Arjen Duinker
Taal en werkelijkheid
‘Ben je ook door schrijvers en dichters beïnvloed?’
‘O zeker, ook door schrijvers en dichters.’
Een jaar of dertien, veertien, vijftien geleden attendeerde K. Michel me op het werk van Charles Reznikoff, met name op Testimony: The United States (1885-1915): Recitative. In een nummer van Armada heb ik al een keer proberen aan te geven hoe mooi en fraai en noem maar op ik de poëzie van Testimony: The United States direct vond en nog steeds vind; nu een andere poging om hetzelfde te doen.
Ten tijde van de tentoonstelling van werken van Vermeer in het Haagse Mauritshuis werd Delft bezocht door meer mensen dan gewoonlijk. En veel van die mensen gingen kijken naar een paar panden aan de Voldersgracht, want die zouden - in hun vroegere staat en hoedanigheid - Het straatje zijn geweest. Slechts weinig van die mensen zullen geweten hebben dat zich, niet zo heel lang voor hun bezoek, even verder aan diezelfde Voldersgracht iets voltrok dat op z'n minst een plaatselijk krantje haalde. Toerist zit in zijn hotelkamer aan de straatkant aan een tafeltje op een verhoging een brief of kaart te schrijven, rug naar het raam, zijn vrouw ligt te rusten. Hij staat op - waaromdaarom -, doet een stap achteruit, struikelt over de opstaande rand van de verhoging en valt uit het openstaande raam. Hij overlijdt korte tijd later.
Reznikoff (1894-1976) zette voor in Testimony: The United States: ‘Note: All that follows is based on law reports of the several states. The names of all persons are fictitious and those of villages and towns have been changed. C.R.’ Poëzie gebaseerd op verslagen, poëzie met onbekenden op verkeerde plekken. Poëzie met Jim, Patrick, Fuller, Della, Cliff, Banks, Miehle, Riverton, Burley, Porter, Price en al die anderen; met boten, treinen, wagons, wagentjes, paarden, saloons, rivieren, stations, revolvers, messen, jachtgeweren, sneeuwstormen, motoren, geld, bruiloften, boerderijen, stallen, trottoirs, handen, grimassen, restaurants... met vrouwen en meisjes, mannen en jongens, met zieken, sterken, brutalen, doven, armen, obers, bazen, stiefdochters, schoonmaaksters, beurshandelaren, naaisters, winkeliers, voormannen, koks, fabrieksarbeiders, artsen, inbrekers, machinisten, koetsiers, boerinnen, detectives en wezen... met bitterheid, gramschap, woede, getier, geschimp, haat... in Laredo en Gainesville, in Vernon County en Nodaway County, in Erie en Cleveland, in Greenport en St. Louis... in het noorden, het zuiden, het westen... zo'n vijfhonderd pagina's lang.
Je zou je kunnen afvragen wat deze poëzie zou zijn met de originele persoonsnamen en de originele locaties. Zou die poëzie beter of gruwelijker of ontroerender of op een andere manier anders zijn dan de poëzie die daadwerkelijk is geschreven?
Je zou je kunnen afvragen of Reznikoff deze