De Gids. Jaargang 74
(1910)– [tijdschrift] Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdDe Gids. Jaargang 74. P.N. van Kampen & zoon, Amsterdam 1910
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van jaargang 74 van De Gids uit 1910.
De Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren beijvert zich voor het verkrijgen van toestemming van alle rechthebbenden; eenieder die meent enig recht te kunnen doen gelden op in dit tijdschrift opgenomen bijdragen, wordt verzocht dit onverwijld aan ons te melden (dbnl.auteursrecht@kb.nl).
Deze jaargang bestaat uit vier delen die in vier banden zijn verschenen. In deze digitale versie is er één bestand van gemaakt.
redactionele ingrepen
Om aan te geven waar een nieuw deel begint is aan het begin van ieder deel een kop tussen vierkante haken toegevoegd.
De pagina's met advertenties (deel 4, tussen p. 184 en 185, tussen p. 368 en 369 en na p. 568) zijn niet opgenomen.
Deel 1, p. 123, noot 2): het nootverwijzingsteken in de noot komt niet overeen met het teken in de lopende tekst. De redactie heeft ook in de tekst ‘2)’ geplaatst.
Deel 1, p. 339: het nootteken bij noot 1) ontbrak zowel in de lopende tekst als aan de voet van de pagina. De redactie heeft dit alsnog geplaatst.
Deel 3, p. 135: het nootteken bij noot 1) ontbrak in de lopende tekst. De redactie heeft dit onder aan de pagina geplaatst, aangezien niet duidelijk is aan welke zin in de lopende tekst de noot gekoppeld is.
Deel 3, p. 294: het nootteken bij noot 2) ontbrak in de lopende tekst. De redactie heeft dit onder aan de pagina geplaatst, aangezien niet duidelijk is aan welke zin in de lopende tekst de noot gekoppeld is.
Deel 4, p. VII: wondelijke → wonderlijke, ‘De wonderlijke avonturen van Zebedeus’.
Deel 4, p. 416: stoAldnd. us → stond. Aldus, ‘[nu al jaren lang ledig] stond. Aldus is het leven op het kasteel voor de beide oudjes wel wat somber’.
Deel 4, p. 487, noot 1): het nootverwijzingsteken in de noot komt niet overeen met het teken in de lopende tekst. De redactie heeft ook in de tekst ‘1)’ geplaatst.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (deel 1, p. II; deel 2, p. II; deel 3, p. II; deel 4, p. II) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[Deel 1, pagina I]
DE GIDS.
I.
[Deel 1, pagina III]
DE GIDS.
VIER EN ZEVENTIGSTE JAARGANG.
Vierde Serie.
ACHT EN TWINTIGSTE JAARGANG.
1910.
ONDER REDACTIE VAN
H.T. COLENBRANDER, C.TH. VAN DEVENTER, J.N. VAN HALL. A.A.W. HUBRECHT, E.J. DE MEESTER, W.L.P.A. MOLENGRAAFF EN R.P.J. TUTEIN NOLTHENIUS.
EERSTE DEEL.
AMSTERDAM,
P.N. VAN KAMPEN & ZOON.
1910.
[Deel 1, pagina IV]
BOEK- EN KUNSTDRUKKERIJ, V/H. ROELOFFZEN-HÜBNER EN VAN SANTEN. AMST.
[Deel 1, pagina V]
INHOUD
VAN HET EERSTE DEEL.
