlichen Gemeinschaftsformen ist die Familie die eigentlich mystische.’
|
|