De Gids. Jaargang 120(1957)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 234] [p. 234] Cees Nooteboom Vijf koude gedichten telkens en toch weer proberen een bloeien te slaan in de woorden totdat ze zullen verraden een geheim van de andere kant vanwaar al de warmte gevlucht is openlijk en gebleven alleen nog maar woordeloos gras dat vermindert waar de bomen zich wonden bijten om een laatste drinkplaats te vinden maar vreselijk zijn ze bevroren, gestorven zichzelf niet meer zodat hij die dit alles draagt een drager moet zijn van woestijnen een gebieder alleen maar van droogte een tropische weelde van koude [pagina 235] [p. 235] maar de kou is zo onbewogen zal mijn stem ook niet verder dragen want zelfs als het praten nog doorloopt zal de adem al lang zijn gestorven en hier en aards en onwetend verblijven op krimpend gebied in het luisteren vol verdorring nee, niets en niets neem ik mee, niets blijf ik over niets wat gedaan of gesproken vindt ergens een eindige haven. [pagina 236] [p. 236] want elke troost en prater van troost wendt zich af bij gebrek aan een regen en als het er dan om gaat in hitte te verschroeien of in kou te verstenen wie is dan een waker zo pijnlijk alleen blijvend en ontbreken van binnen de kou ingroeien als een gewas, een fijnzinnig gewas op een landschap voor niemand die het zal plukken. [pagina 237] [p. 237] en gegeten niet worden alleen blijven als een steen gegroeid in een regenloos tijdperk daar maar staan zo koud, zo koud, niet eens meer om aan te raken daar is toch wel een lied voor zoals voor elke verschrikking zo sterven draagt toch wel namen zoeter dan allerlei bloemen? beweging wordt nu een schennis praten een roekeloos gebaar, dat de dood zou vermurwen maar nu al zijn er geen praters meer, hoe jeugdig is de woestijn en vol overmoed van zwijgen - zelfs het geraas van het mos, het bulderen van de druppels het is hier genadig onhoorbaar. [pagina 238] [p. 238] daarom, ik geloof het is beter te zeggen dag hart dag ogen van waanzin nu al vervuld omdat nergens een koelte en nergens troost zelfs de avondnevel verbergt zijn rozen en de keel van de zee is droog, zonder tranen nee, beter is het de dood te verdrinken midden in het lichaam en voorgoed en voorgoed het ellendige leven besmetten. Vorige Volgende