Bladz. | ||
---|---|---|
Blom (Prof. D. van), Roomsche sociologie. | ||
J.D.J. Aengenent, Leerboek der Sociologie | 278 | |
Boer (Hendrika), Verzen | 359 | |
Booven (Henri van), Tropenwee. De laatste dagen aan boord | 409 | |
Cate (E.M. ten), Augustinus bekeerd | 292 | |
Colenbrander (Dr. H.T.), Reinier Cornelis Bakhuizen van den Brink, geboren 28 Februari 1810 | 409* | |
Davids (William), Molière, naar de nieuwste onderzoekingen. | ||
Gustave Lanson, Molière et la farce. - E. Rigal, Molière, 2 vols. - Karl Mantius, Molière. Les théâtres, le public et les comédiens de son temps, traduit du Danois par Maurice Pellison. - F. Lolieé. La maison de Molière et les grands classiques. - Georges Lafenestre, Molière. - Abel Lefranc, Revue des cours et conférences 1901-1909. | 90 | |
Deventer (Dr. Ch.M. van), Vóór het eindexamen. Onuitgesproken rede. | ||
K. ten Bruggencate, De eindexamens onzer hoogere burgerscholen | 122 | |
- (Mr. C.Th. van), Hooger onderwijs voor Nederlandsch-Indië | 526 | |
Eyck (P.N. van), Verzen | 543 | |
Haan (Jacob Israël de), Liederen | 356 | |
Hall (Mr. J.N. van), Buitenlandsche letterkunde. | ||
M. Maeterlinck, l'Oiseau bleu. - André Gide, La porte étroite | 152 | |
Hermann Stehr, Drei Nächte | 563 | |
-, Dramatisch overzicht. | ||
Stadsschouwburg: Suzanne Després. A. Guinon, Le partage. - Het Tooneel: E. Labiche en Ed. Martin, Het snoepreisje van mijnheer Perrichon | 164 | |
Nederl. Tooneelvereeniging: Herm. Heyermans Jr., De Schoone Slaapster. - Het Nederl. Tooneel: Willem Schürmann, Veertig; Frederik van Eeden, Het paleis van Circe | 367 | |
Het Tooneel: Beaumarchais, De barbier uit Sevilla. Vertaling van Dr. Marie Loke | 584 |
[Deel 1, pagina VI]
Bladz. | ||||
---|---|---|---|---|
Holwerda (Dr. J.H.), Het eerste hoofdstuk onzer vaderlandsche geschiedenis | 314 | |||
Knuttel (Dr. J.A.N.), Rederijkers eerherstel | 433 | |||
Lapidoth-Swarth (Hélène), Verzen | 38 | |||
Meester (Joh. de), Liefdadigheid naar Vermogen. | ||||
P.D. Chantepie de la Saussaye, Portretten en kritieken | 140 | |||
-, Buitenlandsche letterkunde. | ||||
Emile Verhaeren, Toute la Flandre. Les villes à pignons. - Mad. Alph. Daudet, Souvenirs autour d'un groupe littéraire | 156 | |||
Krabbe (Prof. H.), De Eerste Kamer | 48 | |||
Metz - Oosterbeek (Nico), Verzen | 361 | |||
Middendorp (Herman), Verzen | 553 | |||
Nolthenius (R.P.J. Tutein), Arme zwerfster | 556 | |||
Scharten (Carel), Overzicht der Nederlandsche letteren. | ||||
XX. | Over het ‘werkelijke’ in de kunst. I. | |||
Anna van Gogh-Kaulbach, Moeder. - Henri Dekking; Op dwaalwegen. - Samuel Goudsmit, Van zwarten en blonden | 186 | |||
