sche obsessie voor alchemie en mystiek, stond bekend om zijn zonderlinge gedrag. Peter de Grote leed aan een lichte vorm van epilepsie. En Willem v, die evenals Rothschild een buitengewoon goed geheugen bezat, werd helaas niet door een scherp verstand gesteund. Rothschild, als kind ziekelijk en fragiel, had een spraakgebrek dat hem moeilijk verstaanbaar maakte. Hoe zou de wereld zijn zonder dit soort kleine gektes? Welke verzamelingen, rariteitenkabinetten en kunstwerken zouden ontbreken? Welke boeken zouden niet op de planken staan? Erotomaan, megalomaan, monomaan, bibliomaan of zelfs kleptomaan; een lichte manie zou niemand misstaan.
‘'t Prachtplaatwerk over uitgestorven vogelsoorten, dat in een beperkt aantal exemplaren is uitgegeven door den Engelschen millioenair-geleerde Walter Rothschild’, zo wordt Extinct Birds aangeprezen in een krantenknipsel uit 1907 dat voor in het boek geplakt zit, ‘... nu te bestudeeren in de boekerij van Teylers stichting’. Het werk kostte destijds f 350, - en verscheen in een oplage van 300 genummerde en gesigneerde exemplaren. Teylers Museum bezit nummer 36. Een onbeschadigd exemplaar ‘doet’ nu zo'n slordige f 7500, - op een veiling. Conservatoren en bibliothecarissen van Teylers Museum hebben altijd met verstand van zaken aangekocht.
In hoeverre Extinct Birds wetenschappelijk verantwoord is, is de vraag. Het boek behandelt vogels die al eeuwen zijn uitgestorven, of vogels die op het punt stonden te verdwijnen. Papegaaien die tegenwoordig de cites-i-status hebben van zeer ernstig bedreigde diersoorten, staan in hun volle glorie te kijk in het boek. Afbeelding 24 toont de dodo, uitgestorven rond 1660. Deze vogel, afkomstig van het eiland Mauritius, wordt hier afgebeeld met een grijsbruin verenkleed en een enorme dot op zijn achterste. De plaat erna toont de dodo van Réunion: vrijwel identiek, maar volledig wit. Aangezien deze vogel bekend is uit slechts een paar beschrijvingen, waaronder die van Bontekoe, en van een enkele afbeelding zoals die van Pieter Holsteyn de Jongere (ca 1614-1687), ook aanwezig in Teylers Museum, mogen we aannemen dat deze afbeelding een rechtstreeks gevolg is van Rothschilds voorliefde voor albino's. Zo had hij verscheidene albino-specimina in zijn museum, vrijwel alle in zijn kinderjaren geschoten; een albino-roek en verschillende witte lijsters. De ‘gewone’, grijze dodo van Mauritius kent als bewijs van zijn bestaan een kop, een paar poten, enkele honderden skeletfragmenten en vele afbeeldingen. Frohawks afbeelding in Extinct Birds is een combinatie van deze facetten.
In Praag bevindt zich een snavel van een dodo, afkomstig van het