In het derde jaar, glorieuzer dan de regering van de Maan, in het derde jaar der heerschappij van Monivony de Doorluchtige, zoon en opvolger van Sisoweth de Vrome, de vijftiende dag van de volle maan in de maand van Pissakh, verhief zich het volk Khmer om te doen herrijzen het Woord van Boedha, het Woord dat sliep in de urnen met de zielen der gestorvenen, het Woord dat verdronken was in de wateren van de Mekong met de gebeenten der voorvaderen,