XXI. | Frederik van Eeden, De nachtbruid | 383 | ||
Scharten - Antink (M.), Sprotje's verder leven | 1, 225 | |||
Schendel (Arthur van), Shakespeare I/II | 259, 474 | |||
Tutein Nolthenius (R.P.J.), zie op Nolthenius. | ||||
Veth (Dr. Jan), Op den oceaan | 375 | |||
-, Rembrandt's Sibylle | 376 | |||
Vies (Mr. H.G. van der), Een boek over de dagbladpers. | ||||
Georges Duplat, Le journal | 495 | |||
Viotta (Mr. Henri), Muzikaal overzicht. | ||||
Aanvang van het muziekseizoen in ons land. - Een première in de groote Opera te Parijs. - Duitsche muziektoestanden | 168 | |||
Richard Strauss, Elektra | 570 | |||
Aanteekeningen en opmerkingen. | ||||
Nog iets over het citaat uit ‘Westöstlicher Divan’ | 149 | |||
Een volksuitgaaf van Goethe's Werke | 151 | |||
Ismen-schismen | 377 | |||
Aimée en Sietske | 379 | |||
Buitenlandsch overzicht. | ||||
Engeland. - Bethmann Hollweg. - De dood van Koning Leopold | 206 | |||
Kneppel in het hoenderhok | 589 | |||
Parlementaire kroniek | 210, 594 | |||
Bibliographie. | ||||
H.E.B. Schmalhausen, Over Java en de Javanen. - P.H. Hugenholtz Jr., Levenslicht uit vroeger eeuwen. Vermeerderde druk. - H. Knippenberg, Levensrozen. - Jac. P. Thijsse en R. Tepe, Omgang met planten. - |
[Deel 1, pagina VII]
Bladz. | |
---|---|
H.P. Bremmer, Practisch aesthetische studiën | 217 |
C.W. Lunsingh-Scheurleer, Catalogus. Verzameling Egyptische, Grieksche, Romeinsche en andere oudheden. - Frans Hulleman, Toewijding. - J.J. Meijer, Het godsdienstig gehalte van onze nieuwe letterkunde. - Woordenboek der Nederlandsche taal, 6de deel, 11de afl.; 8ste deel, 5de afl. - A.J. Drewes, Van een grooten steiger en van een klein huis | 402 |
Hél. Lapidoth-Swarth, Villa Vrede. - Joh. de Meester, Lichte lijnen. - Cyriel Buysse, Ik herinner mij. - Joh. W. Broedelet, Hofstad. - Kl. de Vries Sr., Ouderavonden | 599 |
[Deel 2, pagina I]
DE GIDS.
II.
[Deel 2, pagina III]
DE GIDS.
VIER EN ZEVENTIGSTE JAARGANG.
Vierde Serie.
ACHT EN TWINTIGSTE JAARGANG.
1910.
ONDER REDACTIE VAN
H.T. COLENBRANDER, C.TH. VAN DEVENTER, J.N. VAN HALL, A.A.W. HUBRECHT, E.J. DE MEESTER, W.L.P.A. MOLENGRAAFF EN R.P.J. TUTEIN NOLTHENIUS.
TWEEDE DEEL.
AMSTERDAM,
P.N. VAN KAMPEN & ZOON.
1910.
[Deel 2, pagina IV]
BOEK- EN KUNSTDRUKKERIJ. V/H. ROELOFFZEN-HÜBNER EN VAN SANTEN. AMST.
[Deel 2, pagina V]
INHOUD
VAN HET TWEEDE DEEL.
Bladz. | ||
---|---|---|
Baccaert (Herman), Klokken | 373 | |
-, Beiaard-Concert | 375 | |
Boer (Dr. Julius de), Kant en Schiller. Denker en dichter | 438 | |
Booven (Henri van), Toen de Koning stierf | 365 | |
Boutens (Dr. P.C.), Lyrische fragmenten uit het spel van ‘Alianora en Reynalt van Gelre’ | 285 | |
