boek met anagrammen, Hexentexte. In de jaren zestig moest zij verschillende malen verpleegd worden in psychiatrische klinieken; in perioden van genezing schreef zij haar eigen psychische ziektegeschiedenis op die postuum werd gepubliceerd: Der Mann im Jasmin. Ook schreef zij een bundel kinderherinneringen, Sombre Printemps, die in 1970 in het Frans verscheen (in 1983 door Tinke Davids in het Nederlands vertaald onder de titel Donkere lente). Op 19 oktober 1970 maakte zij een einde aan haar leven. Theo van Baaren schreef een prozagedicht over Unica Zürn, dat hier voor het eerst wordt gepubliceerd.