toneelvormen hebben ontwikkeld: de Ramaiana en de Mahabharata voor wat betreft de Brahmaanse denkwereld; de Ilias en de Odyssea voor de hellenistische denkwereld. En wat nog dichter bij ons staat: het Nieuwe Testament, van waaruit de eerste knop van het middeleeuwse Europese toneel zich begint te ontwikkelen, zoals het geval was bij de Legenda Aurea. De heilige, of geheiligde, tekst is dus het fundament waarop de toneelvoorstelling is gebouwd, hij geeft het zin en waarde. ‘In den beginne was het Woord,’ schreef Johannes, en de geschiedschrijvers van het theater hebben dit bevestigd, een enkele uitzondering daar gelaten.
En toch... Toch is er het gebaar en het woord dat voortkomt uit het gebaar dat wij voor het gemak een improvisatieoefening hebben genoemd. In tegenstelling tot de para-liturgische theatervormen baseren het volkstoneel en het iconoclastische toneel zich op het gebaar en de mondelinge uiting ervan: hier komt de ‘vidushaka’ van het oosterse theater uit voort, die de houdingen en woorden van de mythologische fabels tot uitdrukking brengt, alsmede de harlekijn van de commedia dell'arte die zich beweegt en improviseert volgens allerlei trucjes. In deze gevallen is de tekst ondergeschikt aan de handeling en is het de handeling die de tekst bepaalt.
Zo zien wij dat de tekst a posteriori kan verschijnen, en niet, zoals zo vaak in het ontwikkelde theater gebeurt, a priori. De reactie van de Romantiek, die ontstaat rondom 1830, tot aan Brecht voor wat de essentie van de dramatische expressie aangaat, stelt de auteur voor de acteur. Of het nu om Antoine of om Majakovski gaat: eerst was het woord, de auteur, de man die zich opsluit in zijn kamer en de magische kracht heeft om woorden met een stralenkrans te omgeven; de acteur, nederig, komt later, of die nu Garrick, Kean of Sarah Bernhardt heet. Dat is tenminste wat de schriftgeleerden wilden laten geloven, notarissen ten bate van het nageslacht vóór de uitvinding van de filmcamera of de registratie door middel van video.
Desalniettemin heeft het eigentijdse theater enige theatervormen ontwikkeld die een vraagteken lijken te zetten achter de tekst a priori. Of in ieder geval lijkt de hegemonie van de tekst a priori binnen het terrein van het toneel een mogelijk bedrog te zijn van bepaalde scholastici. Zonder gebaar, zonder ruimte, is het theater ‘slechts’ literatuur; en dit ‘slechts’ dient hier niet te worden begrepen als een kwalitatieve beperking, maar als een kwalificatieve precisering. De inspiratie komt niet als een bliksemschicht neer op het hoofd van de schrijver die angstvallig zijn hexameters rangschikt, maar ook op het hoofd van de acteur die binnenin zich het personage voelt broeien en weet dat hij dit personage op een dusdanige wijze moet vorm geven dat deze in staat is zijn publiek in vervoering te brengen. Tristano Martinelli, Antonio Sacco en Ferruccio Soleri, om maar drie van de grote harlekijnen te noemen die op het toneel improviseerden, zijn binnen de ontwikkeling van het westerse theater van even groot belang als Goldoni, Gozzi of Strehler. Het toneel is geen lamme die praat; drama moet een handeling zijn zonder hulp van een stok, en is dat ook.
Wanneer wij het hedentendage hebben over de crisis van auteurs, en dit is een thema dat men in alle Europese landen steeds weer hoort als een ritornello, dienen wij ons af te vragen over wat voor soort auteurs wij spreken. Is Lindsay Kemp niet een ‘auteur’ als hij Midzomernachtsdroom van Shakespeare bewerkt? Of is, in ieder geval, Euripides niet net zo zeer auteur wanneer hij de thema's van de tragedies herschept die zijn voorgangers, Aeschylus en Sophocles, al op het toneel hadden gebracht?
Op het gebied van onze dramaturgie verlopen de zaken niet anders. Als wij een balans opmaken van de hedendaagse Catalaanse auteurs, dan zouden wij hier ook bij moeten voegen de namen van Albert Vidal en vanzelfsprekend ook die van Albert Boadella, promotor van de stukken van ‘Els Joglars’, en Joan Font, zichtbare drijfveer van ‘Els Comediants’. Het is duidelijk dat Albert Boadella, Albert Vidal en Joan Font nooit naar een uitgever zijn toege-