Busken Huet (G.), zie op Huet. | ||
Colenbrander (Dr. H.T.), Oorsprong, practijk en toekomst der leer van Monroe | 416 | |
Davids (William), Een Spaansch verhaal. | ||
Pedro A. de Alarçon. De Steek. Uit het Spaansch door Adèle J. Godoy | 467 | |
Deventer (Dr. Ch.M. van), Philoplatonyllion. | ||
Dr. B.J.H. Ovink, Wijsgeerige en taalkundige verklaringen van Plato's Gorgias | 68 | |
- (Mr. C.Th. van), Multatuli aan den Koning (1860), met een aanteekening | 185 | |
-, Havelaar-voorspel. | ||
Multatuli en congé. Documents officiels inédits, publiés par Joost van Vollenhoven | 199 | |
-, Uit Multatuli's dienstjaren II. | ||
P.M.L. de Bruyn Prince, Officiële bescheiden betreffënde de dienst van Multatuli als Oost-Indies ambtenaar. 2de Vermeerderde druk. Max Havelaar op de Westkust van Sumatra | 223 | |
Erens (Frans), Een nieuwe Imitatievertaling. | ||
Thomas à Kempis, De navolging van Christus. Uit het Latijn vertaald door Dr. Is. van Dijk | 105 | |
Feenstra (Dr. R.), De Journalistiek als leervak aan de Universiteit | 117 | |
Haan (Jacob Israël de), Liederen | 492 | |
Hall (Mr. J.N. van), Buitenlandsche letterkunde. | ||
J.H. Rosny aîné, La vague rouge. - Emile Verhacren Les rythmes souverains | 501 |
[Deel 2, pagina VI]
Bladz. | |||
---|---|---|---|
Hall (Mr. J.N. van), Dramatisch overzicht. | |||
Stadsschouwburg. Gastspiel des Neuen Schauspielhauses zu Berlin: Franz Grillparzer, Weh' dem der lügt. Ludwig Fulda, Der Dummkopf. - De Hagespelers: Carry van Bruggen, Eene vergissing. - Het Tooncel: Henri de Rothschild, Het voetlicht | 141 | ||
Het Tooneel; Herm. Bahr, Het concert. - Nederl. Tooneelvereeniging: Gerh. Hauptmann, Hannele's Hemelvaart. Vertaling van Willem Kloos. - Het Nederl. Tooneel: C.P. Brandt van Doorne, Hanna | 320 | ||
Het Nederl. Tooneel: Paul Hervieu, Ken u zelven, vertaald door H.G.v.d.V. - Frans Mijnssen, De teruggevonden weg | 510 | ||
Hasselman (C.J.), Het regeerings-oordeel over de Bantamsche knevelarijen | 216 | ||
Hof (J.J.), Mr. P.J. Troelstra als Friesch dichter | 88 | ||
Hubrecht (Prof. A.A.W.), De vergelijkende embryologie der zoogdieren | 298 | ||
Huet (G. Busken), Onuitgegeven brieven van Multatuli aan Cd. Busken Huet | 263, 400 | ||
Lapidoth-Swarth (Hélène), Sonnetten | 20 | ||
Meyer (Dr. W.), Multatuli als vrijdenker | 255 | ||
Nolthenius (R.P.J. Tutein), Spoorwegkoning. | |||
N.H. Nierstrasz, A.K.P.F.R. van Hasselt | 315 | ||
Ovink (Dr. B.J.H.), Verkeerde metafysika | 30 | ||
Prinsen J. Lz. (Dr. J.), Multatuli's houding tegenover de litteratuur, tijdens het ontstaan van den Havelaar | 230 | ||
Scharten (Carel), Overzicht der Nederlandsche letteren. | |||
