op zijn wijs en naar de omstandigheden waarin zij zich bevinden. Vooreerst de jonge luitenant Pavail, die, om zijn vriend Jean de Sibéran niet te verraden, wien hij voor een liefdes-rendez-vous zijn woning afstond, diens schuld op zich neemt; dan de jonge echtgenoote van den ouden generaal, die, na veel strijd, hare liefde voor Pavail weet terug te dringen en ten slotte, inziende hoe de oude man met zijn heerschzucht en zijn ruwe manieren toch zooveel voor haar gevoelt dat het bestaan zonder haar hem te zwaar zou vallen, besluit hem ook verder haar leven te blijven wijden. En een man van plicht is ook de generaal de Sibéran zelf, die de militaire tucht ook in zijn huis wil handhaven en onverbiddelijk is in de toepassing van zijn strenge moraliteitsbeginselen.
De conflicten, die uit dit alles voortkomen, de strijd tusschen plicht en hartstocht die het geheele stuk vult, worden met grooten eenvoud, maar niettemin zoo aangrijpend mogelijk door Hervieu voorgesteld. Daar is in Ken u zelven niet enkel geen episode, geen personage, maar ook geen woord te veel: alle licht concentreert zich op één punt en daarop blijft dan ook de aandacht van het publiek gespannen.
Ook in de taal voegde Hervieu zich naar den stijl waarin hij het werk concipieerde. Dat is niet de koortsige, gejaagde, schel gekleurde, met geestige reparties gekruide taal van het moderne drama. Rustig bouwt de schrijver zijn zinnen, zijn zinsperioden op; gebruikt hij een beeld, een vergelijking, dan ontwikkelt hij die logisch. Dat maakt de taak van den vertaler niet gemakkelijk. Het mag geen stijf hollandsch worden in stroeve zinnen; het moet de bekoring behouden van het zuivere, fraai gebouwde fransch dat het wil weergeven.
Het komt mij voor, dat de vertaler, die zich onder de initialen van zijn naam slechts half verschuilt, er bijzonder goed in geslaagd is, het karakter van het oorspronkelijke in het Nederlandsch te behouden. Maar dat de vertooners, in het moderne drama niet aan dergelijken gedragen stijl gewoon, daarmede soms moeite hebben, is te begrijpen.
Het duidelijkst was dat bij mevrouw Mann - Bouwmeester, die zich in haar rol van de jonge generaals-vrouw, een rol van ingehouden hartstocht, niet op haar gemak scheen te gevoelen. Van daar onnatuurlijke, of beter misschien: al te natuurlijke intonaties,