vooruitgegaan; ook bij de beoordeeling van de virtus comica moet men zich leeren verplaatsen op het standpunt van hen, door en voor wie de taal gevoerd werd, die ons thans na zoo langen tijd onder de oogen komt.
Plautus is ook niet te moeilijk voor den gymnasiast; wel is waar zal de volleerde latinist het komische van zijne taal beter vatten, maar het behoeft geen geheim te blijven voor hem, die met het gewone Latijn redelijk bekend is. Neem, om bij het stuk te blijven, waarvan wij den titel boven afschreven, het woord denasare (604), dat natuurlijk een deftige plaats heeft gevonden in de lexica van Georges c.s. Hij, die zich in het Latijn ingeleefd heeft, en de zeldzaamheid en 't ongewone van die samenstelling kent, voelt dadelijk sterk het onbeschrijfelijk komische dat er ligt in de bangmakerij van Tyndarus: (pas op hem), os denasabit tibi mordicus! Den aankomeling zal het komisch geforceerde en bespottelijke van deze uitdrukking niet zoo sterk opvallen, maar toch door vergelijking van een soortgelijke Nederlandsche samenstelling zal hij het eigenaardige daarvan wel begrijpen. En over 't algemeen zal hij, ook slechts eenigermate met den stijl van Cicero vertrouwd, de tegenstelling tusschen den statigen redenaar en de onbehouwen volkstaal wel weten te vatten.
Zonder eenige toelichting en aanbeveling zal Plautus evenwel zijn weg tot onze gymnasiën niet vinden; met ingenomenheid begroet ik daarom de uitgave van de Captivi, boven aangehaald. Met uitnemenden takt heeft de heer Speijer een stuk uitgekozen, dat onder de Plautijnsche komedies een geheel eenige plaats inneemt. Zelfs het bekrompenste vooroordeel kan tegen dit stuk geen bezwaar inbrengen. Door de opoffering van een slaaf voor zijnen in krijgsgevangenschap verkeerenden meester wordt deze niet alleen bevrijd, maar ook wordt door een samenloop van gelukkige omstandigheden de bevrijde in de gelegenheid gesteld, om den man, aan wiens gevangenschap hij is ontsnapt, in het bezit te herstellen van twee zonen, die hij voor zich verloren waande. De Venus venusta is dus buiten het spel, maar er zijn altoos nog veneres genoeg in, om het voor elken lezer aantrekkelijk te maken.
Eene inwijding in de eigenaardigheden van maat en taal van Plautus in 't algemeen bedoelde de uitgever niet, hij wilde eene zuivere schooluitgave den leerling in handen geven met niet meer dan de onmisbare toelichting. Toch is zij 't resultaat van een