XXII. | Oude en nieuwe Nederlandsche dichtkunst. | ||
Willem Kloos, Een daad van eenvoudige rechtvaardigheid. - Hél. Lapidoth - Swarth, Bleeke luchten. - Jules Schürmann, Verzen. - Jan Greshoff, Aan den verlaten vijver. - Herman Poort, Enkele verzen. - A. Cardinaal Ledeboer, Veldbloemen. - Joannes Reddingius, Vergeten liedjes. - Volker, Verzen. 2de druk. - C.S. Adama van Scheltema, Uit stilte en strijd. - Jacqueline E. van der Waals, Nieuwe Verzen. - S. Bonn, Wat zang en melody. - Caesar Gezelle, Leliën van Dalen. - Jan van Nijlen, Het licht. - René de Clercq, Toortsen. - Lambrecht Lambrechts, De varende zanger. - Jan F.E. Celliers, Die revier | 150, 329, 516 | ||
Schendel (Arthur van), Shakespeare III | 1 | ||
Suchtelen (Nico van), De vlinder | 134 | ||
Tutein Nolthenius (R.P.J.), zie op Nolthenius. | |||
Valette (G.J.P. de la), Dek. (Van en over hem) | 377 | ||
Vogel (Dr. J.Ph.), Het heiligdom van koning Kanisjka | 481 |
[Deel 2, pagina VII]
Bladz. | ||
---|---|---|
Wibaut (F.M.), Multatuli's crematie. (Een woord van laten dank) | 282 | |
Aanteekeningen en opmerkingen. | ||
Chantecler | 352 | |
Multatuli-herdenking | 514 | |
Parlementaire kroniek | 546 | |
Buitenlandsch overzicht. | ||
Het kiesrecht in Pruisen. - Redmond | 166 | |
Prof. Lamprecht te Leiden | 354 | |
De dood van koning Eduard | 540 | |
Bibliographie. | ||
F.J. Heeris en W. Toose, Aangename Uren. - Hollandexpress, Onder redactie van G. van Hulzen. - Th. van Daatselaar, De opvoedkundige waarde van het spel. - Clara Viebig, Die heilige Einfalt. - Gedenkboek ter herinnering aan het 50 jarig bestaan der Alg. Vereeniging voor Bloembollencultuur te Haarlem 1860-1910. - J.H. van der Hoeven, Louis Bouwmeester. 50 Jaren Tooneel | 178 | |
Ferdinand Rodenbach, Albrecht Rodenbach en de Blauwvoeterij. Deel II. - David Molenaar en Herman Poort, Nederlandsche verskunst. Deel I. - Attie Nieboer, 't Witte huiske. - Lucy d'Audretsch, Klompjesdans. - Lettres et documents pour servir à l'histoire de Joachim Murat. IV. - G. Walch, Nouvelles pages anthologiques. Tome I. | 358 | |
François Maury, Figures et aspects de Paris. - R. Butaye, Dictionnaire Kikongo | 554 |
[Deel 3, pagina I]
DE GIDS.
III.
[Deel 3, pagina III]
DE GIDS.
VIER EN ZEVENTIGSTE JAARGANG.
Vierde Serie.
ACHT EN TWINTIGSTE JAARGANG.
1910.
ONDER REDACTIE VAN
H.T. COLENBRANDER, C.TH. VAN DEVENTER, J.N. VAN HALL. A.A.W. HUBRECHT, E.J. DE MEESTER, W.L.P.A. MOLENGRAAFF EN R.P.J. TUTEIN NOLTHENIUS.
DERDE DEEL.
AMSTERDAM,
P.N. VAN KAMPEN & ZOON.
1910.
[Deel 3, pagina IV]
BOEK- EN KUNSTDRUKKERIJ, V/H. ROELOFFZEN-HÜBNER EN VAN SANTEN. AMST.
[Deel 3, pagina V]
INHOUD
VAN HET DERDE DEEL.
