De Gids. Jaargang 158(1995)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 652] [p. 652] Marc Kregting Drie gedichten Kopstem schat diepte Een vorkje prikken naast het gebak. Amusant mocht het zijn, dat voorgerecht op sprakeloos. Het kwik tussen de toppen van bomen, in fijn vingerglas. Er ligt overeenkomen tot corvee. Denk je aan je hoge hakken? Vijzelt een omloop het puntental. De alomtegenwoordige thermoskan. Zacht schudden voor het stamijn, afgeknipt de oogleden. Wie zegt heeft dat verre antwoord. Kopstem in rust Andermaal de ronkedoor en planeten zag hij toen ivoor zijn weerstand verloor. Kribbig van binnen, kleffe nijdas. Onder zijn netsuke is alles, kneedt zijn nek en hij een zoetje heeft. De godvergetense santenkraam. Lekker verlekkerd beet dat het krakt, ha marsepein. [pagina 653] [p. 653] Kopstem recapituleert Ondanks alles. Iets mag geknakt, het kan een stengel zijn. Weer die wandeling tussen oleanders, heimachines erbij. Aarde trilt. Een aanlokkelijke tepel spoort tot herstel. Er komt sap vrij, mishandelt hij en scheurt open. De boze daad vliegt over duizend mijlen, wat zich weeft uit stof op een in steen begraven leger. Vorige Volgende