Bladz. | ||
---|---|---|
Beaufort (Mr. W.H. de), Evenredig kiesrecht | 31 | |
Blom (Prof. D. van), Protestantsche sociologie. | ||
Dr. J.R. Slotemaker de Bruine, Christelijk sociale studiën | 235 | |
Colenbrander (Dr. H.T.), Hollands leerschool als koloniale mogendheid. | ||
Dr. F. de Haan, Priangan. De Preanger-regentschappen onder het Nederlandsch bestuur tot 1811. Eerste deel | 554 | |
Erens (Frans), Moderne kritiek. | ||
Carel Scharten, De krachten der toekomst. 2 dln | 325 | |
Fremery (H.N. de), De actieve kant van ons droomleven | 75 | |
Grave (Prof. J.J. Salverda de), zie op Salverda. | ||
Hall (Mr. J.N. van), De eerste redactie van ‘Wilhelm Meisters Lehrjahre.’ | ||
Dr. Gustav Billeter, Goethe. Wilhelm Meisters theatralische Sendung | 154 | |
-, Uit het liefdeleven van groote schrijvers. II. Goethe. | ||
Goethe's Briefe an Charlotte von Stein. Herausgegeben von Jonas Fränkel. 3 Bde | 334 | |
Goethe's Briefwechsel mit Marianne von Willemer. Herausgegeben von Philipp Stein | 517 | |
Heering (Dr. G.J.), De ethiek van het historisch materialisme. | ||
Karl Kautsky, Ethiek. Vertaald door H. Gorter. - H. Gorter, Het historisch materialisme voor arbeiders verklaard | 436 | |
Jelgersma (Dr. D.G.), Philosophie? | ||
Dr. J.D. Bierens de Haan, De weg tot het inzicht. | 114, 286 | |
Jonkman (Dr. H.F.), De staatscommissie voor de reorganisatie van het onderwijs en haar rapport | 403 |
[Deel 3, pagina VI]
Bladz. | ||
---|---|---|
Kalff (Prof. G.), Over Vlaamsche volkskracht. II. De Vlaamsche beweging. | ||
Paul Fredericq, Schets eener geschiedenis der Vlaamsche beweging. 3 dln | 59 | |
Kan (Mr. J.B.), Ons Hoogerhuis | 201 | |
Keuls (Mr. H.W.J.M.), Liederen | 148 | |
Lasalle (Henri), Oberammergau. An einem Nachspieltage | 139 | |
Loebèr Jr. (J.A.), Kunst in Indië | 217 | |
Moerkerken (P.H. van), Het beeld in den tuin | 1 | |
Meester (J. de), ‘Het Boek’ | 353 | |
-, Oase | 369 | |
Nolthenius (R.P.J. Tutein), Een grootsche ondernemiug. | ||
Nederland in den aanvang der twintigste eeuw. Onder leiding van Jhr. Mr. H. Smissaert | 349 | |
-, Brusselsche Tentoonstellingsgedachten | 528 | |
Otten (P.), Gedichten | 510 | |
Pit (Dr. A), 's Rijks Kunstnijverheid-museum | 470 | |
Roland Holst (A.), Gedichten | 257 | |
Salverda de Grave (Prof. J.J.), Frans spreken en Frans schrijven | 265 | |
Scharten (Carel), Santa Caterina del Sasso. Het einde van een mirakel | 193 | |
-, Overzicht der Nederlandsche letteren. XXIII. Vlaamsche en Hollandsche proza-epiek. | ||
Herman Teirlinck, Het ivoren aapje. - Karel van de Woestijne, Janus met het dubbele voorhoofd. - Herman Robbers, De roman van een gezin. I. De gelukkige familie. II. Eén voor één. - Ina Boudier Bakker, Armoede. 2 dln | 535 | |
Schendel (Arthur van), Shakespeare. IV | 98 | |
Slingenberg (Mr. J.), Fiat justitia | 314 | |
Speyer (Prof. J.S.), Edwin Arnold's Buddhisme getoetst aan de bronnen | 382 | |
Swarth (Hélène), Verzen | 21 | |
Tesch (Dr. J.J.), Antarctisch onderzoek. Met een kaartje | 483 | |
Tutein Nolthenius (R.P.J.), zie op Nolthenius. | ||
Viotta (Mr. Henri), Muzikaal overzicht. | ||
Gedenkdagen. - Necrologie eener beroemde zangeres | 162 | |
Wijk (Dr. N. van), Russiese literatuur. | ||
Z. Stokvis, Inleiding tot de Russische litteratuurgeschiedenis | 150 |
[Deel 3, pagina VII]
Bladz. | ||
---|---|---|
Aanteekeningen en opmerkingen. | ||
Het raadhuis van Amsterdam. - Alianora | 356 | |
Buitenlandsch overzicht. | ||
Borromeus. - Nieuwe ministers in Pruisen. - Nogmaals de heer van Heeckeren. - De scheepvaarttollen | 178 | |
Het Russisch Japansche verdrag. - Vlootbouwbeperking en zeerecht | 358 | |
Kustverdediging. - Roosevelt. - Korea. - Baden. - Het Belgische bezoek | 559 | |
Bibliographie. | ||
Anrima, Gehuwde onderwijzeressen. - Jules Renard, Natuurlijke historietjes, vertaald door Carel Scharten. - C.M. Dekker, Schetsen uit de strafgevangenis. - Frans Verschoren, Dompelaars | 187 | |
Antoine Cabaton, Les Indes orientales. - Gust. van de Wall Perné, Veluwsche sagen. - Marie Metz-Kouing, Van geen familie. - Sara Bouterse, De vervulling | 362 | |
Maximilian Harden, Köpfe. - J. Postmus, Oud-Holland en de revolutie | 565 |
[Deel 4, pagina I]
DE GIDS.
IV.
[Deel 4, pagina III]
DE GIDS.
VIER EN ZEVENTIGSTE JAARGANG.
Vierde Serie.
ACHT EN TWINTIGSTE JAARGANG.
1910.
ONDER REDACTIE VAN
H.T. COLENBRANDER, C.TH. VAN DEVENTER, J.N. VAN HALL, A.A.W. HUBRECHT, E.J. DE MEESTER, W.L.P.A. MOLENGRAAFF EN R.P.J. TUTEIN NOLTHENIUS.
AMSTERDAM,
P.N. VAN KAMPEN & ZOON.
1910.
[Deel 4, pagina IV]
BOEK- EN KUNSTDRUKKERIJ. V/H. ROELOFFZEN-HÜBNER EN VAN SANTEN. AMST.
[Deel 4, pagina V]
INHOUD
VAN HET VIERDE DEEL.
Bladz. | ||
---|---|---|
Bekaar (J.J.), Arme dienaren van den Staat | 94 | |
Bergh van Eysinga (Dr. G.A. van den), Het Nieuwe Testament voor leeken leesbaar gemaakt. | ||
H. Bakels, Het Nieuwe Testament voor leeken leesbaar gemaakt | 490 | |
Bierens de Haan (Dr. J.D.), zie op Haan. | ||
Borel (Henri), De tempel des hemels | 302 | |
Boudier-Bakker (Ina), 't Vrindje | 226 | |
Boutens (Dr. P.C.), Gedichten | 369 | |
Busken Huet (G.), zie op Huet. | ||
Deibel (J.H.), Handhaving onzer neutraliteit op de Wester-Schelde | 205 | |
Deventer (Mr. C.Th. van), Insulinde te Brussel | 240 | |
-, Insulinde in het Parlement | 511 | |
Dyserinck (Dr. Joh.), Uit het verleden van De Gids. Mr. J.C. Fortuyn | 262 | |
Eeden (Dr. Frederik van), Koningschap en dichterschap | 387 | |
Eyck (P.N. van), Verzen | 140 | |
Haan (Jacob Israël de), Huisvaart naar Holland | 205 | |
-, Liederen | 482 | |
Haan (Dr. J.D. Bierens de), De kunst van het genieten | 440 | |
Hall (Mr. J.N. van), Dramatisch overzicht. | ||
N.V. Het Tooneel: Herman Teirlinck, Mijnheer Serjanszoon. - Het Nederl. Tooneel: Tristan Bernard, De onbekende gast; Henrik Ibsen, Rosmersholm | 148 | |
N.V. Het Tooneel: Balthazar Verhagen, Marsyas. - Stadsschouwburg. Gastspiel des Neuen Schauspielhauses zu Berlin, unter Mitwirkung von Agnes Sorma: Hermaun Bahr, Das Konzert. - Hollandsche Schouwburg. De Hagespelers: John Galsworthy, Joy. Vertaling van C. Goedkoop | 344 |
[Deel 4, pagina VI]
Bladz. | ||
---|---|---|
Hall (Mr. J.N. van), Dramatisch overzicht. | ||
Hollandsche Schouwburg. De Hagespelers: Sheridan, De rivalen. Nederlandsch van Carry van Bruggen. - N.V. Het Tooneel: Vondel, Lucifer. - Stadsschouwburg: Het Bouwmeester-jubilé | 551 | |
Hissink (Coen), Overwinning | 47 | |
Hubrecht (Prof. A.A.W.), In Memoriam Melchior Treub. | 350 | |
Huet (G. Busken), Legenden en legendenvorming. | ||
A. van Gennep, La formation des légendes | 116 | |
Japikse (Dr. N.), De aard der volksbewegingen van 1747 en 1748 | 315 | |
Jasper (J.E.), De Münchener tentoonstelling van Mohamedaansche kunst | 128 | |
Kalff (Prof. G.). Een nieuw Leven van Vondel. | ||
Dr. P. Leendertz Jr., Het leven van Vondel | 460 | |
Leeuw (Mr. Aart van der), Gedichten | 339 | |
Loeb (Wilhelm), De oude en de jonge vrouw | 146 | |
Moerkerken Jr. (P.H. van), Het Diogenes-ideaal | 434 | |
Naber (Johanna W.A.), Het feminisme in zijn modernen vorm | 70 | |
Robbers (Herman), Het wetsontwerp betreffende Nederlands toetreding tot de Berner Conventie | 280 | |
Scharten (Carel), De blinde dichter. | 385 | |
-, Overzicht der Nederlandsche letteren. XXIV. Nieuwste Nederlandsche dichtkunst. | ||
P.C. Boutens, Vergeten liedjes. - Karel van de Woestijne, De gulden schaduw. - Frederik van Eeden, Het lied van schijn en wezen. Tweede boek. - Henr. Roland Holst-van der Schalk, De opstandelingen. - Annie Salomons, Verzen. Tweede bundel. - Volker, Verzen, liedren en sonnetten. - Alex Gutteling en Maurits Uyldert, Bloemlezing uit de nieuwste Nederlandsche dichtkunst | 530 | |
Steinmetz (Prof. S.R.), De toekomst van ons ras | 11 | |
Swarth (Hélène), Sonnetten | 1 | |
Veth (Dr. Jan), Willem Maris | 257 | |
-, Oud-Hollandsche schilderijen in de Vereenigde Staten | 332 | |
Viotta (Mr. Henri), Muzikaal overzicht. | ||
Het muziekfeest van Salzburg. - Herleving eener opera. | 157 | |
Vollenhoven (Prof. C. van), Roeping van Holland | 185 | |
Wijk (Dr. N. van), Leo Tolstoj (1828-1910) | 519 |
[Deel 4, pagina VII]
Bladz. | ||
---|---|---|
* * *, Tafelkout. III | 413 | |
Aanteekeningen en opmerkingen. | ||
Herdenking | 358 | |
Baudelaire aangevallen | 525 | |
Parlementaire kroniek | 179 | |
Buitenlandsch overzicht. | ||
Rectificatie. - Het Belgische bezoek. - Congres te Maagdenburg | 171 | |
Bibliographie. | ||
A. Dolfers, De alchimisten. - Léon Frapié, Les contes de la Maternelle | 182 | |
Dr. C.A. Verrijn Stuart, Inleiding tot de beoefening der Statistiek. - Jhr. Mr. J.A. Stoop van Strijen, Opmerkingen over verbruik en volkswelvaart. - Herbert Eulenberg, Schattenbilder | 361 | |
Jac. van Looy, De wonderlijke avonturen van Zebedeus. - Carry van Bruggen, Goenong Djatti; 'n Badrcisje in de Tropen; De verlatene. - Ricarda Huch, Der letzte Sommer. - Dramatisch jaarboek 1910. - Neerlands Indië, onder leiding van H. Colijn | 558 | |
Register der in dezen jaargang behandelde werken | 565 |